DE UITVOER VAN HONIG NAAR DUITSCHLAND.



Nu een herziening van het tarief voor invoerrechten in ons land binnen kort geschieden zal, dunkt mij dat het volgende wel zeker iets kan bijbrengen om te bewijzen, dat verhooging van het invoerrecht voor honig zeer gewenscht is, zoo niet noodzakelijk tot opbeuring van de bijenteelt in ons vaderland. Daar onze regeering onze Vereeniging ook met een subsidie steunt, mogen wij hopen, dat zij evenzeer op deze wijze de bijenteelt zal willen vooruithelpen en met haar den zoo verwanten tuin-, ooft- en landbouw.

In Duitschland werden de inkomende rechten driemaal verhoogd, namelijk in 1885, 1895 en 1896, welke maatregel den invoer van honig beperkte.
In 1879 werd voor het eerst een invoerrecht op honig geheven van 3 Mark of f 1.80. Zes jaar later werd dit tot 2 Mark of f 12 verhoogd, en toen in 1895 en '96 liet invoerrecht op suiker verhoogd werd stelde men dat op honig eveneens hooger en wel op 36 Mark of f 21.60, en later op 40 Mark of f 24, De uitwerking was de volgende: in 1894 werden 3.676.200 kilogr. vreemden honig ingevoerd; in 1895 3.550.700 kilogr.; in 1896 nog 1.374.700, alhoewel de invoer in 1899 weder 2.104.900 kilogr. bedroeg.

Nederland had in 1892 nog 261.500 kilogr. naar Duitschland uitgevoerd, in 1899 nog slechts 7600 kilogr., wel te verstaan die aan recht onderhevig waren, terwijl verder in korven met levende bijen, die over de grenzen gedood werden, nog een groote hoeveelheid uitgevoerd werd. Zoo werden in 3 jaar, 1892 tot 1894, uit Holland ingevoerd 576.800 kilogr. honig, en in de drie jaar, 1897 tot 1899, slechts 43.200 kilogr. De invoer in korven met levende bijen, die vrij was, bedroeg uit Holland in eerst genoemd tijdperk 113.000 kilogr., welke in het laatste gestegen was tot 688.300 kilogr.

Hierbij merkt een Duitsch vakblad op, dat deze getallen wel bewijzen, dat van die vrijstelling van invoerrecht voor levende bijen door de Nederlanders misbruik wordt gemaakt en daarom dan ook dat helsch lawaai over een wagon Brabantsche korven met levende bijen, het vorig jaar door een Duitscher hier opgekocht en ingevoerd. Er moest een gelegenheid gezocht worden om dat "Hollandsch tuig" te weren, en zoo werden dan door de Duitsche imkers stappen bij hunne regeering gedaan om het invoerrecht te verhoogen en om ook den vrijen invoer in korven met levende bijen te doen ophouden. Zij zelven moesten echter de Hollandsche heide bezoeken, maar als men bij den uitvoer aan de grenzen er een plaatje op vast maakte, dan zouden zij daarmede weer vrij ingevoerd kunnen worden.

Ziedaar wat de Duitsche imkers praktiseeren om zich maar te beschermen. Dat de regeering hen steunt bewijst wel de verhooging van inkomend recht. Nu de uitvoer naar Duitschland door zulk een hoog invoerrecht bemoeilijkt wordt, zal dat een terugslag hebben op de bijenteelt in ons land. Niet dat wij overproductie hebben, geenszins, de cijfers van den invoer van kunsthonig wijzen zelfs op een groot tekort aan natuurhonig voor ons land.

Hopen wij gesteund te worden door verhooging van invoerrecht op honig, niet minder hopen wij op den steun van ieder honiggebruiker, die verzekerd moet zijn van de zuiverheid en echtheid van den honig, en alleen maar honig gebruiken, die onder controle der Vereeniging door vertrouwbare imkers geleverd wordt.

H. STASSEN, Beesel.