VRAGENBUS
Antwoord op Vr. 7. (juni 1902)
Men neemt aan — let wel, 't is nog maar een onderstelling — dat de bijen, die tot denzelfden stok behooren, elkaar kennen door den individueelen geur, die elk volk eigen moet zijn. Bekend is 't, dat de bijen op sterk riekende stoffen reageeren, en dat zij b.v. voor een met verdunde carboloplossing gedrenkten doek even snel van de raat wijken, als voor de dikste rookwolk. Bekend ook is 't, dat de bijen slechts een kort plaats geheugen hebben, want bijen, die bedwelmd zijn geweest, kunnen zonder gevaar in de nabijheid verplaatst worden, omdat zij haar oude standplaats vergeten zijn. Deze feiten en de bovenstaande onderstelling saamgevoegd, maken 't waarschijnlijk, dat elke geur, sterker dan de eigen geur der dieren, in staat is, ze niet alleen tijdelijk, maar ook blijvend 't onderscheidingsvermogen ten opzichte van elkaar, te doen verliezen. Want als 't plaatsgeheugen, dat toch zoo'n belangrijke rol speelt in ’t leven der bij, zoo spoedig vernietigd wordt, is 't niet te gewaagd aan te nemen, dat 't herkenningsvermogen nog spoediger verloren gaat.
Aftreksel van kruidnagelen schijnt mij dan ook wel een goed middel toe, om zwermen en volken te vereenigen. Rook kan bedwelmen, omdat hij tegelijk 't zenuwstelsel en de ademhalingswerktuigen aangrijpt. ‘t Aftreksel van kruidnagelen heeft geen invloed op de ademhalingswerktuigen, de werking op 't zenuwstelsel schijnt mij uiterst gering. Ik heb er tenminste geen bij mee kunnen bedwelmen.
v. B.
Antwoord op Vr. 7. (juni)
Door besprenkeling met het aftreksel van kruidnagels worden de bijen niet bedwelmd. Bijna zeker is de aangename, doordringende en blijvende reuk oorzaak, dat de bijen elkaar niet meer herkennen en alzoo in vrede leven. Het middel is verder volstrekt onschadelijk voor de bijen.
Wie twijfelt neme vooral zelf eens de proef; men zal verbaasd staan over de verrassende uitkomst.
W.A. OTTEN.
Vraag 8.
Wanneer men, als de brandzwerm is afgevlogen of door kunstzwermen is ontnomen, na eenige dagen de koninginnecellen op eene na verwijdert, levert dit dan nimmer teleurstelling op, doordat men geen goede of misschien geen koningin heeft? Is men hierbij misschien te ver gegaan om het zwermen te voorkomen?
A. v. d. M.