MENU LIJST PEREN OORSPRONKELIJKE PLAAT

8. OSBAND'S SUMMER.

 

 

OSBAND'S SUMMER, Hort. Downing, The Fruits and Fruit Trees of America.

AFKOMST: Deze peer is eene Amerikaansche variëteit. Downing zegt, dat zij afkomstig is uit Waine County (New-York); dat de boom matig sterk groeit, eene opgerichte houding aanneemt en vroeg en veel draagt. Wij ontvingen haar reeds voor een vijfentwintigtal jaren uit de kweekerijen van den heer L. De Bavay te Vilvorden.

VORM: Fraai, regelmatig, een afgeknotten kegel gelijkend, somtijds ook meer ovaal, doch altijd aan het steeleind vrij plat. De afgebeelde vruchten geven den vorm en de kleur zeer getrouw terug.

GROOTTE: Van de vierde, 0.05 M. hoog, bij 0.04 M. dik, somtijds ook vrij wat grooter.

KELK: Open, in eene ondiepe, bijna vlakke holte; opstaande kelkblaadjes.

STEEL: 0.015 lang, dun, houterig, ingestoken.

SCHIL: Fijn, dun, geelachtig groen, dikwijls helder geel, aan de zonzijde met fraai bruinrood o vertogen, waarin streepjes van eene donkerder kleur, hier en daar sporen van zeer dunne roest, vooral om den kelk en den steel, ook wel kleine, groengrauwe stippen.

VLEESCH: Matig fijn, een weinig brokkelig, niet vrij van kleine steenkorrels, zeer saprijk, smeltend, van een zoeten smaak, geurig, een weinig gemuskeerd, lekker.

KLOKHUIS: Klein; cellen klein; de pitten zijn kort en dik, spitspuntig en bijna zwart.

TIJD VAN GEBRUIK: 6—15 Augustus. De vruchten behooren tot de fraaiste en best smakende zomerpeertjes. Van den eersten a tweeden rang voor het dessert. Zij kunnen aan den boom rijp genoeg worden om ze te eten en mogen in geen geval te vroeg geplukt worden.

De BOOM: Groeit matig, maakt dunne twijgen, olijfkleurig; de knoppen zijn scherp; de zomerscheuten een weinig met wol overdekt; de bladeren langwerpig, ovaal, weinig gepunt, bijna gaafrandig, lichtgroen gekleurd. Hij is aan te bevelen voor den pyramidenvorm.

Aangezien de meeste zoogenaamde zomerperen, enkele variëteiten — Grosse cuisse madame, Beurré Giffard — uitgezonderd, weinig waarde hebben voor het dessert, omdat zij doorgaans weinig saprijk en niet smakelijk zijn, besloten wij dit fraai en tevens lekker peertje in dit werk op te nemen; wij vinden het vrij wat beter dan de nog al geroemde Doyenné de Juillet. Osband's Summer is bijkans onbekend en wordt ook weinig gekweekt; wij wenschen, dat deze afbeelding en beschrijving strekken mogen om haar te doen kweeken in plaats van de „Mooie Neeltjes", de „Langhalsjes", Hoerenpeertjes" en hoe die wel fraai gekleurde, maar droge vruchtjes ook heeten mogen.

K. J. W. O.