VERSLAG over 1899 der Prov. Afd. Noord-Brabant van de vereeniging tot bevordering der Bijenteelt in Nederland, uitgebracht 4 October 1899 op de algemeene vergadering te 's Hertogenbosch.


De afdeeling Noord-Brabant der Vereeniging tot Bev. der Bijenteelt in Nederland mag met voldoening op het afgeloopen jaar terugzien.

Telde de afdeeling op het einde van 1898 18 onderafd. met 376 leden, nu is dit aantal gestegen tot 25 met 523 leden. Blijkt hieruit dat de afdeeling door de bijenhouders wordt op prijs gesteld, dat deze inzien dat ook in hun vak alleen door zich te vereenigen, verbetering is te brengen en vinden wij in die toename van leden een bewijs, dat de afdeeling levensvatbaarheid heeft, geenszins mag de gevolgtrekking gemaakt worden, dat alle moeielijkheden door deze jeugdige vereeniging zijn overwonnen. Immers bij de lage contributie die werd vastgesteld om alle ijmkers groot en klein gelegenheid te geven toe te treden, komt weinig geld in kas, terwijl in den aanvang veel uitgaven noodig waren.

Waar Prov. Staten meenden niet gerechtigd te zijn, de afdeeling met een geringe som voor oprichtingskosten te steunen, moest de afd. door eigen krachten zich eenig kapitaal trachten te verschaffen om hare eerste uitgaven te bestrijden en dadelijk in 't belang harer leden op te kunnen treden.

Op de Alg. Verg. van 27 Dec. 1898 werd daartoe besloten eene onderlinge geldleening te sluiten, groot f 500, verdeeld met aandeelen van f 5, rentende 2½ pct., gewaarborgd door de 10 cts. per lid, die de Prov. afd. kan heffen en bestemd voor het aanschaffen van korven enz. werd in Januari 1899 de leening uitgeschreven. Deze leening slaagde boven verwachting, einde Febr. was reeds voor f 415 ingeschreven.

Om te trachten reeds dadelijk wat meerdere kennis omtrent de bijenwoningen met lossen bouw te verspreiden en de leden met de voordeden daarvan bekend te maken, werd op de Algem. Verg. besloten, aan de onderafd., die daartoe den wensch te kennen gaven, een tweetal boogkorven gratis te verstrekken teneinde daarmede proeven te nemen.
11 Onderafdeelingen maakten hiervan gebruik, terwijl aan de overige onderafd.en voor een zelfden prijs aan gereedschappen werd verstrekt.
Door omstandigheden onafhankelijk van 't bestuur, kwamen de boogkorven niet vroeg genoeg aan, om nu reeds afdoende resultaten daarvan mede te deelen. Een voortgezette proef in 't volgende jaar zal daartoe noodig zijn.

Door de afd. Bokstel werd besloten in 1900 eene tentoonstelling te houden, waartoe het den steun van het Hoofdbestuur vroeg en verkreeg, en voor welke onderneming de vooruitzichten gunstig zijn.

Was in '98 de uitslag van den gezamenlijken honigverkoop nog verre van gunstig, voornamelijk, omdat het Bestuur te laat de opdracht tot verkoop kreeg en dus geheel onvoorbereid was, dit jaar laat het zich aanzien, dat de vereeniging beter slagen zal. Reeds in de Bestuursvergadering van Mei werd eene commissie van 4 leden uit verschillende deelen der provincie benoemd, die met den voorzitter en den secretaris den verkoop van den honig zouden trachten te bewerkstelligen.

Spoedig toog deze commissie aan het werk en stelde zich in verbinding met de groote honigverbruikers van ons land, vele bijzonderheden voor onze afdeeling van belang, mocht zij daar vernemen, doch helaas deed zij ook de ervaring op, dat ook hier door enkele gewetenlooze tusschenpersonen, die zich niet ontzien den honig te vervalschen, de naam van den inlandschen honig bedorven is, zoodat vele fabrikanten zich genoodzaakt zagen hun honig uit 't buitenland te betrekken. Toch waren zij bereid rechtstreeks van de afd. weder honig te nemen, wanneer zij dien zuiver en onder goed toezicht geperst krijgen konden.

Een dezer afnemers zal reeds dit jaar een proef van plm. 2500 K.G. ontvangen.
Een pers, daarvoor welwillend beschikbaar gesteld wordt te dien einde in Boxtel opgesteld ; weldra zal met het persen dezer eerste proef en wellicht nog meer een aanvang gemaakt worden.
Dezer dagen mocht het bovendien de commissie gelukken een flinke partij van plm. 25000 K.g. aan een goeden prijs met Duitschland te contracteeren, waarvan de aflevering eerstdaags zal plaats hebben. Meent de commissie reden tot tevredenheid te hebben door dezen aanvankelijken uitslag, zoo blijft zij nog steeds werkende om ook kleine partijtjes op te ruimen en zij vleit zich het volgend jaar vroeger en met nog beter succes werkzaam te zijn. Die hoop deelende, ziet het Bestuur met vertrouwen het nieuwe honigseizoen tegemoet.

De Secretaris, P. A. VAN BLOPPOEL.