Werkzaamheden October - November.

De redactie verzoekt mij, althans voorloopig, deze rubriek te verzorgen. Slechts aarzelend gaf 'k aan haar vereerende uitnoodiging gehoor. 'k Weet dat velen steunen op de eerste bladzijden van 't Maandschrift en dat wie ze schrijft 'n groote verantwoordelijkheid op zich neemt. Maar 'k stel genoeg vertrouwen in onze lezers, dat zij mijn wenken niet klakkeloos zullen volgen.
Men beschouwe ze, vooral wegens de beperkte ruimte, die te mijner beschikking staat, slechts als vingerwijzing, die men naar omstandigheden en naar eigen inzicht behoort te wijzigen. 'k Vraag geen toegevendheid. Welwillende, opbouwende kritiek zal mij aangenaam zijn.
Dit ter inleiding van m'n taak.

* * *


De voeding dient nu geheel afgeloopen te zijn. Wie niet zorgde dat elk volk over tenminste 10 K.G. gedekseld voeder beschikt voor den winter, komt te laat. Hoogstens kan men nu nog van boven voeren. Vooral voor de voedering ware 't gewenscht, dat elke ronde strookorf ook van boven 'n opening bezat.
Suikerstroop toe te dienen is gevaarlijk, ze wordt misschien niet meer verzegeld. Men voere nu nog onverdunden lauw warmen honing; kandij, die bereid wordt door 2 KG. suiker te smelten in 3½ d.L. water, met toevoeging van 'n theelepeltje wijnsteen, en dit volkomen te laten afkoelen; suikerdeeg, dat men verkrijgt door 4 K.G. suiker door 1 K.G. warmen honing te kneden; broodsuiker in groote stukken of ontzegelden honing in de raat. Alle suikervoedermiddelen worden op de raten met 'n vochtigen doek afgedekt. Korven kunnen omgekeerd worden. Zorg voor goede bedekking, opdat zoo weinig mogelijk warmte verloren gaat.

Niet dan in den uitersten nood, brenge men na half October nog verandering in de overwinteringsruimte.
De voorbereidende maatregelen voor de overwintering zijn reeds getroffen. Zwakke volken zijn vereenigd, minderwaardige koninginnen door andere vervangen, 't broednest is tot op een beperkt aantal ramen teruggebracht.

Wat er nu nog voor de inwintering te doen is, bestaat alleen in 't warm toestoppen der bijen. Strookorven met 'n wanddikte van tenminste 5 c.M, waarvan de ringen stevig tegen elkaar sluiten, kunnen op 'n beschermde plaats in hun zomerkleed blijven staan. Anders 'n winterjasje van roggestroo, gelijk er een van kanariestroo om de bisschopsmutsen zit, of 'n omkleedsel van zakken. 't Scheelt allicht eenige kilogrammen honing in den winter.

In Duitsche kasten vulle men de vrijblijvende ruimte van 't broednest met 'n kussen, dat met alles gevuld mag zijn, behalve met hooi, wijl dit licht gaat schimmelen. Houtwol, kaf, papiersnippers, turfmolm, voldoen zeer goed. Ook in de honingruimte komt 'n dergelijk kussen, ofschoon men met een 5 c.M. dikke laag oude kranten ook volstaan kan.
In enkelvoudige Amerikaansche kasten plaatse men aan elke zijde van 't broednest 'n verklein plank en vulle de overblijvende ruimte op. Boven 't broednest 'n leegen bak en deze voorzien als in de Duitsche kast.

'n Sterk volk, 'n goede, juist verdeelde honingvoorraad en 'n flinke kopbedekking zijn 't voornaamste.
Zorg dat uw bijen steeds bij dien voorraad kunnen door boven in de raten gaten te maken of door eenige latten over de ramen te leggen, opdat de dieren over de bovenlatten van straat tot straat kunnen komen.

Dubbelwandige woningen kunnen opgevuld worden, doch als er niet veel beweging in de lucht tusschen de wanden kan komen, is 't vrij wel onnoodig. 't Is voorzichtig enkelvoudige woningen op de een of andere wijze tegen sterke wisseling der temperatuur te voorzien. 'n Stroomat als omhulsel kan dienen, vooral als de kasten in 'n stal geborgen worden. Anders is 'n winterkist, die met 'n paar c.M. ruimte om de woning sluit, wel zoo aanbevelenswaardig.

Of er met betrekking tot den bodem nog iets gedaan moet worden, durf 'k niet zeggen. Sommigen vullen strookorven vanonder op. Op den bodem der kasten wordt vaak 'n stuk asphalt of geparaffineerd papier geplaatst. Bij 't voorjaarsonderzoek verleend dit heel wat gemak.

Verklein nu de vliegopening zóó ver, dat er geen spitsmuis binnen dringen kan; stop alle mogelijke reten met leem, stopverf of voorwas toe; en dan hebt ge, menschelijker wijze gesproken, alles gedaan, wat ge doen kunt, om uw bijen door den winter te brengen.

F.C. VAN BRUSSEL.