Hoofdmenu

Rassenlijst

Grote Plaat

Vorige tekst

Volgende tekst

ZOMER  FRAMBOOS.
 


Kleur: Aan de zonzijde is de kleur bruinachtig rood, doch aan de tegenzijde licht geelachtig groen, 't welk met eenige bruin-roode streepachtige vlekken ineen smelt, en bij eenigen doorschijnt. Op enkele plaatsen zijn van elkander verspreide zwartachtige stippen, zoo ook zeer flaauwe groenachtige ronde vlekjes.

Kelk: Bij het oog is de vrucht tamelijk breed en plat, doch vijf ribben komen uit de holligheid voort, tusschen ieder van welk zich eene verhevenheid vertoont, welke met elkander eenen star-achtigen vorm uitmaken, tusschen deze ribben zijn de kelkblaadjes, doch zijn weinig zigtbaar de kleur aldaar is geelachtig rood.

Steel: De ribben loopen over de vrucht, doch verminderen bij de steelholte, deze is vrij diep, de steel is matig van dikte, 15 strepen lang en van eene groen-gele kleur.

Vrucht: In het begin van Augustus is doorgaans de tijd van plukken reeds daar, en met September kan dezelve voor tafelappel van eenen aangenamen geurigen zuren smaak gebruikt worden, en tot in de maand October eetbaar blijven.