Bijenplanten.

In het bericht van het Waarnemingsstation Wageningen van October, worden 3 bijenplanten aangegeven, die mij bijzonder opvielen; maar de namen zijn niet juist gedrukt, daarom alleen kom ik er op terug.

De vetplant is Sedum populifolium. Ik zag deze plant in September in Katwijk als randplant van een groot perk, 4 M. lang en 50 c.M. breed in vollen bloei. Vele lOOden bijen zaten op de bloemen, dat zou iedere imker zijn opgevallen. Daarna zag ik haar op vele plaatsen. Deze plant brengt 10 tot 15 stengels voort, die ieder meerdere bloemschermen krijgen met een straal van 5 c.M. De plant is winterhard en neemt ieder jaar in omvang toe.

De Baccaris halimifolium L. Linaeus kende haar reeds. Deze heester is tweehuizig, bloeit begin September. De mannelijke bloemen worden zeer sterk bevlogen. De vrouwelijke bloemen ontwikkelen na de zaadvorming een schitterende zijdeachtige pluim, die tot het voorjaar goed blijft en als bouquet een sieraad is.

Het zonnekruid (Helenium sp.) is ook een late bloeier, men ziet hen de laatste jaren steeds meer. De naam doet reeds vermoeden, dat het een bijenplant is, wat inderdaad het geval is.

Najaarsbloemen, die den bijen nog wat geven, zijn altijd aan te bevelen voor tuinen en parken, daarom alleen vestig ik er de aandacht op. De Baccharis is onder tuinlieden reeds lang bekend, toevallig viel dit jaar mijn aandacht er op, omdat er zoovele bijen op de bloemen waren.

Wag. Oct. 1928.
L.J. VAN RHIJN.