|
Kleur: De hoofdkleur bestaat uit een onzuiver licht groen-geel, 't welk bedekt is met eene menigte van groenachtige stipjes en eenige rood-bruine of roestkleurige vlekken van verschillende grootte met bruine paarsachtige randen omgeven, doch aan de schaduwzijde is dezelve over het geheel meer groenachtig, en ook met vlekjes en stippen bezet. Kelk: Om de kelkblaadjes zijn eenige sleuven en verhevenheden die ook roestkleurig bruin zijn. Steel: De steel die tamelijk dik, en 28 strepen lang is, heeft eene bruine kleur en staat regt op de vrucht tusschen vrij hooge verhevenheden of ribben, die allen door rood-bruine diepe sleuven afgezonderd zijn. Vrucht: Half September is gewoonlijk de tijd van plukken, maar kan veelal niet eerder gebruikt worden dan van Maart tot in Mei. Het vleesch is groenachtig wit, en bij de schil meer zuiver groen. Onder eene der fijne tafel-peren, die aangenaam van smaak zijn, kan deze Bergamot gerangschikt worden. |
