PERZIKEN.

 

             RASSENLIJST                ORIGINELE PLATEN

 

Evenals wij bij den aanvang van dit werk eenige algemeene opmerkingen hebben medegedeeld over Peren, Kersen en Pruimen, vooral ter verklaring van zekere kunsttermen en van de kenmerken, waarvan wij bij voorkeur gebruik hebben gemaakt, willen wij hier nog hetzelfde toevoegen ten opzichte van de PERZIKEN.

 

In de eerste plaats onderscheidt men deze in twee hoofdgroepen:

a. Eigenlijke Perziken, namelijk alle die eene min of meer wollige of fijnbehaarde huid hebben;
b. Nectarines, Brugnons, gladde, naakte of kale Perziken, die geen wol of kaar, maar eene gladde, dikwijls glanzige huid bezitten.

 

Als kenmerken voor de onderscheiding der verschillende perziken noemen wij minder de grootte, beter den vorm, die platrond of hoogrond kan zijn, waarbij niet zelden een kleine punt van gewicht is; verder de naad, die bij de eene dieper is dan bij de andere; de kleur, die bij sommigen aan de zonzijde bijna bruinzwart is, of fraai blozend roodgevlamd, zooals bij de Montagne, de soort die hier te lande het meest gezocht en ook het meest voor ons klimaat geschikt is.

 

Inwendige kenmerken zijn vooral: de roode kleur van het vleesch om den steen, zooals bij den Souvenir de Java, terwijl daarentegen de Montagne geen spoor van dat kenmerk mag vertoonen, daar zij anders niet echt is; vervolgens de eigenschap van sommige Perziken en Nectarines, dat het vleesch aan den steen vastzit; soorten waarbij dit het geval is noemen de Engelschen Clingstones, de Franschen Pavies; deze zijn voor ons klimaat niet geschikt, omdat zij te laat rijp worden, tenzij men ze gebruikt om te konfijten, waarvoor b.v. de late Admirable en de Saffraan-Montagne (wellicht de yellow Admirable der Engelschen) zeer geschikt, ja allervoortreffelijkst zijn.

 

Perziken en Nectarines beide hebben meer onderscheidingsteekens in de vegetatie dan vele andere vruchtsoorten; evenwel hebben ze deze gelijkluidend, dat wil zeggen , dat men aan de vegetatie alleen niet altijd zien kan of men een Perzik- of een Nectarine-boom voor zich heeft. Evenwel kan men aan de vrucht, nog in de bloem besloten, reeds zien of zij glad of wollig is, zoodat men uit de bloemen en bladeren te zamen reeds veel, hoewel niet alles kan opmaken.

 

Bij de bladeren lette men vooral op of ze zijn: zeer groot, breed, gegolfde regelmatig of fijn getand, spits, lichter of donkerder groen, van geelbonte aderen en vlekjes voorzien, zooals de Blanche d'Ekenholm en de Belle de Doué, lang en smal, zooals de Saffraan-Montagne, of saamgenepen, zooals de Roode en de Dubbele Witte Avant.
Op den bladsteel vindt men somtijds, b.v. bij de Montagne, slechts een klein groefje, bij andere soorten klieren, namelijk kleine verhevenheden, die van boven dikwijls min of meer bedekt zijn met een kleverig vocht.
Deze klieren zijn of rond en dan tevens kleiner, of niervormig en dan grooter en talrijker.

 

In de bloemen kan men veel verschil opmerken, zoodat deze veel bijdragen tot de kennis der soorten van perziken en nectarines. Bij sommige zijn zij groot, met aaneensluitende bloembladeren, en dan in den regel het lichtst van kleur; als type van deze kunnen wij de Dubbele Montagne beschouwen. De Witte Kale (White Nectarine) heeft eveneens groote , zeer bleeke bloemen. Anderen gelijken in bloei veel naar de Dubbele Montagne, maar zijn donkerder, zooals de Malta, Pucelle de Malines, Madeleine rouge enz.
In het tegenovergestelde geval zijn de bloemen klein en ijl, met kleine en steeds donkerder gekleurde bloembladen, die alle overgangen vertoonen van een geelachtig rozerood tot bloedrood.

In één woord, bijna elke variëteit heeft hare kennelijke bloem; hier vinden wij dus een afzonderlijk veld van studie, 't welk veel bijdraagt tot de ware kennis der perzikensoorten; zeer gaarne zullen wij, wanneer de gelegenheid ons daartoe gegeven wordt, de resultaten van ons onderzoek op dat terrein bekend maken.
Voor de weinige soorten van perziken , die wij in dit werk behandelen, moge het bovenstaande ter inleiding voldoende zijn.

 

             RASSENLIJST                ORIGINELE PLATEN