IN WELKE RICHTING?


Vervolg 2

Verbetering van het bijenras, ruim bevolkte stokken, werkzame nijvere diertjes. De dierenwereld van een land staat in onmiddellijk verband met zijn klimaat. Deze waarheid geldt voor groote ook voor kleine dieren.
De zijderups b.v. der zuidelijke staten zou na overbrenging in ons vaderland te gronde gaan; het insect, dat de bestuiving der vanille bewerkt, kan in onzen Oost niet tieren en slechts met behulp van de kunst kan dit gewas aldaar met voordeel worden gekweekt.

Niet anders is het met de bij: de naar Suriname gezonden korven gingen te niet. (Zie augustus nummer) Eerst dan, wanneer volkomen gewenning aan dat klimaat gelukt, eerst dan zal deze onderneming slagen.

Hetzelfde geldt voor de rasbijen uit andere streken hier overgevoerd, vooral voor die welke afkomstig zijn uit zuidelijker oorden. Kruising met deze zal zeker weinig of geen voordeel aanbrengen. Wil men tot kruising zijn toevlucht nemen, men kieze daarvoor andere landen met min gunstiger klimaat dan het onze. Hooger dan kruising staat bij ons de verbetering in eigen ras.

Niet alle stokken brengen evenveel voordeel aan. De bewoners van sommige doen zich kennen als onvermoeide verzamelaars. Bij gunstig weder hebben ze binnen betrekkelijk korten tijd een aanzienlijken voorraad bijeengebracht, kenbaar aan de vrij groote gewichtstoeneming. Andere betoonen minder werkzaamheid; wel brengen ze voorraad aan, doch veel minder groote hoeveelheid. Welnu van de eerste houde men de zwerm er evenwel voor wakende, dat de koningin niet te oud worde. Wordt op deze zaak wel steeds genoegzaam gelet?

Gevaren dreigen hier. Lichtelijk immers kiest men de zwaarste korven voor den uitbraak en daarbij volgt men maar al te veel de heillooze gewoonte van het dooden der nijvere diertjes, niet beseffende dat op deze wijze de beste krachten verloren gaan. Verder worden er duizenden stokken als levende bij over de grenzen gevoerd. Wegens de groote voordeelen daarmede te behalen kunnen we deze handelwijze eenigszins billijken. Vrienden er van zijn we niet. Liever zouden we zien, dat onze ijmkers meer hunne krachten gingen gebruiken ter verkrijging van meer zuivere producten.

Daardoor zouden ze de smet van vervalsching welke er op den inlandschen honing kleeft, uitwisschen en de prijzen doen rijzen. Hoogere prijzen voor honing en was geeft duurzaam voordeel. De verkoop der levende bij kon eens gestremd worden door verbod van invoer in het buitenland; slaat men den laatste weg in, men zorge er voor de beste krachten niet te verspillen. Stokken van 40 à 50 pond voor opzet in den winterstal is niet altijd verkwisting.

Een tweede gevaar is het vele zwermen en behouden daarvan. Wie van een korf of stok er vier of vijf wil maken, komt bedrogen uit. Liever brenge men het tot twee, of bij beste volken en in gunstige jaren van twee tot vijf. Bevolkte korven met nijvere werkzame bijen, zich scharende om eene jeugdige koningin, zullen steeds blijken de besten te zijn. In die richting werke men bij de bijenteelt, de uitkomst zal dan niet teleurstellen.

De producten, die de bijenteelt levert, zijn honig, was en mee. In de bereiding hiervan zoeke de imker vooral zijne kracht; op haar legge hij zich met den grootsten ijver toe. Hierin ligt immers voor hem de toekomst. De prijzen dier producten zijn sterk verminderd, het gebruik afgenomen. Mededinging van andere landen, vervlechting der waren, onbekendheid en andere hulpmiddelen zijn daarvan de oorzaak geweest. De mededinging is zeker het minste te vreezen, haar dient men het hoofd te bieden en dat kan zonder twijfel met een goeden uitslag geschieden.
De Nederlandsche honig behoeft in geen enkel opzicht voor dien uit andere landen onder te doen. In kleur, geur en smaak, zelfs verdient hij boven veel de voorkeur. Daarenboven is geen land geschikter voor de teelt zelf. In betrekkelijk klein bestek vindt men er klei, veen en zand, de klavervelden der eerste, grenzen er bijna aan de boekweitakkers van het tweede en de uitgestrekte heiden van het laatste.

Gevaarlijker is de vervalsching. De wetenschap heeft hier ook veel kwaads gesticht. Zij heeft hare surrogaten gebracht en met de lokmiddelen van goedkoopte, weten ingang te doen vinden. Door vermenging van echte, zuivere waar met minder goede soorten heeft men bovendien de prijzen gedrukt en het werkelijk goede een verkeerden naam bezorgt.

Zoowel tegen het eene als tegen het andere dient gestreden te worden. In de eerste plaats dan door gezamenlijken verkoop onder een bepaald merk de goede waarin eere hersteld en zich toegelegd op de bereiding van onvervalschten, edelen honig en was. Daartoe de handen ineengeslagen en daarvoor geene moeite te groot geacht. Bestrijding der surrogaten in de tweede plaats, door de bemoeielijking van het gebruik. Als zoodanig vragen we verbod van verkoop onder den naam van honig, wat inderdaad geen zuivere onvervalschte bloemenhonig is en verder heffing van invoerrecht op suikerhonig volgens suikergehalte.

Onbekendheid. Met de bijenteelt nam ook de productie af. De gezinnen, waarin eertijds de honig een zeer gewaardeerde plaats op de ontbijttafel innam, konden ze zich niet langer verschaffen. Langzamerhand verdween hij, aanvankelijk gedurende enkele tijden, later geheel; en thans is men er volkomen aan ontwend. Dat trachtte men ten gunste van het bedrijf te veranderen. Uitbreiding der teelt, opdat er genoegzame voorraad komen, opwekking tot gebruik door woord en schrift, schepping van de gelegenheden om steeds zuivere onvervalschte waar te kunnen verkrijgen, ziedaar de middelen.

De uitbreiding der teelt wordt verkregen door het wekken van meerdere belangstelling voor haar; ze gaat gepaard met verbetering van fokmateriaal. Door te wijzen, herhaald te wijzen op de groote voedende kracht des honigs, door hem aan te prijzen wegens zijnen smaak en gezondheid bij het gebruik, wekke men op tot herstel van de aloude gewoonte honig bij het ontbijt.

Door verkoop van zuivere waar onder een bepaald merk en op aangewezen plaatsen in ieder dorp of stad zorge men er voor steeds te voldaan aan de vraag er naar. Verder wijze men op de aanwending van honig bij het bakkersbedrijf op het verschil van koek of gebak, met of zonder hem bereid, hoe de eerste veel smakelijker en aangenamer en voedender is dan de laatste, om alzoo meer vraag te doen ontstaan naar honigkoek. Ook voor het was poge men wegen van afzet te zoeken. En de mee, zou ze niet een krachtige factor kunnen worden in den strijdt tegen de verwoestende en heillooze uitwerking van den alcohol, zou ze niet, het zoo men meent onschuldige en voedzame bier kunnen vervangen?

En de mee, zou ze niet een krachtige factor kunnen worden in den strijdt tegen de verwoestende en heillooze uitwerking van den alcohol, zou ze niet, het zoo men meent onschuldige en voedzame bier kunnen vervangen?

Zoekt alzoo uwe kracht in de verbetering der producten en laat deze gepaard gaan met de verbetering der teelt zelve, dat is de richting in welke gij uw bedrijf dient te beoefenen.

H. Gietema. IJz., Kooten.