OFFICIEELE MEDEDEELING

VERSLAG
over den toestand der Vereeniging tot bevordering der Bijenteelt in Nederland
over 1899.


Evenals het jaar 1898, het geboortejaar der Vereeniging, was ook het jaar 1899 voor de Vereeniging in meer dan één opzicht belangrijk. Het ledental op 31 Dec. pl.m. 1250 bedragende, vermeerderde gestadig en klom tot 1433, verdeeld over zeven provinciale afdeelingen, uitgezonderd 50, die als verspreide leden woonachtig zijn in provinciën, waar nog geen prov. afdeeling is opgericht.
Genoemde zeven afdeelingen zijn: Noord-Brabant met 523, Limburg met 354, Gelderland met 184, Friesland met 132, Drenthe met 73, Groningen met 73 en Noord-Holland met 44 leden.
In den loop van het jaar heeft de prov. afd. Groningen, Exelsior zich afgescheiden van de Vereeniging; sommige leden dier afdeeling hebben zich daarop weer als verspreid lid bij de Vereen. aangesloten.

Het voorloopig Hoofdbestuur werd vervangen door de Commissarissen, benoemd door de prov. afdeelingen. Overeenkomstig het bepaalde in de Statuten, namen in het Hoofdbestuur zitting voor:
- N. Brabant twee comm., de H.H. Baron de Grancy en H. Boot,
- Limburg de heer Snellen,
- Gelderland de heer R. Dinger,
- Friesland de heer Van Welderen Baron Rengers
- Drenthe de heer D.A.E. Dupper.

De afdeelingen Groningen en Noord-Holland lieten zich niet in het Hoofdbestuur vertegenwoordigen. Tot leden van het Dag. Bestuur werden uit het Hoofdbestuur benoemd de H.H. R. Dinger te Lunteren, Voorz. en Baron de Grancy te Vught tot vice-Voorz. Definitief werd tot Algemeen Secret.-Penn. benoemd de heer B. Wigman te Lunteren, die deze functie in 1898 voorloopig had waargenomen.

Het Hoofdbestuur vergaderde vijfmaal en wel te Utrecht, de zetel der Vereeniging; n.l, 11 Febr., 24 Maart, 13 Mei, 4 Nov. en 21 December. In deze hoofdbestuursvergaderingen werden de belangen der Vereeniging besproken en sommige gewichtige besluiten genomen, vooral ten opzichte van het onderwijs in bijenteelt. Eene commissie van vier leden, bestaande uit de H.H. Snellen, Hootsen, Tukker en Wigman werd door het Hoofdbestuur benoemd om een ontwerpleerplan voor Cursussen in bijenteelt en een ontwerpexamen programma voor bijenteelt samen te stellen. De door de Commissie ingediende ontwerpen werden in de Hoofdbestuursvergadering van 4 November met algemeene stemmen goedgekeurd, na uitvoerige besprekingen, terwijl dezelfde ontwerpen eveneens de goedkeuring verlangden van de Algemeene Vergadering op 21 Dec.

Tengevolge van de langdurige voorbereiding, noodig voor de definitieve vaststelling der genoemde ontwerpen, kon de Vereeniging dit jaar nog geen aanvang maken met het bijenteeltonderwijs; ongetwijfeld zal zij in 1900 deze belangrijke zaak met kracht ter hand nemen, voor zoover hare financiën dit namelijk zullen toelaten.

In de vergadering van 13 Mei werd tot afgevaardigde naar de internationale tentoonstelling van bijenteelt te Keulen benoemd de heer P. Bijdendijk te Brummen, die daarover een uitgebreid verslag heeft uitgebracht hetwelk in het orgaan der Vereeniging werd opgenomen.

In dezelfde vergadering werd in beginsel besloten, de eerste nationale tentoonstelling voor bijenteelt in Nederland, te houden in Sept. 1900 te Boxtel, financieel te steunen. De voorloopige Redactie van het Maandschrift werd in de hoofdbestuursvergadering van 21 Dec. vervangen door de definitieve benoeming van den heer J.C. Bosch te Beverwijk tot Redacteur, die zijne functie zal aanvaarden l Januari 1900.

In sommige provinciale afdeelingen werden door de onderafdeelingen hare benoodigdheden voor het bedrijf voor gezamenlijke rekening aangekocht, waardoor betere qualiteit werd verkregen voor mindere prijzen. Evenzoo werd door verscheidene prov. afd. en onderafdeelingen coöperatief honig en was aan de markt gebracht wat ten gevolge had, dat de bijenhouders aanmerkelijk hoogere prijzen konden bedingen dan vroeger, toen zij zich nog niet vereenigd hadden en daardoor genoodzaakt waren zich te vergenoegen met de prijzen die de tusschenhandel wilde besteden.

Het spoorwegvervoer van bijen kwam meermalen ter sprake in de vergaderingen van het Hoofdbestuur en van de besturen der prov. afdeelingen, en hoewel sommige afd. reeds voor hunne provincie eenige verbeteringen in het vervoer van de spoorwegmaatschappij verkregen hebben, blijft toch voortdurend de aandacht van het Hoofdbestuur op deze belangrijke zaak gevestigd en zal zij van de verschillende spoorwegmaatschappijen eene uniforme regeling trachten te verkrijgen. De eerste stappen daartoe zijn reeds gedaan.

De financieele toestand der Vereeniging was gunstig, zeer gunstig zelfs, als men let op het batig saldo, groot f.473.11. Hierbij dient echter opgemerkt te worden, dat dit betrekkelijk hooge voordeelig saldo ook werd verkregen, door het, om bovenvermelde redenen, niet gebruiken van den post op de begrooting, groot f.247.52, voor het houden van cursussen, voordrachten, tentoonstellingen, enz.
Het onderwijs in bijenteelt zal in 't vervolg ongetwijfeld groote financieele offers van de Vereeniging vragen ; zoodat de regeerings-subsidie, groot f.700, geheel ontoereikend zal blijken. Het Hoofdbestuur heeft daarom reeds aangedrongen bij de Regeering om verhooging van deze subsidie met f.500, waartoe de Regeering zich bereid heeft verklaard te willen medewerken.

Uit het aangevoerde blijkt, hoe nuttig de Vereeniging reeds heeft gewerkt in haar korten tijd van bestaan. Alom in den lande is belangstelling gewekt voor dit onderdeel van het landbouwbedrijf. De bijenhouders beginnen in te zien, hoe noodzakelijk het is, zich aaneen te sluiten en hunne kennis van het bedrijf te vermeerderen. Het orgaan der Vereeniging tracht in dit laatste te voorzien, al is het op bescheiden wijze. Meer zullen in dit opzicht vermogen cursussen in bijenteelt, voordrachten, modelstallen, tentoonstellingen, enz

De Vereeniging gaat een schoone toekomst tegemoet: cursussen in bijenteelt zullen in 't volgend jaar hier en daar gegeven worden door leeraren, die voldoen aan de eischen van het examenprogramma, door de Vereeniging vastgesteld; modelstallen zullen in de provinciale afdeelingen opgericht worden om de belangstelling op te wekken en den lust tot kennis aan te wakkeren, te bevredigen; en de eerste nationale tentoonstelling van bijenteelt te Boxtel zal naar wij hopen, een aanschouwelijke voorstelling geven van den omvang van het bijenbedrijf hier te lande, waarvan nog zoo velen niet het minste begrip hebben.