HUMORHOEKJE.


De Sluitzegels.


Geachte Redactie!
Het heeft me al lang op het hart gelegen en het moet er eindelijk eens af.
Ik bedoel de sluitzegels, die mijns inziens nog lang niet naar hunne werkelijke waarde gewaardeerd worden. En nu heb ik hier niet het oog op de uitstekende eigenschappen van de fraaie zegels als reclamemateriaal, neen, ik wil zoo graag wijzen op de opvoedende, de opbeurende kracht, die er van kan uitgaan, voor menschen die in de put zitten. Wat ?! zullen de meeste lezers vragen.
Zwijgt allen, ik zal komen met voorbeelden.

Wat zegt ge van het volgende geval. Een mijner kennissen, een aardige jonge dame, meende na langdurig en rijp beraad, niet meer voldoende van haar vriend (zoo noemen ze dat, meen ik, tegenwoordig) te kunnen houden. Schreef hem af, onder gebruikmaking van de gangbare termen . . . . . „wil echter gaarne een zuster voor je zijn". . . . . en zoo meer. Diepe verslagenheid en wanhoop aan de andere zijde, totdat zijn door tranen omfloerschten blik viel op de achterzijde der enveloppe, waarop zich een sluitzegel bevond met de aanbeveling: Gebruikt Nederlandsche Honing. Kunt ge U beter, welgekozener raad voorstellen, om in dit uur van bittere ontgoocheling te grijpen naar het allerzoetste van het zoete? De jongeling volgde den raad op en, ge kunt me gelooven of niet, hij was binnen een week van zijn zielesmart genezen.

Een ander geval: De man, die de held is van deze geschiedenis, is een van die vele menschen, die altijd met genoegen en precies op tijd hunne schulden betalen; totdat hij niet meer kon, met de beste wil van de wereld niet; schreef aan zijn respectiefelijke schuldeischers, dat, gezien zijne berooide middelen, zij naar de centen konden fluiten. In een helder oogenblik had hij echter de tegenwoordigheid van geest, de geheele post, bestemd voor zijne crediteuren, te voorzien van sluitzegels met de aanbeveling: Gebruikt Nederlandsche Honing. De schuldeischers, hoewel diep terneer geslagen, waren zoo geroerd door deze zoete aanbeveling, die hun meer waard was, dan al het slijk der aarde, dat . . . . ge kunt het weer gelooven of niet. . . . .ze hem eenparig vrij scholden van al zijn schulden!

Een derde geval . . . neen, ik zwijg liever, en laat het aan de ongeloovige Thomassen over, om zelf ondervinding op dit gebied op te doen.

G.R.A.P. JAS.