Het winnen van blanke heideraathoning


Schreven we de vorige maal, dat het winnen van blanke heideraathoning een der moeilijkste dingen was in de bijenteelt, dan is dit een gevolg van verschillende omstandigheden. De meest belangrijke zijn; de neiging tot zwermen van ons bijenras op de heide in de maand Augustus; de korte duur van werkelijk groote dracht; het vergevorderde seizoen, waarin een volk niet gaarne meer overdadig bouwt. Om deze kwestie theoretisch op te lossen, zou men deze drie moeilijkheden uit den weg moeten ruimen. Er bleef dan niets anders over, dan het aanschaffen van een minder zwermlustig bijenras en deze volken uitgebouwde en leeggeslingerde ramen te geven, in dezelfde zomer uitgebouwd.
Deze weg staat echter nog altijd voor ons open.

Vooralsnog hebben we op andere wijze succes gehad. We zijn onze imkersloopbaan begonnen in Simplexkasten. Nu is het niet de bedoeling van dit artikel de voor- en nadeelen van de Simplex uit te meten. Genoeg zij het hier, dat wij ze voor ons doel niet geschikt vonden, n.l. voor het winnen van blanke heideraathoning. Misschien dat een eenvoudige berekening dit wat verduidelijkt. De broedbak van een Simplexkast bevat 10 ramen, met binnenwerksche afmetingen van 35x20 c.M. Deze raaminhoud geeft ruimte voor 5 pond honig. Wanneer nu, zooals in 1933, de bijen met een leege broed- en honigbak op de heide staan en de dracht begint 25 Augustus, dan zullen de sterkste volken minstens een week noodig hebben om de broedbak te vullen tot een gezamelijk gewicht der ramen van ± 50 pond. Ondertusschen is het reeds September.
De ronde korfimkers wisten het al lang. In September geen opzetten meer onder korf. Het volk werkt toch niet meer aan nieuwe raat en zoekt berging voor de nog stroomende honing in de breed uitgetrokken honingkransen. In een kast is het precies zoo. Een leege honigbak lokt niet tot een bezoek. De nachten worden reeds langer en kouder. Misschien dat een rooster ook nog de doortocht bemoeilijkt. Toch komt er in korten tijd al aardig honig beneden. De kast voelt zwaar bij het aanpakken. De waarde van de oogst is echter gering, alle honig in bebroede ramen.

Wij vinden de Simplex-broedbak en de ramen te groot. Wel is het ons gelukt, alle omstandigheden mee en gebruik makende van blanke, uitgeslingerde ramen, de honigbak vol te krijgen in Simplexkasten, als we boven de kleine honigramen geplaatst hadden. Om echter in een kast twee raammaten te gebruiken, hadden we ons niet voorgesteld, ook daarom was ons het Simplex systeem onvoldoende. Uitgaande van de totaal hoogtemaat van een Simplex-broedraam en een honigraam, tezamen 32 c.M., hebben we de maat voor ons raam de helft daarvan gekozen. De hoogte is dus met 4 c.M. verminderd, wat 1 pond honig per raam minder beteekent in de broedkamer. In den beginne waren we een beetje huiverig hiertoe over te gaan. Men leest van wintervoorraad, doodhongeren op te kleine ramen enz. Dus durfden we de ramen niet korter te maken. Wel hebben we negen, inplaats tien ramen in de versmalde broedbak. De practijk heeft ons geleerd, dat de volken uitmuntend overwinteren op zeven van onze ramen met binnenwerksche afmeting van 16x35 c.M. Velen vragen ons, of ze de broedbak-inhoud nu ook maar niet zullen maken voor 7 ramen. Dit durven we met het oog op de broednestontwikkeling niet adviseeren. Alles tezamen kan onze broedbak zoo ongeveer 15 pond honig minder dan de Simplex bevatten. Er bestaat kans, dat deze boven terecht komt, daar waar wij ze wenschten. In de honigbak gebruiken we dus ramen van dezelfde afmeting. Dit geeft een groot voordeel. Men heeft nu een machtig middel de bijen eerder naar boven te krijgen, door een raam met broed met een ledig honigraam te verwisselen. Dit leege honigraam komt heelemaal aan de kant te hangen. Na een week herstelt men de oude toestand. Dit wat de raammaat en kastinhoud betreft. Heelemaal ingesteld op 't verkrijgen van honig in de bovenste afdeeling.

Om gemakkelijk en snel te reizen hebben we de kast zoo geconstrueerd, dat er slechts drie deelen zijn: broedbak, honigzolder en deksel, 't welk meteen reisraam en separator is. Er zijn hier reeds een paar honderd in gebruik. De eenvoudige constructie laat het zelfvervaardigen toe. De kosten van het materiaal voor één kast bedragen ƒ 1,—. Om ons doel te bereiken, hebben we eerst voor een kast gezorgd, welke ons bevredigt. Nu nog een bedrijfswijze, die zich hierbij aansluit. Dan heeft men een goede kans. Hierover een volgende maal.

S. CANCRINUS, Dwingeloo.