Het verwerken der bijenprodukten.



Hier en daar wordt in ons land reeds veel gedaan om er voor te zorgen, dat de ijmker voor de produkten, die hem de bijen leveren, eene goede betaling ontvangt. De opbrengst van gelijke hoeveelheden dier produkten loopen echter voor de verschillende ijmkers nog al wat uiteen en staat in geen geval in vergelijking met wat de ijmkerhandelaar uit zijne produkten weet te maken.
Voor een groot deel komt de honing en was der kleine ijmkers in handen van handelaars, die met den grootsten buit gaan strijken. Voor een kleiner deel wordt de korfinhoud coöperatief verwerkt en verkocht; maar ook in dit geval is de toestand lang niet, zooals die te wenschen ware.

Het is daarom, dat ondergeteekende het volgende idée onder de aandacht der lezers van het maandblad wenscht te brengen, misschien, dat door verwezenlijking van dat idée de opbrengsten voor den gewonen ijmker zouden verbeterd kunnen worden. Het denkbeeld is ontleend aan wat we zien bij de tegenwoordig zoo bloeiende fabriekmatige boterbereiding.
Waardoor brengt de zuivel den boer thans zooveel meer op dan vroeger, omdat men gezamenlijk in groote fabrieken een uitstekend product weet te fabriceeren. Aan het hoofd dier fabrieken staan der zake kundige mannen, die in hun bedrijf geheel kunnen opgaan.

Zeker is hier en daar reeds door coöperatieve verwerking der bijenprodukten een begin van verbetering ontstaan, maar deze coöperaties verwerken een te geringe hoeveelheid, dan dat met een voldoend bedrijfskapitaal zou kunnen gewerkt worden, of dat aan het hoofd van zoo'n bedrijf een persoon kan worden aangesteld en bezoldigd, die in dat bedrijf geheel opgaat en ook dat de noodige werktuigen kunnen worden aangeschaft om een uitstekend produkt te verkrijgen en meteen te zorgen, dat niets verloren gaat.
Daarom zou ondergeteekende wenschen, dat in ons land één of meer fabrieken verrezen, waar de honing en was der ijmkers fabriekmatig werd verwerkt. Gesteld de mogelijkheid, dat de hoeveelheden honing en was, die elk jaar in de afdeeling Gelderland-Overijssel worden gewonnen groot genoeg zijn, dat in een geschikt centrum dier afdeeling een flink ingerichte fabriek kon worden opgericht om deze hoeveelheden te verwerken, dan ligt het voor de hand, dat de geldelijke opbrengsten zouden stijgen.

Verder zou daardoor een uniform produkt ontstaan, dat sterk stond tegenover de vervalschingen, die in den handel voorkomen. Ook zou in den tijd, dat de fabriek geen honing of was te verwerken heeft, daar allerlei benoodigdheden voor de deelnemers van de coöperatie kunnen worden vervaardigd, en zouden de ijmkers vandaar de noodige zuivere voerhoning kunnen bekomen.
De grootste moeilijkheid zou zeker wel hierin bestaan, hoe de honing en was der ijmkers naar de fabriek te bevorderen. Deze moeilijkheid is echter, naar de overtuiging van ondergeteekende niet zoo groot of ze is wel te overwinnen. De onder-afdeelingen zouden hier een rol moeten spelen. Hoe het zij, het is slechts een idée, dat hier wordt geopperd, maar geen uitgewerkt plan. Wellicht dat dit artikeltje tot besprekingen en beschouwingen aanleiding geeft, waardoor op den duur de zaak der ijmkers wordt bevorderd.

H. STIENSTRA, Secr. der Onderafd. Steenwijkerw. en Omstr, Frederiksoord, Dec. 1904.