MENU LIJST APPELS OORSPRONKELIJKE PLAAT

7. LEYDEN PIPPIN.

 

 

De afkomst van deze variëteit is onbekend; wij ontvingen haar in 1863 van de Hort. Soc. te Londen. In geen der in ons bezit zijnde Pomologische werken vinden wij haar beschreven; alleen de Cat. London geeft op blz. 23 onder no. 408 eene zooals altijd zeer korte opgave van de hoedanigheden der vrucht, met de opmerking, dat zij gelijkt op de Witte Astrakaner. Daar werkelijk bij de door ons gekweekte variëteit die overeenkomst bestaat, zijn wij zeker de ware te bezitten.

 

 

VORM: rond, naar den kelk wat smaller afgerond, ongelijke, weinig verheven ribben loopen van de kelkholte uit over de halve vrucht. Naar den steel is de vrucht effen.

GROOTTE: 0,065 Ned. hoog bij 0,07 Ned. dik, somtijds nog iets grooter. De Witte Astrakaner blijft meestal een weinig kleiner.

KELK: gesloten, kelk blaadjes lang, groenachtig grauw, in eene nauwe, ondiepe holte.

STEEL: 0,01 a 0,015 N. lang, tamelijk dik, houtachtig groen, in eene nauwe holte, vrij van roest, maar meer grasgroen gekleurd.

SCHIL: glad, een weinig vet op 't voelen, witgroen, waarin grasgroene stippen met witte kringen omgeven. Aan de zonzijde geel met een blosje oranje, minder gestreept dan de Witte Astrakaner. In de schaduw heeft de vrucht nimmer dat blosje, maar is dan meer geelachtig groen aan de zonzijde.

VLEESCH: wit, fijn, zacht, aangenaam, geurig.

KLOKHUIS: groot, cellen wijd, gevuld met donkerbruine, langwerpige pitten.

TIJD VAN GEBRUIK: in 1868 waren de appels reeds den 25sten Juli rijp aan den boom, in 1876 in 't begin van de maand Augustus, 't Is een zeer goede tafelappel, van den eersten rang voor de huishouding.

De BOOM groeit sterker dan dien van de Witte Astrakaner en vormt eene regelmatige kroon en pyramide. De twijgen zijn slanker, lichterbruin gekleurd, evenzeer met wol bedekt, maar minder gestipt, de knoppen kleiner; de bladsteel is dunner, niet gegroefd, het blad langer en smaller, meer dof-groen en fijner getand. Wij geven aan Leyden pippin boven de Witte Astrakaner de voorkeur; zij is aan te bevelen voor den hoogstamden kroon- en ook voor den pyramidevorm.

K. J. W. O.