OFFICIËELE MEDEDEELINGEN.


Beknopt verslag van de Hoofdbestuursvergadering van 8 Maart 1933 in Hotel Noord-Braband te Utrecht.

Alle leden zijn aanwezig, alsmede de Rijksbijenteeltconsulent Dr. Minderhoud. De notulen vorige vergadering worden goedgekeurd. Besloten is, dat t. o. van declaratiedwang we met de Zuidelijke bonden op spoed bij den Minister zullen aandringen. Het huis is weer voor 1 jaar verhuurd aan den tegenwoordigen bewoner, terwijl het inrijhek verbeterd is. Amersfoort is bereid gevonden den Imkersdag te organiseeren. Het H.B. gaat daar gaarne mee accoord. Onder de oogen zal worden gezien om dergelijke dagen door het H.B. te doen organiseeren.
Inzake de kwestie Utrecht-Redacteur, welke zaak al eenige malen aan de orde is geweest, is een schrijven van dhr. Ebbinge Wubben binnengekomen. Het H.B. verklaart zich tegen het instellen van een commissie van Redactie. De klacht van afd. den Haag over leiding alg.
verg. 1932 wordt uitvoerig besproken. Er wordt een antwoord aan den Haag opgesteld. Datum A.V. 1933 wordt bepaald op Woensdag 19 April. Voorzitter stelt voor het quotum met 10 ct. te verlagen. Er is in 1932 een groot overschot en met het oog op den crisis is spreker voor verlaging. Dhr. Frankenhuis zag liever, dat we de f 1000.— uit het suikerfonds niet meer gebruikten. Dhr. de Visser bespreekt de aanstelling van een vaste mannelijke kracht op het bijenhuis, die den Directeur zou kunnen vervangen. Dit wordt in principe aangenomen. Besloten wordt in 1934 f 1.15 quotum te heffen en eventueel tekort op rekening 1934 te dekken uit het reservefonds.
Voorstel Borne wordt besproken en besloten een prae-advies te geven, dat neerkomt op het samenroepen van afgevaardigde(n) van de voorstellende afd. met het H B. om de kwestie van deh honighandel eens grondig te bezien. Eveneens het voorstel Amersfoort. De voorstellen Utrecht zijn niet- of niet voldoende gesteund en kunnen dus niet op de Agenda geplaatst worden. Een voorstel Arnhem is te laat binnengekomen en kan om die reden ook niet op de Agenda geplaatst worden. Intusschen zijn candidaten gesteld voor Voorzitter. De lijst ziet er alsvolgt uit: 1. Dr. Mr. A. v. d. Flier 2. A. Vos te Bussum en 3. J. Wiepjes te Epe. Dhr. Ebbinge Wubben is het een bizonder genoegen deze lijst den Voorzitter te kunnen aanbieden en met enkele hartelijke woorden wenscht hij hem geluk met het vertrouwen, dat het H.B. hem schenkt.
Besloten wordt geen reclame meer aan de stations te voeren, aangezien deze niet doeltreffend blijkt te zijn. Besloten wordt aan de A. V. voor te stellen weer f 1000.— in het reservefonds van het N. H. C. S. te storten om het voortbestaan van het R.M. te verzekeren, nadat eerst opmerkingen gemaakt waren over bijdragen van andere bonden. Tot lid van de examencommissie worden benoemd dhr. Dr. A. Minderhoud, L. van Giersbergen, S. Frankenhuis, R. ter Brugge en Joh. A. Joustra. De verschillende balansen enz. worden goedgekeurd. De Agenda voor de A.V. wordt vervolgens vastgesteld. Dhr. v. d. Berg wil een post uitgetrokken zien om meer contact met de afdeelingen te krijgen. Na eenige discussie blijkt echter, dat dit groote offers uit de kas zal vergen, terwijl deze zaak is opgedragen aan den Secr. Voor het voorstel zijn de heeren: Thiel, Versteeg, v.d. Berg en Loonen; tegen: Schaafsma, de Visser, Ebbinge Wubben, Frankenhuis, v. d. Brink en den Voorzitter. Vervolgens wordt besloten bij wijze van uitzondering aan Afd. Apeldoorn een bedrag van f 72.— uit het reservefonds te schenken, als bijdrage in het tekort Imkersdag. Nog wordt gesproken over invoerrechten en contigenteering en over het voorstel van den Directeur om ook buitenlandsche was te mogen verkoopen. Hierna wordt de vergadering gesloten.
JOH.A. JOUSTRA, alg. secr.

Verslag van de Algemeene Vergadering op 19 April 1933.

Op het openingsuur was de sociteitszaal van Hotel De L'Europe te Utrecht reeds geheel gevuld met afgevaardigden en belangstellenden. Men kon zien, dat het nog vacantie was, want vele onderwijzers konden nu ook de vergadering bijwonen en wij telden er heel wat. Er waren 109 officieele afgevaardigden der afdeelingen en minstens evenzoovele belangstellenden aanwezig. Het Hoofdbestuur was voltallig en de vergadering werd bijgewoond door de beide Rijksbijenteelt-consulenten. De wnd. Directeur-Generaal van den Landbouw, die eerst aanwezig zou zijn, belde op het laatste nippertje nog af, terwijl bericht van den Inspecteur van den Landbouw was binnengekomen, dat hij tot zijn spijt verhinderd was, doch ons met het verloop der vergadering veel succes toewenschte.
Zoo kon onze Voorzitter, die gelukkig weer hersteld is, den talrijken bezoekers op de hem eigen hartelijke wijze een welkom toeroepen. We hebben reden tot dankbaarheid zoo zeide spreker. Onze Vereeniging staat er goed en krachtig voor. Spreker doet een beroep op allen, om de vergadering behoorlijk te doen verloopen, wijst op het nut van het Rijksmerk en vraagt iedereen zich te beijveren om het Nederlandsche product meer bekend te maken. Hoopt ook, dat meer imkers zich bij het Rijksmerk zullen aansluiten, dat dank zij den steun van het Rijk nog kan worden gevoerd. Ook onze afdeeling verzekering behoeft nog den steun van velen.
Ingekomen is een stuk van afd. Utrecht. Het betreft een voorstel reeds eerder door die afdeeling gedaan, doch niet voldoende gesteund. Thans werd het voorstel tot instellen van een commissie van Redactie door 4 afdeelingen en 1 correspondentschap gesteund. Kan dus niet in behandeling genomen worden, omdat het reglement voorschrijft, dat minstens 10 afgevaardigden het verzoek moeten steunen. Utrecht vraagt toch het voorstel tot behandelen in stemming te willen brengen, doch er blijken maar 5 afgevaardigden te zijn, die dit wenschen, zoodat het stuk niet in behandeling komt. Aan de orde rapport van de commissie tot nazien boeken en notulen jaar 1932 en benoeming commissie 1933. Afd. Velp vraagt tijdige oproeping van de commissie. Aan de beurt van aanwijzen zijn de afdeelingen Borne en Buinen. Borne wijst Borne aan en Buinen Kennemerland, zoodat deze afdeelingen t.z.t. iemand zullen moeten aanwijzen, die de boeken en notulen moeten controleeren over 1933. Aan de orde verkiezing voorzitter waarvoor bereids stembriefjes zijn uitgereikt. Het door het H.B. opgemaakt drietal bestaat uit de heeren Dr. Mr, A. v. d. Flier, A. Vos en J. Wiepjes. De uitslag van de stemming is: Uitgebracht 311 stemmen. Dr. v. d. Flier 272 stemmen, A. Vos 20 stemmen, J. Wiepjes 15 stemmen, 2 stemmen op dhr. Sutherland te Velp. Blanco 1, zoodat dhr. Van der Flier weer als Voorzitter herkozen is. Een grappenmaker had zijn stem op meneer Hitler uitgebracht, die echter geen lid van onze Vereeniging is. Dhr. Sutherland zou het wenschelijk gevonden hebben, indien van de andere candidaten iets bekend was geworden, opdat men een beter oordeel zou kunnen vellen.
Aan de orde Jaarverslag secr. Er werd niet over gediscusseerd en het verslag zonder hoofdelijke stemming goedgekeurd. Jaarverslag afd. Handel. Dhr. Raadersma (Kennemerland) mist ook dit jaar weer vele cijfers en bovendien omzetcijfer over 1932. Directeur Handel noemt het omzetbedrag nl. plm. f 30 000.—. Verslag Handel goedgekeurd. Verslag Suiker wordt eveneens goedgekeurd. Over verslag verzekering vraagt dhr. v. d. Puttelaar (Amsterdam) het woord. Deze spreekt over zijn advies aan het H.B. omtrent andere werkwijze, n l. ieder lid verzekerd en daarvoor hoogere contributie, doch de Voorzitter zegt den moed te missen, dàt voor te stellen. Overigens komt Amsterdam een compliment toe en vooral ook de verzekeringsmaatschappij, wegens zeer coulante behandeling. Spreker beveelt afd. verzekering nog eens in aller belangstelling aan.

Aan de orde Beleid Hoofdbestuur. Dhr. Sutherland (Velp) wenscht ook de voorstellen van het H.B. in het Januarinummer opgenomen te zien. De toelichting bij de H.B.-voorstellen, evenals de prae-adviezen zijn zeer sober gesteld. Sedert jaren staat er een post reclame van f 500.— op, welke thans ontbreekt. Ook staat geen punt rondvraag op de agenda, wat heeft de commissie bijenweide gedaan? Waarom is er geen staatje bijenteeltonderwijzers gepubliceerd? Vraagt of Secretaris weer in zijn oude positie hersteld is. De Voorzitter zegt, dat het H.B. getracht heeft in de Paaschvacantie te vergaderen en dat het een krachttoer geweest is, dit te doen. Overwogen zal worden, of voorstellen H.B. niet eerder gepubliceerd zullen kunnen worden. De toelichtingen behoefden dit jaar niet zoo uitgebreid te zijn, omdat het oude bekenden zijn. Reclame aan de stations wordt niet meer gemaakt, omdat die niet voldoende doeltreffend geacht wordt.
Spreker wijst op de uitgeschreven reclamewedstrijd op initiatief van dhr. Frankenhuis. Commissie bijenweide heeft eenmaal vergaderd, doch wegens ziekte Voorzitter zijn we nog niet ver gevorderd. Diploma behoort bij rondvraag en quotumverlaging bij punt 9. Dhr. van Groenewoud (Utrecht) bespreekt beleid H.B. in verband met de weigering van den Redacteur om een deel van een door afd. Utrecht gezonden artikel op te nemen in het Maandschrift. Spreker gaat terug tot een schrijven van dhr. Asbeek Brusse van Nov. 1931. Hij leest een reeks van data op, waarop brieven zijn gewisseld, vergaderingen over deze kwestie zijn gehouden enz. en herhaalt tenslotte zijn reeds enkele malen onvoldoend ondersteund voorstel om een commissie van Redactie te benoemen. Beilen vraagt of er geschreven is, dat pershonig minderwaardig is aan slingerhonig, doch de Voorzitter zegt het gaat over de kwestie of het beleid van den Redacteur in deze kwestie te wenschen overliet. Niet om het stuk van A.B. zelve.
Aalten beaamt dit en zegt Utrecht heeft van het larfje een olifant gemaakt. Spreker wil het beleid goedkeuren. Dhr. Raadersma (Kennemerland) vindt de wensch van Utrecht alleszins redelijk en vraagt wat er tegen is een commissie van Redactie te benoemen. Spreker heeft nog andere bezwaren tegen het beleid H.B. waarmede hij niet zeggen wil, dat we zoo'n akelig slecht H.B. hebben. Er is zeer weinig contact tusschen afdeelingen en H.B. Hoe staat het met dit contact? Verder heeft de A.V. besloten het vorig jaar, dat aan sommige commissies vacatie zou worden gegeven en nu besluit het H.B. maar, dat we dit niet doen. Op zichzelf vindt spreker dit best, doch als de A.V. iets besluit heeft het H.B. niet het recht daarvan af te wijken.
Voorzitter beantwoordt allereerst dhr. Raadersma. Wat het geregeld contact betreft, Ring 8 schijnt geen prijs op dat contact te stellen. Vroeger kreeg het H.B. geregeld uitnoodigingen tot die vergadering, doch thans wordt het H.B. van die vergaderingen angstvallig geweerd. In het H.B. zelf is die kwestie echter besproken, doch dat zou hoopen geld kosten, terwijl de secretaris het contact onderhoudt. Spreker zegt, als men er prijs op stelt, laat men dan op kosten van de afd. een H.B.-lid uitnoodigen. Wat de kwestie van de vacatie betreft, De A.V. heeft het H.B. gemachtigd vacaties te verleenen. Het H.B. heeft besloten aan de commissie van bijstand geen vacatie meer te verleenen.
Gasselte vraagt of de kwestie Utrecht feitelijk niet behoort bij de Vereen. Rijksmerkimkers. Spreker kan zich geheel met het beleid van den Red. vereenigen. Utrecht (v. Groenewoud) zegt, dat die vereeniging toen nog niet bestond.
De Redacteur heeft gezegd, dat hij geregeld alle bladen waarin over bijenteelt geschreven wordt krijgt toegezonden, echter het stuk van Asbeek Brusse heeft hij niet gezien!
De Voorzitter noemt dit laatste een insinuatie van afgev. Utrecht, welke insinuatie niet te pas komt. (Er is door mij trouwens ook niet gezegd, dat ik alle bladen toegezonden krijg, doch tal van bladen. Onze vereen, is niet bij het knipselbureau aangesloten Red.) Spreker wil niet verder op deze kwestie ingaan. Er is voldoende aandacht aan besteed. Het Hoofdbestuur staat in deze kwestie unaniem achter den Redacteur. Er is een schrijven aan Utrecht gericht, waarmede het H.B. hoopte, dat de zaak nu afgedaan was. De zaak is eenige malen in het H.B. besproken, in het D.B. in een gecombineerde vergadering van Utrecht met het D.B. en als men dat nog niet genoeg vindt, dan staat het H.B. geenszins afwijzend tegen een commissie van onderzoek, welke wel zal uitwijzen, dat de Redacteur en het H.B. geheel vrijuit gaan. Maar spreker vindt het eenvoudig bespottelijk, dat men bij wijze van wantrouwen een commissie van Redactie zou benoemen. Spreker vraagt of de afgevaardigden zoo'n commissie van onderzoek willen. Het blijkt, dat slechts 5 afgevaardigden er prijs op stellen, zoodat deze zaak afgedaan is.
Dhr. Mebelder (Doetinchem) begrijpt niet, dat men klaagt over het weinige contact met het H.B. Er is wel degelijk contact en als men dit contact zoekt, dan komt het tot stand. Rotterdam (dhr. Noomen) heeft minder prettige ervaringen opgedaan bij het organiseeren van den Imkersdag aldaar. Het H.B. wil de eer hebben en de afdeelingen kunnen het werk doen.
Dhr. Waninge te Gieterveen (secretaris van den Imkersdag te Assen) heeft met groote ergernis dhr. Noomen aangehoord. Van het zich toe-eigenen van de eer door het H.B. is letterlijk geen woord aan.
De Voorzitter antwoordt dhr. Noomen en zegt, dat deze zich vergist, dat het
H.B. de leiding in handen wil hebben om de eer te hebben. Bij een volgende gelegenheid zal spreker wel duidelijk doen blijken, dat van toe-eigenen van de eer bij het H.B. geen sprake is. Het H.B. heeft echter andere redenen om zich de leiding niet te laten ontglippen. Dhr. v. d. Vrugt (Deventer) zou voor de imkersdag inplaats van f 250.— f 500,— beschikbaar willen stellen, doch voorzitter zegt, we raken dan in conflict met voorstel quotumverlaging. Besloten wordt de Alg. Verg. in 1934 te Utrecht te houden, nadat dhr. v. d. Broek (Amersfoort) voorstelde haar in Amersfoort te doen houden. Voor 1935 zal geïnformeerd worden naar de kosten voor Amersfoort.
Over de verlaging van het quotum, door het H.B. voorgesteld, ontspint zich nog eenig debat. Velp wil liever inplaats van f 1000.— f500.— uit het suikerfonds nemen en het quotum zoo laten. Epe (dhr. Wiepjes) brengt daarentegen hulde aan het H.B. voor dit besluit, dat zeker op de Veluwe indruk maakt, Amsterdam daarentegen zegt bij monde van dhr. de Puttelaar, dat we die 10 ct. per jaar maar moeten besteden voor meer foto's in het Orgaan. Bemmel vindt, dat voor het platteland deze verlaging te pas komt. Beemster (dhr. Regter) juicht dit eveneens toe. Bergen op Zoom (dhr. R. Tukker) id. Velp (dhr. Sutherland) vindt, dat men over 10 ct. jammert, doch als men wat meer werk van zijn bedrijf maakt, meer excursies houdt enz., dan kan men tientallen dubbeltjes meer uit zijn bedrijf maken. De Voorzitter zegt hoe het H.B. tot deze verlaging gekomen is. Het overschot in 1932 was groot en de toestand voor de menschen in het algemeen slecht. Voorstel is van Voorzitter zelf afkomstig. Mocht het noodig zijn, dan kan men een ander jaar weer tot verhooging komen. Wat echter dhr. Sutherland opmerkt onderschrijft de Voorzitter volkomen. Voorstel quotum 1934 te stellen op f 1,15 wordt vervolgens aangenomen.

Voorstel H.B. om f 1000.— te storten in het reservefonds van het Ned. Honigcontr.station wordt na eenige discussie, voornamelijk betreffende vragen over declaratiedwang en wat andere bonden bijdragen, zonder hoofdelijke stemming aangenomen. f 500.— voor reclamedoeleinden voor gebruik van honig onder R.M. ontlokt eveneens eenig debat. Dhr. Sutherland (Velp) zegt, dat een breede schare het R.M. niet voert en er dus buiten valt. Kennemerland (Raadersma) is er tegen, indien het voor stationsreclame is. Voorzitter zegt, dat stationsreclame met 1 Juli ophoudt. De A.V. heeft besloten het R.M. te steunen, thans voor het publiek nog de eenige wijze om Ned. honig van buitenlandsche te onderscheiden. Als men het groote belang maar begrijpt, dan zal men het wel voeren. Vindt men het R.M. van geen belang, dan moet het dadelijk afgeschaft worden. Voorstel aangenomen. Voorstel Borne oprichting honigcentrale. Dhr. de Visser (H.B.) krijgt het woord en gaat de geschiedenis van afd. Handel na. De zaak stond er in 1923 zóó voor, dat we geen eens crediet voor suikerlevering konden krijgen, terwijl we thans aan contanten en gebouwen en goederen een kapitaal bezitten van f 26800.—
Indien voorstel Borne wordt aangenomen, dan is al het geld verloren. Er is maar 1 middel en dat is verhooging van invoerrechten. Borne (Eekman) wil de A.V. een beginselbesluit laten nemen en de kwestie in studie nemen. Velp (Sutherland) zegt Borne hield geen rekening met Hollandsche toestanden. De baten van den honighandel moeten echter aan de leden-leveranciers van afd. Handel komen. Bij amendement Velp is er geen risico aan verbonden. Voorzitter zegt, dat plan Velp reeds eenige jaren geleden in het H.B. besproken is, doch Directeur had onoverkomelijke bezwaren.
Borne heeft prae-advies H.B. niet goed gelezen. Het H.B. gaat veel verder, dan Borne wenscht nl. een grondige bespreking door het geheele H.B. met de voorstellende afdeelingen nl. Borne en Velp en in verband met het volgende voorstel ook Amersfoort. Om alle afdeelingen, die adhaesie betuigden aan die bespreking te doen deelnemen kan het H.B. geen steun verleenen. De vergadering wordt dan veel te groot. Borne zal zelf wel het best eigen voorstel kunnen verdedigen. Er is geen sprake van, dat het H.B. de zaak naast zich neer wil leggen. Prae-advies H.B. aangenomen.
Voorzitter zegt, dat nu Amersfoort zeker ook wel met het prae-advies op haar voorstel kan meegaan, doch dhr. v. d. Broek is die meening niet toegedaan. De Voorzitter weet Amersfoort echter te overtuigen, dat samenspreking beter is en óók Amersfoort gaat accoord. Aan de orde de verschillende balansen. Utrecht maakt opmerkingen over verschil in pensioenbijdrage Directeur en Secretaris-Penningmeester en wenscht ook het overige personeel in de verzekering te zien opgenomen. Borne vindt, dat afd. Handel ook huur voor het pakhuis moet betalen. Nijmegen vindt post reis- en verblijfkosten secr. te hoog. Voorzitter zegt, dat de huur geldt voor kantoor en pakhuis. Op reis-en verblijfkosten wil Voorzitter niet beknibbelen. Rekeningen enz. goedgekeurd onder dank aan de functionarissen. Begrooting goedgekeurd.
Bij de rondvraag wil Velp bescherming van den Ned. honig door invoerrecht. Arnhem (dhr. Vonk) vraagt of bij aankoop landgoed de hooge Veluwe we geen bevruchtingsstation daar kunnen oprichten en een proefstation. Rotterdam (dhr. Noomen) wijst op moeielijkheden voor imkers in een tuinbouwcentra, zoodat soms het bijenhouden verboden wordt. Amersfoort dringt aan op tijdig verschijnen van het Maandschrift. Beemster wil een commissie van Redactie. Utrecht is het huish. regl. van het N.H.C.S. niet duidelijk, waar in een artikel staat dat verkoopers van R.M. honig geen buitenlandschen in voorraad mogen hebben en het andere artikel geeft die mogelijkheid wel. Voorzitter beantwoordt de sprekers en drukt ieder nog eens op het hart om alle krachten in te spannen om onze vaderlandsche bijenteelt er boven op te brengen door te zorgen voor een uitstekend product en economisch bedrijf. Er zijn nog zoo velen, die noch buitenlandschen- noch Nederlandschen honig nuttigen. Daar ligt voor ons een groot terrein braak waar ieder imker kan arbeiden.
Onder het uitspreken van woorden van dank aan allen, geeft de Voorzitter vervolgens het woord aan Dr. Minderhoud voor zijn door lichtbeelden geïllustreerde lezing over de Rovirakast, een Spaansche uitvinding waarbij het mogelijk zou zijn, zonder slingeren, honig uit de kast te tappen. De niet zonder humor uitgesproken voordracht deed nu en dan een schaterlach opwellen en er zal wel niemand ter vergadering de overtuiging hebben gekregen, dat we nu al onze diverse bijenwoningen maar aan den kant moeten zetten en op zijn Spaansch te gaan imkeren.
Zoo eindigde deze algemeene vergadering. Naast een krachtig eenswillend Hoofdbestuur met open oog en oor voor de Nederlandsche bijenhoudersbelangen een krachtige algemeene vergadering. Dat zijn de voorwaarden om de belangen van onze Nederlandsche imkers naar behooren te behartigen. Dat is ook het geheim, dat ondanks kritiek, onze Vereeniging behoort tot de hechtste en sterkste in het land. Een Vereeniging waarop we allen met recht trotsch kunnen zijn.
JOH.A. JOUSTRA, alg. secr.