ONZE BRIEVENBUS.



De in het Maandschrift geplaatste bijdragen geven dikwijls aanleiding tot allerlei besprekingen, op- en aanmerkingen, die meestal in den vorm van brieven aan de redactie worden toegezonden. Zij zijn haar zeer welkom, want wrijving van gedachten, en zeker niet minder instemming daarmede, zijn stellige bewijzen van belangstelling bij de lezers; ze vindt 't echter wenschelijk en verzoekt vriendelijk om daaraan te willen denken, dat de inzenders ze zoo beknopt mogelijk samenstellen en daarbij niet buiten het te behandelen onderwerp gaan.
De redactie heeft het voornemen deze bijdragen, als zij voor plaatsing in aanmerking kunnen komen, onder deze rubriek te brengen. Zij stelt zich niet verantwoordelijk voor den inhoud, evenmin voor dien van anderen niet door haar onderteekende artikelen.

----------


Vervroegde kunstzwerming. (1) Ik voel mij gedrongen eene kleine aanmerking te maken op het stuk over het zwermen. (De voordeelen van vervroegde kunstzwerming. Nummer van 15 Dec. a. p.)

De schrijver zegt daarin o.a., dat binnen ongeveer zes weken na de kunstzwerming, een jonge moeder begint te leggen. Dit toch is - en gelukkig - onwaar. Het duurt in den regel niet langer dan drie tot vier weken; ik heb dit duidelijk opgemerkt. Wanneer men kunstmatig een zwerm gaat nemen, dan hoort men na dertien tot zestien dagen in den moederstok de jonge koninginnen roepen. Na twee, drie dagen komt er bij goed weer, wanneer het zwermen niet wordt belet, in den regel een nazwerm.

Wanneer nu zoo'n nazwerm in een korf wordt geplaatst, kan men dikwijls over veertien tot vijftien dagen, wanneer men de bijen met een weinig rook goed naar boven drijft al vrij wat gesloten broed bespeuren. Ik heb dit duidelijk waargenomen. Als het nu ongeveer tien dagen duurt eer het broed gesloten is, dan moet de moeder reeds na vier of vijf dagen zijn begonnen met leggen. Stellen wij nu eens, dat het zestien dagen duurt eer de jonge moeders uitkomen; drie dagen, dat de zwerm uitvliegt, en vijf dagen, dat de moeder begint te leggen dan maakt dit samen vier-en-twintig dagen, dus nog geen vier weken. Er wordt beweerd, dat de moeder van den vierden tot den negenden dag na hare geboorte wordt bevrucht en twee dagen na de bevruchting begint te leggen. Kwam nu eens na dertien dagen de moeder uit, werd ze na vier dagen bevrucht, dan kon ze reeds na negentien dagen beginnen te leggen. Dit is natuurlijk het uiterste. 't Zal er evenwel van afhangen welk weer het is, maar langer dan 27-28 dagen zal het zeker wel nooit aanhouden.

Wanneer men nu bewerken kan, dat er geen nazwerm komt, dat dit plan direct wordt opgegeven en dus een van de eerst geboren moeders in den kolf blijft dan zal deze natuurlijk ook even gauw beginnen te leggen dan wanneer zij in een nazwerm was. Ik heb een keer opgemerkt, 't was reeds een of twee dagen in September, dat door een bijzonder geval in een moederloozen korf nog eene koningin werd geboren. Het scheen wel, dat de Bijen wisten, dat de winter naderde, want dadelijk werden de overige gedood, ja, ik zag zelfs, dat de overige moedercellen werden weggebeten, ik hoorde maar één avond het bekende getuut. Na een paar dagen vatten de bijen haar werk weer op en nog vier dagen ('t was een kleine stok) was deze iederen avond een pond zwaarder geworden, 't Was in '98, toen we dien mooien. nazomer hadden. Niettegenstaande het reeds laat was, waren er bepaald nog darren aanwezig, want de moeder werd nog bevrucht. Ik zag nog dien zelfden herfst, dat er een weinig broed aanwezig was, het volgende jaar was deze stok even goed als de anderen. Ik haal dit even aan om 't duidelijk te maken hoe gauw de moederstok weer op streek kan komen, als deze werkelijk van plan is om niet te zwermen.

In het begin schreef ik gelukkig en met recht. Stellen we eens, dat men den eersten Juni een kunstzwerm ging maken en na zes weken een jonge moeder begon te leggen, na drie weken de eerste jonge bijen uitkwamen; als het dan waar is, dat het 16-18 dagen duurt eer ze honig inzamelen, dan duurt het 42 + 21 + 16 of 18 dagen, dat is 79 tot 81 dagen eer men van de door de jonge koningin voortgebrachte jongen voordeel kan trekken, zoodat er maar 11 tot 13 dagen van Augustus overblijven. Sommige zwermen komen wel eens een weinig vroeger, maar er zijn er ook, die nog wel veertien dagen later komen.

Bovendien zou, als het waar is, dat de bijen in den zomer maar zes weken leven, (hiermede worden zeker de bijen bedoeld, die uitvliegen om in te zamelen, anders komt het mij ongeloofelijk voor) dan een nazwerm vóór dat er jonge bijen voor den dag kwamen, geheel zijn uitgestorven. Ook met den moederstok zou het er treurig uitzien, want na ongeveer 3 weken is het broed uitgeloopen en dan zou het nog 6 weken moeten duren eer er weer jonge bijen uitkwamen.
Het is dus wel een groot geluk, dat het in de meeste gevallen maar half zoo lang duurt.

T. DE VRIES, Wildervank.