Een bedrijfswijze.
Het jaar 1926 was voor 't grootste gedeelte een slecht jaar voor de imkers. Alleen een week in 't laatst van Augustus, begin September maakte alles goed, voor wie zijn volken klaar had op de heide. „Klaar", daar komt het op aan, d.w.z. sterke volken tegen de hoofddracht, volken die veel vliegbijen hebben en niet aan zwermen denken, goed imkeren is dus niet 't hebben van sterke volken als de hoofddracht net afgeloopen is, doch vóór de hoofddracht.
Voor elke streek is de behandeling van de volken dus verschillend en regelt zich heelemaal naar de dracht. Een bedrijfswijze, die in vele deelen van ons land kan worden toegepast is de volgende.
Verondersteld wordt matige dracht tot einde Juni, daarna linde, klaver, korenbloem tot 20 Juli, gevolgd door de heide Augustus — half Sept. Na de voorjaarsontwikkeling komen de zwermen begin Juni los. We kiezen de eenvoudigste meest natuurlijke manier. We maken geen vliegers, vegers, passen geen gekunstelde koninginneteelt toe, maar laten de bromzwermen afkomen. Die gaan er nog niet zoo gemakkelijk van door. Vreest men daarvoor, dan kan men eenige plankjes ophangen met dennenschors aan de onderkant bespijkerd. Hieraan schijnen de zwermen zich gaarne neer te laten.
De voorzwerm wordt geschept en op z'n oude plaats op 10 kunstraten gezet (al naardat men ramen in de broedruimte heeft) of, om opnieuw uitzwermen te voorkomen, op 9 kunstraten en één uitgebouwd leeg raam in 't midden. De zwerm heeft nu dadelijk gelegenheid de meegebrachte honing te bergen. De moer vindt cellen voor 't leggen van eieren. Meer dan één uitgebouwd raam is niet noodig, daar een zwerm gaarne werkt en dit moet niet worden onderdrukt. Ook kan men 't probeeren met strooken kunstraat, maar dan moet later telkens worden ingegrepen, als 't volk overgaat tot 't bouwen van grof werk.
Het afgezwermde volk komt op een nieuwe plaats. De vliegbijen hiervan komen bij de bromzwerm, waardoor deze niet onbelangrijk wordt versterkt. Het afgezwermde volk wordt met dun suikerwater gevoerd. Het gemakkelijkst geschiedt dit van boven met de ballon. Geeft men geen drinken, dan trekt het volk veel broed uit, wegens gebrek aan water, daar de vliegbijen vooreerst ontbreken.
Is de dracht niet sterk, dan gaan we de zwerm den volgenden avond helpen. Sterk voeren, suiker 1 op 1. Zie ze werken. Pracht raten, alles fijne bouw.
De zesde of zevende dag na 't zwermen komt 't moervolk op de separator boven de zwerm. Men kan de zwerm dan niet verder voeren, wat echter ook niet meer noodig is. Het moervolk verliest nu voor de tweede maal z'n vliegbijen. Waar blijven deze? Op de plaats waar 't moervolk een week gestaan heeft, staat nu de kast met 7 volle bladen kunstraat met in 't midden 2 ramen met honing, waartusschen een broedraam uit 't moervolk, met een paar mooie doppen en de aanzittende bijen. Deze met de nog komende vliegbijen vormen een klein volkje, dat we later noodig hebben.
(Wordt vervolgd).