Huidig nummer

nummer 1, februari 2023

Hieronder vindt u de artikelen die uit deze aflevering geselecteerd zijn voor Groenekennis. De hele aflevering vindt u hier.

Gepubliceerd: 2024-02-12
Bekijk alle nummers

Over dit archief

Vanaf 2012, voor Nederland officieel het Jaar van de Bij, is op internet het overgrote deel van nationale bijenhouderskennis-in-tijdschriftvorm na te lezen. Medewerkers van de Bibliotheek van Wageningen UR zetten tekst en plaatjes van alle jaargangen van het maandblad van de Nederlandse BijenhoudersVereniging NBV (van 1897-2006 de VBBN) via dit Open Journal System online.

Het tijdschrift heet sinds 2007 ‘Bijenhouden’, daarvoor droeg het - als uitgave van de gezamenlijke Nederlandse bijenbonden - de naam ‘Bijen’ (1992-2006). Van 1898-1991 heette het blad van de VBBN ‘Maandschrift voor Bijenteelt’, later ingekort tot: ‘Bijenteelt’. In de oorlogsjaren 1942-1944 verschenen alleen Mededelingen en in 1945 twee Nooduitgaven van het tijdschrift.

Al eerder konden tientallen oude jaargangen worden doorzocht via een site van de landelijke bijenhoudersvereniging. Heel wat bijenhouders hebben – betrokken als ze zijn bij hun ambacht en hobby - meegeholpen om dat gedeelte zover voor elkaar te krijgen. Met de IT-techniek van omstreeks 2000 en puur op basis van vrijwiligheid, was dat een jarenlange klus, maar die met liefde werd geklaard.

De sectie Documentatie van de bibliotheek van de Wageningen UR publiceert sinds 1993 via Groenekennis (voorheen ARTIK) titelbeschrijvingen met een korte samenvatting van de meest opvallende inhoud uit het maandblad van de NBV/VBBN. Zij kwam met het idee de achterliggende artikelen daarvan ook full-text te publiceren. Van het een kwam het ander, en zo kwam het OJS in beeld. Met veel praktische hulp van opnieuw de bijenhouders, en een subsidie van de NBV, werd de complete digitale publicatie van de jaargangen 1898-heden minus een half jaar een feit.

Dit archief biedt niet alleen een zee aan bijenkennis en bijenhoudersweetjes. Als stapel verenigingsbladen weerspiegelt het ook de geschiedenis  van het verenigingsleven en van de tijdgeest. En daarmee is de inhoud bovendien interessant voer voor (cultuur)historici.