DE TIENDE NEDERLANDSCHE IMKERSDAG.
Een buitengewoon goed geslaagde dag.
MEER DAN 700 DEELNEMERS (STERS).
Schitterend weer en keurige leiding.
ALLEN HEBBEN GENOTEN!
Wat leven we toch snel!
Het heugt me nog goed, dat ik voor ruim een tiental jaren een schuchtere poging waagde, om eens te komen tot een bijeenkomst waar verschillende vraagstukken, de imkerij betreffende, zouden worden behandeld. Daarvoor deed ik een oproep in „De Practische Imker" om te komen tot een reisfonds, dat het slagen van zoo'n „Imkersdag" mogelijk zou maken. Inderdaad werd daarop gereageerd en werden verschillende bedragen toegezegd, doch het totaal was van dien aard, dat nog niet in zee gegaan kon worden.
Eerst in het jaar 1924 zou aan den lang gekoesterden wensch gevolg gegeven kunnen worden en werd onze Eerste Nederlandsche Imkersdag eind September te Amsterdam gehouden. En nu hebben we onzen Tienden reeds achter den rug en welk een dag!!!
Toen wij tegen half tien de eierhal te Apeldoorn binnentraden was deze al voor een groot deel gevuld met gasten uit alle deelen van ons land. Vogels van diverse pluimage, dames en hoeren, hoedjes- en petjesimkers, maar allen met vroolijke gezichten en blij eens tezamen te kunnen komen om weer te genieten van onze wijd en zijd beroemd geworden imkersdagen, welke niet meer gemist kunnen worden en waarvan blijkt, dat zij een onmisbaar- deel zijn van onze taak, het bevorderen van de bijenteelt.
700 menschen bij elkaar te zien is een machtig gezicht en geeft een grootschen indruk van het wezen onzer Vereeniging.
Aan lange tafels gezeten wachtte men op de dingen die komen zouden. Natuurlijk druk en genoegelijk gepraat, gezoem van stemmen, hier en daar vroolijke groepjes, blijde gezichten wanneer men eenige oude kennissen ontmoette, kortom een stemming als bij onze bijtjes, wanneer zij bij een goede hoofddracht het vlieggat binnenkomen.
Hier en daar enkele kopstukken van onze Vereeniging, omgeven door den altijd vragenden imker, hartelijke handdrukken, het geklik van lenssluiters van Pers- en andere fotografen en buitengewoon vergenoegde gezichten van de organisators van dezen dag, bestuur en medewerkers van afd. Apeldoorn, onze gastvrouwe.
Trouwens aan alle gezichten kon men zien, dat het weer zou gaan, dat deze dag weer een succes zou worden. Als men elkaar passeerde, dan even een oogknipje, een kort woord, een bewijs van meeleven „het is weer voorelkaar", „we zullen weer genieten".
De N.V. Apeld. Drukkers- en Uitg. Mij verraste ons met een exemplaar van Ons eigen krant waarin zij ons een welkom toeriep en in welk blad een zeer uitvoerig artikel was opgenomen over den 10en Ned. Imkersdag. Ons eigen krant is een officieel weekblad van diverse Vereenigingen in de omgeving van Apeldoorn, waarbij ook onze Afd. Apeldoorn is aangesloten en ieder lid wekelijks het nieuws uit zijne afdeeling thuisgestuurd krijgt. Voorwaar een uitstekende gedachte en een goedkoop communicatiemiddel tusschen bestuur en leden.
Intusschen draaide de wijzer van de klok verder en beklom eindelijk de Voorzitter Mr. Dr. A. van der Flier het podium om alle aanwezigen hartelijk welkom toe te roepen, in het bizonder de autoriteiten (o.a. Burgemeester van Apeldoorn).
De Burgemeester van Apeldoorn, die in een alleraardigste toespraak ons vertelde, dat Apeldoorn wel groot was, doch nog best een 800 gasten kon herbergen en de gemeente deed dat met genoegen, omdat Apeldoorn zoo intens mooi is. Dat het gemeentebestuur onze komst te Apeldoorn op hoogen prijs stelde bleek wel uit het feit, dat dit bestuur ons een verfrissching aanbood, die letterlijk en figuurlijk zeer in den smaak viel.
Dhr. Lijftogt, de Voorzitter van Afd. Apeldoorn richtte zich toen tot de aanwezigen en heette hen hartelijk welkom. Vervolgens deed spreker enkele zakelijke mededeelingen, o.a. dat dhr. G. Hanedoos, Kunstschilder, Tuinstraat 25 Apeldoorn en lid van onze Vereeniging, ter gelegenheid van dezen dag aan onze Vereeniging een schitterende, door hemzelf vervaardigde, studie van het Uddelermeer ten geschenke gegeven had. Deze keurige studie werd den Voorzitter overhandigd, die met enkele hartelijke woorden deze aardige attentie namens de Vereeniging aanvaardde en mededeelde, dat zij een eereplaatsje zou krijgen op de bestuurskamer van het Bijenhuis te Wageningen.
Na de door het gemeentebestuur aangeboden koffie hield Ir. D. Bloemsma, Rijkstuinbouwconsulent te Apeldoorn, eene inleiding over : „De Ziektenbestrijding in de fruitteelt van het standpunt van kweeker en imker bezien", welke inleiding wij op een andere plaats in ons blad weergeven.
Vervolgens leidde dhr. Joh. A. Joustra te Deventer het onderwerp in: „De weg tot vlotter honigverkoop".
Hierna bedankte de Voorzitter de sprekers voor hunne interessante beschouwingen en gaf het sein tot'het maken van een rondwandeling door een gedeelte van schoon Apeldoorn.
Het was buitengewoon jammer, dat de eierhal slecht bespreekbaar was en buitengewoon hooge eischen stelde aan sprekers en gehoor, zoodat ongetwijfeld een deel van het gesprokene niet tot zijn recht is kunnen komen. Wij hopen dit te vergoeden door zoo uitgebreid als mogelijk is, beide inleidingen later hier weer te geven, opdat een ieder die eens rustig kan nalezen, al gaat van het geschreven woord niet zooveel kracht uit als van het gesprokene.
Nadat de gasten een rondwandeling hadden gemaakt en zichtbaar genoten hadden van het schoone oranjepark van Apeldoorn en de onmiddellijke omgeving, schaalde men zich aan de koffietafel, welke bediend werd door tientallen meisjes, die zich uitsloofden om het den gasten zoo aangenaam mogelijk te maken en waarvoor hier een hartelijk dank zeker op zijn plaats is.
Na de gezellige gemeenschappelijke koffietafel begaf men zich in de autobussen, welke vlak bij de eierhal zoodanig waren opgesteld, dat weinig tijd verloren behoefde te gaan en door de uitnemende regeling van de commissie en niet ook in het minst door Apeldoorn's politie; vlotte het instappen goed.
Voorafgegaan door de motorbrigade van de politie en van een reusachtige bijenkorf omwikkeld met een groot doek waarop de woorden: Tiende Nederlandsche Imkersdag, zette de kolossale stoet zich in beweging. Voor wie Apeldoorn en omgeving kent, behoef ik van de schoone omstreken niets te vertellen. Overgoten met een gouden zonlicht, dat ons op onzen tocht niet meer verlaten zou, kwamen de schitterende lanen, bosschen en parken des te prachtiger uit.
Voor wie Apeldoorn niet kent, ben ik niet bij machte ook maar een idee te geven van deze boeiende omgeving en ik kan geen beter raadgeven, dan U te adviseeren eens eenige dagen te Apeldoorn en omgeving door te brengen zooals ongetwijfeld vele bezoekers aan den Imkersdag zullen gedaan hebben.
De geheele tocht naar het Uddelermeer vlotte uitstekend en was buitengewoon afwisselend aan natuurschoon. Prachtige majestueuze bosschen, schitterende wegen, prachtig bloeiende heide .... en eindelijk het Uddelermeer met de hunnenschans en het theehuis !
Door de zorg van de politie, die op keurige wijze leidde, konden wij allen vlot uit de bussen stappen en ons een plaatsje gunnen op het terras van het mooie theehuis. De thee was goed en het koekje, dat er bij gegeven werd heerlijk, doch het was jammer, dat men dit kopje thee
zelf halen moest. Eene verontschuldiging is hier wel voor te vinden. Immers een invasie van meer dan 700 menschen zou een groote tijdelijke uitbreiding van het personeel hebben noodig gemaakt en het zou zeer de vraag zijn, of dergelijke ongeschoolde krachten wel spoediger het begeerlijke vocht in ons bereik zou hebben gebracht. Daarbij, Imkers zijn geen schoothondjes en ze zijn druk gewemel aan het vlieggat wel gewend, zoodat toch een ieder in het bezit kon komen van zijn kopje thee met „bijlage".
Er was volop tijd om de schitterende omgeving in oogenschouw te nemen en nog eens vrienden en kennissen, die men bij vroegere gelegenheden had opgedaan, te ontmoeten. Dat er veel over de heidekansen werd gesproken, dat er nog menige transactie tot stand kwam en dat nog nuttige wenken over en weer gegeven werden behoeven wij hier niet te zeggen, want wie een paar Imkers bijelkaar ziet, weet, dat het gaat over de bijtjes en dat er druk geredeneerd wordt.
Aan het slot sprak onze Voorzitter hartelijke woorden tot allen, die het slagen van dezen dag mogelijk gemaakt hadden. Spreker richtte enkele hartelijke woorden tot het Hoofdbestuurslid S. Frankenhuis, die dit jaar zijn 60en verjaardag vierde en al 30 jaar lid is van onze Vereeniging en wat meer zegt, al dien tijd als een wachter aan het vlieggat gestaan heeft om te zorgen, dat onze groote Vereenigingskorf goed bewaakt werd. En toen naar huis toe, weer langs schitterende natuurtafereeltjes, met gezichten op de hooge Veluwe, over heuvels en dalen.
Prachtig op tijd kwamen we te Apeldoorn aan, waar ieder zijns weegs ging, sommigen nog wat naplakten, anderen spoedig hun eigen bus opzochten, of met den trein huiswaarts togen.
En het Bestuur van Afd. Apeldoorn zal wel een heerlijk gevoel gehad moeten hebben, dat alles zoo kostelijk verloopen was. Namens alle deelnemers en deelneemsters brengen wij dan ook hier een woord van hartelijken dank voor dien goeden dag, waarop Afd. Apeldoorn met trots zal mogen neerzien in het besef, dat zij den deelnemers een onvergetelijken dag bereid heeft.
Deze dag werd voorafgegaan door een begroetingsavond, waaraan werd deelgenomen door de gastvrouwe, Afd. Apeldoorn en de aanwezige gasten. Het zaaltje in Kunst en Genot was eivol en de Voorzitter dhr. Lijftogt tracteerde ons op een schitterende collectie bijenplaatjes met lichtbeelden o.a. van de natuurfotograaf R. Tepe, van Dr. Minderhoud en van eigen opnamen van dhr. Lijftogt.
Aan den hand van die plaatjes hield dhr. L. een aardige causerie over het bijenleven. Muziek en voordrachten hielden de stemming er in en er werd vaak onbedaarlijk gelachen. Deze vooravond slaagde eveneens uitmuntend en zoo zijn onze Imkersdagen uitgegroeid tot leerzame genotvolle uurtjes. Ze smaken naar meer.
RED.