VAN OVER DE GRENZEN.

De honigcrisis in Frankrijk. Onder dezen titel komt in de „Leipziger Bienenzeitung" van Maart een artikel voor van MORGENSTERN, Parijs. Wij lezen daar: 't Kan niet ontkend worden, dat de bijenteelt, tengevolge van den prijsachteruitgang van den honig er zeer slecht aan toe is.
Al verleden jaar vonden de fijne honigsoorten van Gâlinais moeielijk afnemers, eenige groote producenten moesten, omdat zij te veel voorraad kregen, hun waar beneden prijs aanbieden
Dit jaar was de oogst van de fijnste soorten zeer ruim. De handelsprijzen zijn daardoor omlaag gegaan, en de prijs, die langen tijd tusschen 110 en 130 Francs per 100 kilogr. gewisseld had is tot op 90 Francs gedaald. Ja, vele producenten zijn zelfs met 75 Francs tevreden. Al worden nu de kleinere bijentelers, die in hunne omgeving afzet voor hunne producten vinden, slechts indirect getroffen, toch is deze ongunstige toestand voor het geheele bedrijf van beteekenis.

De oorzaken van dit verschijnsel liggen stellig in de groote uitbreiding der bijenteelt sedert 20 jaar, in het meer algemeen worden der kasten met lossen bouw, waardoor de opbrengst, die bij een korf met vasten bouw van 6—10 kilogr. bedraagt, van 20 - 30 kilogram vermeerderde, zonder dat het verbruik in gelijke mate toenam.
Een verdere oorzaak is de overstrooming der Fransche markt met buitenlandschen honig, waarvan geen inkomend recht geheven wordt en die zeer goed op allerlei wijzen voordeelig gebruikt kan worden.

-------


In het Fransche tijdschrift ,,L' Apiculteur", dat de Redactie ontvangt, wordt van een crisis niets vermeld. Maandelijks komt daarin een overzicht voor van prijzen, in 't Maartnummer lezen we daarin van den honig:
De prijzen veranderen niet. Puike honig blijft vast, omdat hij schaars is, op 125 à 130 francs; blanke honig op 80 à 90 francs; honig uit Bretagne heeft geen vasten prijs, hij staat op 90 à 105 francs; in honig van „Le Landes" gaat niets om, de prijs is van 60 à 65 francs; Chileensche honig wordt op 75 francs genoteerd.

Dan hebben we hier toch andere toestanden! In „De Bieënvriend" van November lezen wij: Mijne lezers verdienen geen pluimpje. Steeds spannen wij ons in hen op de hoogte te houden der nieuwste bevindingen op het gebied van bieënteelt, en worden door hen weinig of niet ondersteund. Open Duitsche of Waalsche bladen, die over bieënteelt handelen, steeds zult ge daar menigvuldige bijdragen van lezers in vinden. Anderen zenden menige vragen naar hun blad, waarop ervaren bieëntelers antwoorden en zoo komt een onderlinge strijd tot stand, die tot nut dient van 't algemeen. Hoe dikwijls spoorde ik u aan, ons met uwe proza te begiftigen? Weinig beantwoordden aan mijnen oproep. Ze laten Gods water over Gods akker loopen, trekken hunne slaapmuts over hunne ooren en sluimeren zachtjes in, enz.