Nosèma.
Een dringend beroep op alle imkers onder de lezers.
Uit ons maandschrift en nu ook uit de dagbladen is reeds gebleken dat zich dit jaar hier en daar met bizondere hevigheid voordoet de bijen-nosèma. In het voorbijgaan merk ik op, dat dit aan de Grieksche taal ontleende woord: ziekte beteekent, zoodat te spreken van nosèma-ziekte, gelijk vaak gebeurt, niets anders dan een pleonasme is. Dit over den naam.
Intusschen hoe men het noemen wil, een feit is, dat wij te doen hebben met een ziekte, die reeds bij enkele imkers aanzienlijke schade heeft veroorzaakt. Voor één werd de hulp der leden van onze Vereeniging ingeroepen. Dat was dunkt mij billijk en goed en ik kan het slechts betreuren, dat die hulp niet ruimer en door een grooter aantal is gegeven. Maar nu er meerderen komen, die in hetzelfde geval verkeeren, moet op andere wijze getracht worden hulp te verschaffen. Dat dit beslist noodig is, zal zeker zonder meer voor ieder duidelijk zijn, wanneer bedacht wordt, dat niet maar liefhebbers, die een paar volken houden worden getroffen, maar ook zij, die in hun bijenvolken mede een bron vinden voor hun bestaan en die geldelijk het slechtste zulk een nadeel kunnen dragen. Terwijl hierbij komt, dat tegen bijen-ziekte geen verzekering kan worden gesloten en hier ook in het geheel niet van schuld of nalatigheid kan worden gesproken.
Hiervoor is echter allereerst noodig den omvang te weten, die dit kwaad reeds gekregen heeft en de hierdoor veroorzaakte schade vast te stellen. Voer dit doel doe ik hierbij een dringend beroep op alle imkers onder de lezers, ten einde ons de noodige gegevens te verschaffen door toezenden van een briefkaart (met 5 cts. postzegel te frankeeren). En dit mogen niet alleen zij doen, die de ziekte reeds hebben bespeurd, maar ook zij, wier bijen nog vrij bleven.
Terwijl ik tevens verzoek, wanneer iemand later de ziekte constateert, hiervan onmiddellijk kennis te willen geven. Laat nu niemand deze kleine moeite teveel achten of meenen, dat het nergens toe dient. Imkers, het kan ook voor u zelf van belang zijn of worden. Het is reeds van belang voor sommigen uwer mede-imkers. Gij hebt niets anders te doen dan een briefkaart te schrijven en te posten.
Blijve dus niemand achter!
Mr. A. VAN DER FL1ER, Voorz. der Vereeniging voor Bijenteelt.
Zóó moet de briefkaart luiden.
Aantal bijenvolken.
a. in kasten ....
b. in korven ....
Aantal zieke volken.
a. in kasten ....
b. in korven ....
Aantal volken, die dood zijn gegaan.
a. in kasten ....
b. in korven ....
Woonplaats ........................... Naam ..........................
N.B.
De kaart adresseeren aan: Randenbroekerweg 11, Amersfoort.