INGEZONDEN.


Gaarne voor onderstaande plaatsing in ons maandblad; bij voorbaat dank.

In het beknopt verslag van de Algemeene vergadering komt onder meer voor het volgende:
Aan de orde is reorganisatie afd. Verzekering, het verslag geeft de algemeene beschouwing of inleiding weer van den ontwerper den heer Joustra. Dan volgt de volgende zin. „Nadat spreker zijn ontwerp gemaakt had en aan de afdeelingen had verzonden kwam een aanbieding van een verzekerings maatschappij binnen enz."
Zoo is het door den Voorzitter gezegd en door mij bestreden, omdat in Mei 1929 de eerste correspondentie hierover reeds is gevoerd met den Directeur van afd. Handel en deze eerste correspondentie gevolgd is door tal van andere. De Voorzitter heeft dit na mijn betoog ook toegegeven.
Verder staat: „Besloten wordt, dat het H. B. zal zien welk plan het beste lijkt". Dit moet zijn het voorstel Joustra werd door den ontwerper ingetrokken (1) en de andere handelingen met bedoelde verzekeringsmaatschappij worden opnieuw begonnen.

Verder: „Een nieuw punt wordt na de pauze behandeld, n.l. beleid H. B Verder: „Men kan zien dat dit punt vreemd is want verschillende afgevaardigden spreken over dingen die met het beleid H.B. niets te maken hebben." Volgens mijn bescheiden meening had deze opmerking wel achterwege kunnen blijven. De meeste afgevaardigden weten wel wat zij over het beleid H.B. moeten zeggen, als het volgend jaar dit punt komt op de agenda op de plaats waar het hoort, b.v. achter jaarverslag van den Secretaris en onze Voorzitter, voor wiens werken overigens allen achting is, wat ruimer met het toestaan van den tijd voor verschillende besprekingen zal dit én het H. B. én de Vereeniging ten goede komen. (2)

Met ijmkersgroet,
B. VAN DE PUTTELAAR.



Opmerking I Er is geen sprake van, dat ik mijn ontwerp heb ingetrokken. Ik gaf de verg. in overweging mijn ontwerp te laten schieten en het voorstel Verz. mij aan te nemen omdat m.i. de contrôle op schadegevallen voor de Vereen. moeilijkheden kan opleveren. Mijn ontwerp vind ik voor alle partijen echter voordeeliger.

II Het H. B. kan daar rekening mede houden, al bleek ter A. V. dat men niet goed wist hoe dit punt aan te pakken. Als het punt niet meer vreemd is, ik twijfel er geen oogenblik aan, of de sluizen der welsprekendheid zullen wijd worden opengezet, ongeacht welk nummer van de Agenda dit punt ook heeft.
J. A. Joustra.