Kort verslag van de Algemeene Vergadering op Woensdag 29 April 1931,
in Hotel L'Europe te Utrecht.


Een record wat het aantal officieel afgevaardigden betreft, n.l. 96. 96 afdeelingen waren dus officieel vertegenwoordigd, doch het aantal bezoekers was zoo groot, dat de Foyer haast te klein bleek om alle gasten behoorlijk onder te brengen.
Dat stemt tot vreugde, omdat er uit blijkt, dat de belangstelling in het vereenigingsleven hoe langer hoe meer gaat toenemen, al zal het groeiende aantal afgevaardigden steeds hoogere eischen aan de kas gaan stellen.
De beide bijenteeltconsulenten waren aanwezig, benevens Dr. de Boer.
Bericht van verhindering was ingekomen van den Wnd. Dir. Gen. en van den Inspecteur van den Landbouw, welke laatste aanvankelijk bijwoning had toegezegd, doch op het laatste nippertje verhindering kreeg.

De Voorzitter sprak de gebruikelijke welkomstwoorden en memoreerde alle heugelijke feiten, welke zich op het gebied der Bijenteelt in 1930 hadden voorgedaan en wees speciaal op het Rijkshonigmerk en Verzekering, met een opwekking er aan deel te nemen.
Staande werd, onder het uitspreken van eenige gevoelvolle woorden, de nagedachtenis van den pionier der Bijenteelt, oud-Redacteur M. v. B., dhr. T. C. Hootsen herdacht.
Het Rapport van de commissie, nazien boeken en notulen 1930, werd zonder discussies aangenomen en de functionarissen gedechargeerd. Voor boekencontrôle 1931 werden door de afd. Beetsterzwaag en Amsterdam aangewezen de afdeelingen Deventer en Amsterdam.
Tevens werd goedgekeurd het Jaarverslag van den secr., Dhr. v. d. Puttelaar vond het wel wat beknopt, doch begreep, dat plaatsruimte uitbreiding verbood. Bij Jaarverslag afd. Handel vraagt afd. Borne wat er gedaan is om Handel om te vormen tot groothandel, doch de Voorzitter wil dit bij punt 10 behandelen, waar dan die kwestie aan de orde komt. Jaarverslag Handel en Suiker goedgekeurd zonder eenige discussie. Verder wordt besloten de jaarvergadering in 1932 weer te Utrecht te houden. Voorstel verhooging suikerprijs met 1 ct. per K.G. en quotumverhooging met 15 ct werd tegelijk behandeld.

Voorzitter doet mededeeling, dat het H.B. het voorstel quotumverhooging tot fl. 1.25 van afd. den Haag, met eenigen schroom heeft overgenomen, omdat het weet, dat dit meermalen aan de orde is geweest, zonder succes. Nu er echter noodzaak is de geldmiddelen te verhoogen, of de uitgaven te verminderen, besloot het H.B. tot het eerste, omdat niet gaarne gezien zou worden een beweging in achterwaartsche richting. Spreker noemt verschillende posten van de begrooting 1931 op, waar al zooveel mogelijk op beknibbeld is. Spreker hoopt, dat met gejuich dit voorstel zal worden aangenomen.

Epe, juicht niet, maar protesteert tegen verhooging, omdat de vrees bestaat, dat men volgend jaar weer met verhooging zal komen. Soest wil tegenstemmen, als suikerprijs met 1 ct. wordt verhoogd. Amersfoort is vóór quotumverhooging. In die afdeeling is besloten de contributie met 40 ct. te verhoogen, ook al komt de quotumverhooging er niet door. Het Maandschrift alleen is een bedrag van fl. 1.25 al waard. De Voorzitter vindt suikerprijsverhooging niet eerlijk en vreest ook, dat dit niet mag. Op die wijze zou de contributie zeer onregelmatig worden verdeeld. Amsterdam is het absoluut oneens met deze gedachte. Wie veel suiker noodig heeft, mag best wat meer betalen, omdat hij ook meer belang bij het bestaan van de Vereeniging heeft. Quotumverhooging, hoe gering ook, is vaak een schrikbeeld. Met verhooging suikerprijs is dat iets anders, omdat deze ieder jaar toch schommelt. Amsterdam wil echter voorstel intrekken, als dit quotumverhooging in de weg staat. In een zeer humoristisch speechje komt de afgevaardigde van den Haag verklaren, dat de bijen zooveel liefde tot haar moer bezitten, dat zij haar laatste bekje nectar aan haar schenken. Zoo is het nu ook met de imkers gesteld. Die geven als het moet hun laatste 15 ct. aan de Vereeniging, omdat men weet, dat het moet.

Vaassen heeft de opdracht tegen te stemmen, hoewel spreker persoonlijk die 15 ct. (de afgevaardigde den Haag wilde het bedrag kleiner doen klinken en sprak van 3 stuivers) verhooging zeer weinig vond en hij er persoonlijk ook niet tegen zou zijn. Wageningen verklaarde zich kort en bondig tegen de verhooging. Velp deed weer een geheel ander geluid hooren. Men zegt wel eens: contributieverhooging beteekent ledenverlies. Velp geeft hiervan een tegengesteld voorbeeld. Ondanks meerdere contributie is het ledental in korten tijd daar met pl.m. 35 toegenomen. Ook de afgevaardigde van Bergen op Zoom, dhr. Tukker, sprak enthousiast over de quotumverhooging, dat nog niet contributieverhooging behoefde in te houden. Zorgt in Uwe afdeelingen donateurs te krijgen, dan behoeft van contributieverhooging geen sprake te zijn. Epe begrijpt ook wel, dat er meer geld moet komen. Als we dan de suiker niet hooger kunnen belasten, laat dan de zakken betalen, dan komt er geld.
Voorzitter wil dat niet doen. Vindt dat de weg niet.
Bij de stemming blijkt, dat 67 afdeelingen met 183 vóór de quotumverhooging zijn en 29 afdeelingen met 95 stemmen er tegen, zoodat het voorstel met overgroote meerderheid is aangenomen.

Thans aan de orde voorstel H.B. f 2000.— uit suikerfonds te besteden als volgt: f 500.— voortzetting reclame aan de stations, f 500.— voor reclame N.H.C.S. en f 1000.— als gift aan dat station. Arnhem is niet overtuigd, dat stationsreclame wel opweegt tegen de kosten. In principe is Arnhem wel voor schenking aan N.H.C.S., doch wil weten, of ook de andere vereenigingen naar rato bijdragen. Den Haag is voor stationsreclame, doch weet niet waar N.H.C.S. geld voor noodig heeft. Voorzitter zegt, dat toegezegd subsidie afhankelijk is van de daad van de imkers zelve. Den Haag wil wel f 2000.— geven aan H.B. voor reclame, doch niet aan N.H.C.S., want wil baas blijven over eigen gelden. Amsterdam wil van dat bedrag ook afd. Handel laten profiteeren. Hiertegen komt de Voorzitter op, gezien de vorige besluiten, dat Handel met eigen middelen moet werken en het hier een honingreclame voor alle imkers geldt.

Dhr. Ebbinge Wubben vraagt nu het woord en zegt, dat de Voorzitter den Haag verkeerd heeft ingelicht. Spreker heeft de vergadering N.H.C.S. bijgewoond en dat hem uit briefwisseling met dhr. Minderhoud hem gebleken is, dat het subsidie, dat toegezegd is, wel betaald zal worden, óók al geeft de Vereen. geen cent.
Ook Brabant en Limburg betalen geen cent aan het N.H.C.S. En wat de reclame betreft, laat de Vereeniging die zelf voeren. De Voorzitter spreekt er zijn spijt over uit, dat een lid van het H.B. hier spreekt tegen een besluit van het H B. Dhr. E. W. repliceert, doch de Voorzitter zegt: het gaat niet om die f 1000.—, doch om de f 500.— reclame aan het N.H.C.S., dat heeft het H.B. besloten. Dhr. Minderhoud verkrijgt nu het woord over deze zaak.

Het N.H.C.S. kan zich staande houden met de middelen die het thans bezit. Meer kan het echter niet doen. Voor reclame is geld noodig. Er is een misverstand over Rijkssubsidie, ook bij dhr. E. W. Subsidie is wel toegezegd, doch nog niet ontvangen. Voorzien wordt, dat in 1931 en '32 de zaak loopende gehouden zal worden, doch later zal de regeering het subsidie verminderen of geheel intrekken. De eenige juiste reclame voor Nederlandsche honing is die voor het R.M. Spreker beveelt het voorstel H.B. aan. Arnhem vraagt of dit geld voor eens is, of telkens weer terug komt. Wil voorstellen gesplitst in stemming brengen. Velp komt daar tegen op. Spreker vindt het funest, dat men gaat zeggen: als A. niets doet, dan doe ik ook niets. Zoo komen we er nooit. Amersfoort heeft geen bezwaar tegen de gevraagde gelden, doch wil de contrôle daarover aan het H.B. laten. N.H.C.S. zal eerst begrooting moeten indienen ter goedkeuring van het H.B. Den Haag wil f 1000.— voor H.B. en f 1000.— voor N.H.C.S.
Doetinchem is niet overtuigd van nut platen aan stations. Groningen zegt: geef zooveel mogelijk geld voor reclame uit: Borne wil f 500.— geven en f 500.— toezeggen, als ook de andere Vereenigingen wat geven.
Voorzitter brengt voorstel f 1000.— schenking N.H.C.S. in stemming.
Vóór 85 afdeelingen met 267 stemmen en tegen 8 afdeelingen met 18 stemmen. 3 afd. met 7 st. blanco. De reclame-voorstellen worden zonder stemming aangenomen.

Hierna treedt een welverdiende rust in.

(Wordt vervolgd.)