OFFICIEELE MEDEDEELINGEN.


Het Januarinummer wordt nog volgens de oude lijsten van 1930 verzonden. Het Februarinummer wordt uitsluitend aan die leden gezonden, waarvan de lijsten zijn binnengekomen. Nieuwe leden ontvangen het Januarinummer tegelijk met het Februarinummer.


Practische lessen en excursies 1931

Afdeelingen, die practische lessen of excursies willen laten houden kunnen deze vóór 15 Februari a.s. aanvragen. Men leze hierover pagina 11 van de aan iedere afdeeling gezonden handleiding na.


Negende Nederlandsche Imkersdag.

Nadere gegevens kunnen nog niet verstrekt worden. Men houde er echter rekening mede, dat hij plaats zal hebben in September a.s. en vermoedelijk in Assen zal beginnen, hoogst waarschijnlijk met een gezellige begroetingsavond vooraf.
Vormt thans reeds clubjes en eventueel reiskassen. In Drente zal het gezellig worden, veel te zien .... veel jool. .... Hallo Friesche-Groningsche-Drentsche en Overijselsche Imkers, op U kunnen wij zeker stellig rekenen?


Verbetering.

In het H.B. verslag van 19 November 1930 is de redactie van de voorlaatste alinea iets onduidelijk.
Bedoeld wordt nl. dat het eventueel overschot, dat Afd. Handel gemaakt heeft gebruikt mag worden in het d. a. v. jaar voor reclamedoeleinden voor die af deeling en niet meer bij het kapitaal van Handel komt. (Zie hiervoor het voorstel H.B. voor de A.V.)
(Reeds veranderd in betreffend artikel dec. ’30, bewerker Groentje-project).


Voorstellen A.V.

Het Hoofdbestuur stelt voor, dat een eventueel overschot, dat afdeeling Handel gemaakt heeft in den vervolge mag worden gebruikt voor reclamedoeleinden uitsluitend voor afd. Handel.


VOORSTEL DER AFDEELING ARNHEM EN OMSTREKEN.

De Algemeene Vergadering drage aan het Hoofdbestuur op, te bevorderen:
1e. dat een onderzoek wordt ingesteld naar de waarde van groote heidevelden voor de bijenteelt en voor andere takken van bodemcultuur, welke bij deze teelt belang hebben;
2e. dat aan de hand van de resultaten van het onderzoek eventueel maatregelen worden genomen om voor de toekomst het behoud van voldoend groote heidevelden als bijenweide te verzekeren.

Toelichting der Afdeeling Arnhem.
Waar als vaststaand moet worden aangenomen, dat de bijenteelt in ons land niet alleen voor de honing- en waswinning, doch ook in hoogere en steeds toenemende mate voor de bestuiving der bloemen onzer cultuurgewassen, een groote economische beteekenis heeft, daar is de afdeeling van meening dat niets onbeproefd mag worden gelaten om de bestaansmogelijkheid van het bijenteeltbedrijf zoo goed mogelijk te verzekeren. Nu is het een feit, dat juist door de intensiveering en uitbreiding van de cultuur de bijenteelt steeds meer in de knel geraakt. Het moet dan ook van groot belang worden geacht, dat de organisatie bijtijds het gevaar onder de oogen ziet, dat door een gebrek aan bijenweide in den nazomer ontstaat.
De afdeeling acht het mitsdien gewenscht, dat onze vereeniging dit punt in studie neemt en dat door haar, event. in samenwerking met de Regeeringsambtenaren en andere belanghebbende of -stellende vereenigingen, een onderzoek naar dit punt wordt ingesteld, opdat kome vast te staan, welke waarde aan de heide als bijenweide moet worden toegewezen en welke maatregelea eventueel kunnen worden genomen, vooraleer het voor het geheele land te laat is.
Nadere toelichting door den afgevaardigde ter Algemeene Vergadering.


VOORSTEL DER AFDEELING ARNHEM EN OMSTREKEN.

De Algemeene Vergadering drage aan het Hoofdbestuur op, aan de Regeering te verzoeken, bij de Duitsche Regeering aan te dringen op vrijen invoer van bijenvolken van Nederlandsche imkers die naar de heidevelden in Duitschland reizen.

Toelichting.
In den nazomer van 1930 zijn talrijke imkers langs de Oostgrens van ons land, die met hun volken naar de heidevelden op Duitsch grondgebied wilden reizen, gedupeerd, doordat de Duitsche Regeering den toegang over de grens verbood.
Aangezien de Duitsche imkers onbelemmerd met hun volken naar de heidevelden in Nederland kunnen reizen en zij hier de grootste gastvrijheid genieten, o.a. op Terlet bij Arnhem komen al tal van jaren de imkers uit Emmerik en omgeving, is de Afd. Arnhem en Omstreken van meening, dat maatregelen dienen genomen te worden, om aan de onbillijke Duitsche bepalingen een einde te maken, zoodat de Nederlandsche imkers ook ongehinderd de heidevelden over de grens kunnen bezoeken.


Vierdaagsche imkersreis naar Celle.

Vermoedelijk omdat het plan zoo laat werd bekend gemaakt en er zoo weinig ruchtbaarheid aan gegeven nog werd, was het aantal deelnemers te gering om in den afgeloopen Zomer naar Celle te gaan. Maar zouden, als men er meer van te voren mee rekening kon houden, er niet meerdere liefhebbers zijn? Mij dunkt van wel. In Celle is een instituut gevestigd voor de bijenteelt onder leiding van prof. Koen, iemand die in Duitsehe imkerskringen en ook daarbuiten een zeer goeden naam heeft en geëerd wordt om zijn gedegen kennis, zijn grondig onderzoek en de leiding, die hij in vele dingen weet te geven. Daarom moest Celle, dat niet heel ver van de grens gelegen is, voor onze imkers zeker veel aantrekkingskracht hebben.

Celle is bovendien zelf een bezoek overwaard, om de bezienswaardige oude huizen, het mooie slot, de kerk en het park, terwijl de naburige Lünenburgerheide voor een imker buitengewoon interressant is en gelegenheid geeft te zien hoe daar, of aan den rand, ons bedrijf uitgeoefend wordt.
Celle is voorts dicht bij de stad Hannover gelegen en ook een kort bezoek aan deze belangrijke plaats mag zeer loonend heeten.

Alle kosten zijn miniem. Voor 4 dagen uit en thuis van Amersfoort tot Oldenzaal ƒ 48.— (dranken aan de maaltijden niet inbegrepen).
Het is nu nog de vraag: wanneer. De vacantietijd (2e helft van Juli) schijnt aangewezen. Maar 2—7 Juni wordt een groote Landbouwtentoonstelling in Hannover gehouden, waarop naar verluid wordt, de bijenteelt zeker zeer goed vertegenwoordigd zal zijn. Mag ik het daarom van de wensen der meerderheid laten afhangen, en vragen zich aan te melden bij ondergeteekende (vóór 15 Maart a.s.) met opgave of men al op niet de tentoonstelling wil bezoeken, dus of men eind Juni of eind Juli verkiest?

Hier volgt het programma. De spoortijden zullen ongeveer gelijk zijn, maar dit wordt wel nader opgegeven.
Bij keuze voor Juni wordt de voormiddag van den 2en dag bestemd voor bezoek aan de tentoonstelling en eerst 's middags naar Celle gereisd. Na aankomst wandeling door de stad, getracht zal worden vóór of na het bezoek aan het instituut een der bezienswaardigheden van Celle te bezoeken.

REIS NAAR CELLE.

3e kl. spoor, 4 dagen. Aanvangspunt Amersfoort, Eindpunt: Oldenzaal. Reissom f 48.—

PROGRAMMA:

1e dag. Vertrek uit Amersfoort om 12.19 naar Hannover. Aank. 17.45. Diner, logies.
2e dag. Vertrek uit Hannover om 7.46 naar Celle. Aankomst 8.38. Daarna bezichtiging van het slot, Museum, Kerk en het park. 's Middags wandeling door de stad.
3e dag. 's morgens 't instituut, 's middags autotocht naar de heide.
4e dag. Vertrek uit Celle om 9.33 naar Hannover. Aank. 10.20 Kort bezoek aan de stad. Vertrek naar Holland, om 12.58 Oldenzaal, aank. 17.14. Lunch in den trein.
N.B. Dadelijk naam en adres opgeven en aantal deelnemers. Voor antwoord postzegel insluiten.

Mr. A. VAN DER FLIER, IJmuiden, Zeeweg 287.