INGEZONDEN.


Is onze eeuwenoude bijenstand niet eene verouderde instelling? Moeten wij niet met onzen tijd meegaan en van de stabiliteit van onzen stand gaan afwijken en trachten haar zoo mobiel mogelijk te maken?
Telken jare als de Lente ons imkerhart verheugt bij de eerste uitvluchten en later bij de eerste inzameling van pollen en water door onze bijen is het niet alleen de vreugde van het hernieuwde leven en van de ontwaakte natuur, doch ook, dat het niet zoo lang meer zal duren of de zich ontwikkelende bijenvolken kunnen volop de nectar puren uit de zich openende bloemen van klaver, linde, boekweit en heide, welke onze bijenweide vormt en onze zorgen en moeite en kosten goed maken die onze bijen ons in den afgeloopen winter en het voorjaar hebben gekost en die ook in de meeste gevallen wel overtreffen.
Onze bijenweide in bovenstaand enkel zinnetje neergeschreven ligt voor elken bijenhouder, voor elken imker, in zijn geheel open. Doch welke imker kan van dit alles profiteeren? Slechts een enkele, n.l. hij die beschikt over reiskasten en transportmateriaal!
Hij kan nut trekken van de bloei der fruitboomen om zijne volken tot ontwikkeling te brengen. Hij kan profiteeren van de dracht op de witte klaver, van lindebloei, boekweitbloei en heidebloesem. De imker met vaste standplaats is gebonden aan een of twee, in zeer gunstige gevallen 3 drachten. Voor den imker, die dan ook zijne bijen houdt om er zijn levensonderhoud mede te verdienen is reizen noodzakelijk.
Doch is de tot dusverre gebruikte methode wel de aangewezene voor onzen tijd waarin van een hulpmiddel gebruik gemaakt kan worden dat voorheen niet mogelijk was ?
Wat zou de opinie van den "imker" zijn. Van een hedendaagsche verhuiswagen van het type vrachtauto welke wij af en toe uit onze groote steden zien passeeren ? En een groot bijenpavillioen 20 à 25 volken naast elkaar en 4 à 5 rijen boven elkaar daarin gebouwd?
Te duur zult ge zeggen voor 100 volken (zelfs voor 200 volken indien aan beide zijden gestapeld wordt). Toch niet, want de waarde van 200 kasten is ook 2 mille. Dan behoeft de truck niet nieuw te zijn, voor een paar honderd gulden is al een goede 2de handsch te bekomen en voor 800 gulden kan men heel wat timmeren. Dus voor de helft van de prijs der kasten zijt ge er al.
Ge hebt het voordeel van één front, vliegplanken over de volle lengte van den wagen, 1 dak, 1 bodem en een achterschot. De behandeling van achteren in de wagen valt mede, doch men moet er aan wennen. De heer "Kuil" te Naarden heeft eertijds een bijen-paviljoen (stabiel) gehad en schoof de broed- en honingkamers naar zich toe, terwijl hij als afdekking "de celotexplaat" gebruikte, waardoor opstroopen der niet meer gebruikte kleedjes onmogelijk was.
Welnu, imker, als gij geld en tijd hebt en van dit plan gebruik wilt maken, U kunt Uw gang gaan. Patent heb ik niet aangevraagd, dus het kan U hoogstens wat geld en moeite kosten en ik vertrouw op Uw succes voor heel Nederland en daarbuiten.
Eenigen tijd na dit schrijven bezocht ik den heer "Kuil" te "Oud Naarden" en werd in mijn opinie, over de mogelijkheid van "het vrachtauto-bijenpaviljoen" volkomen gesterkt. Z. i. is het mogelijk en was tevens van meening dat van verschil in opbrengst tusschen de bijen die op 't Oosten of op 't Westen gevlogen hadden, geen sprake is.
Daar ik echter na eenige berekening begrepen heb, dat er vrij groote vrachten na de dracht verplaatst moeten worden, heb ik mij gewend tot een bouwkundig teekenaar, welke de houtsoorten vakkundig kan berekenen en met een minimum materiaal toch voldoende sterkte aan 't geheel kan geven, om na de dracht tot 10.000 pond tijdens transport te kunnen verdragen. Imkers, welke tot bouw van 't door mij bedachte "Bijenpaviljoen" wenschen over te gaan, raad ik daarom aan "teekeningen en details" aan te vragen, wat U 't gemakkelijkst kunt doen door storting van f 1.— op Giro 72704 van F. J. de Bruin te Huizen met verzoek toezending teekening "Bijenpaviljoen".
Ik druk tenslotte de wensch uit dat velen later zal blijken, dat moeite en kosten gedekt worden en de stabiele bijenstand bij de mobiel-bijenstand vergeleken in de minderheid zal zijn wat honingopbrengst betreft.
Tevens acht ik 'n woord van hulde op z'n plaats aan 't Gemeentebestuur van Huizen, 't welk de laatste jaren overal waar dit mogelijk is de Linde langs de wegen aanplant, welke in de jaren der toekomst 'n belangrijke nectarbron kunnen vormen. Wordt dit voorbeeld gevolgd door vele Gemeenten in ons land, tot uitbreiding onzer bijenweide. Hoogachtend, F. J. DE BRUIN.

Naschrift Redactie. Dergelijke "rijdende" bijenstanden hebben in 't buitenland hun deugdelijkheid bewezen. (Red.)

Geachte Heer Joustra,
In de vragenrubriek van ons Groentje komt onder no. 101 een vraag voor over de ervaringen der laatste jaren met de "Alley's trap" (koninginneval), ook bij korven. En in het antwoord staat als slot het verzoek aan lezers om inlichtingen. Daarom het volgende:
Ook van 't jaar bewees bovengenoemd onvolprezen instrument mij weer onschatbare diensten. Ik had tot heden zes zwermen. Het "opvangen" van iederen zwerm plus het overbrengen in een nieuwe woning kostte me .... één minuut. Ik kan me toch niet voorstellen, dat dit nog gauwer en gemakkelijker verloopen zou, indien ik de vleugel(s) mijner koninginnen knipte! Trouwens alleen dat knippen vereischt al veel meer moeite en tijd dan bij mij het opvangen en in een nieuwe woning overbrengen van tien zwermen!
Voeg hierbij nog, dat het instrument, mits men er goed mee omgaat, immer onfeilbaar werkt, terwijl een geknipte koningin vaak moeilijkheden geeft, doordat het beestje in 't gras of elders verloren gaat, door de zwermbijen niet wordt opgemerkt, enz., dan kan ik me niet voorstellen, dat een verstandig imker de voorkeur zou geven aan dat "knippen" boven de niet genoeg te roemen "val".
Gebruikt men de enkele of nog beter de tweeling Raad-kast in combinatie met de "Alley's trap", dan wordt het behandelen der zwermen kinderspel, dat geen tijd vordert, praktisch gesproken. Tenslotte heeft men van nazwermen geen last meer. En zoo zijn er nog andere voordeelen!
Dan nog stelt de val ons in staat het zwermen te verschuiven naar een dag, die ons het beste past. Zoo moest ik onlangs een heelen dag van huis. Daar ik een zwerm verwachtte, plaatste ik de val voor het vlieggat, maar met opengetrokken middenschuifje. Inderdaad vloog tijdens mijn afwezigheid de zwerm uit, maar . . . zonder moer natuurlijk, die na een poosje rondscharrelen in de val, wel in de woning terug moest keeren, waar de zwermbijen haar volgden. Den volgenden dag was ik thuis, sloot 's morgens het middenschuifje mijner val; de zwerm kwam er weer uit, werd nu naar den eisch behandeld en zat met moer en al in een minimum van tijd in een nieuwe woning!
Of de val ook voor korven past? Niet direct, maar ze kan ervoor pasklaar gemaakt worden en dan ook bij deze bijenwoningen dezelfde diensten bewijzen! Daartoe sluit men den achterwand volkomen af, b.v. door een stuk triplex. Hierin zaagt men een gat, waarin men een blikken bus bevestigt, die in het korfvlieggat overloopt. Alles natuurlijk bijendicht, zoodat de bijen alleen door de val naar buiten kunnen.
Het treft me, hoe bij vraag 101 en ook bij andere nog verwezen moet worden naar een ander bijentijdschrift. We hebben toch ons maandschrift, om elkaar onze werkwijzen en ervaringen mee te deelen. Ik voor mij ben gaarne bereid de inrichting mijner kasten en hare behandeling in combinatie met de Alley's trap in ons groentje te behandelen, indien de redactie dit wenscht. (Accoord! Red.)
Dit jaar had ik nog een nieuwe ervaring met mijn "Alley's trap". Op vergaderingen heb ik wel eens verteld, dat ik eigenlijk geen ervaring had van het beruchte rooven, waar meerdere imkers zoo vaak over klagen. Nu kweek ik mijn eigen koninginnen in teeltkeus van eigen volken steeds, waarbij alweer mijn "Alley's traps" helpen! Vreemde volken komen nooit op mijn stand of in mijn stamboekhouding. Nu had ik echter verleden jaar een elders opgevangen zwerm verkregen, welk volk zoo goed voldeed, dat ik besloot het voorloopig met de moer aan te houden! En ziet: dit volk werd dit voorjaar beroofd! Ook hier de gewone verschijnselen: vechten op de vliegplank, doode bijen vóór de kast! Het was nog te vroeg in 't jaar voor de "Alley's trap". Ik herinnerde me echter, dat rooven vaak wordt tegengegaan door het vlieggat te verkleinen, door dit te versperren met een schuin ervoor geplaatst stuk glas, enz. Ik kwam op de gedachte een "Alley's trap" te plaatsen voor het vlieggat van het beroofde volk. En ziet: dienzelfden dag was de rooverij opgehouden! Of de roovers niet vlug genoeg door de val konden binnenkomen, of dat het thans van een traliehek voorziene vlieggat gemakkelijker te verdedigen was, in ieder geval: het resultaat was schitterend! En ik had een nieuwe deugd ontdekt van mijn veelgeliefd troetelkind, dat "Alley's trap" heet!
Tenslotte moet ik nog even opkomen tegen de uitdrukking in het antwoord van vraag 101, dat de "Alley's trap" voor de vlieggaten der kasten moeten worden "bevestigd" (sic!). Van "bevestigen" is geen sprake! Tenminste bij de Raadkast zet men het instrument eenvoudig voor het vlieggat op de vliegplank en verwijdert het even gemakkelijk!
Summa summarum: de ervaring heeft mij geleerd in de "Alley's trap" te zien één der allernuttigste instrumenten der bijenteelt!
Met imkergroet,
CHR.H.J. RAAD.