(Vragen te richten aan dhr. A. Oonk, Warnsveld).


Vraag 188. Welke wassmelter is het meest geschikt om door een afd. aangeschaft te worden, waardoor het mogelijk is, dat de leden hun opgespaarde was op de voordeeligste wijze kunnen doen zuiveren?
H. v.d. H. te P. (Z.H).

Antwoord: Vroeger werd door de afd. veel gebruikt de waterwassmelter "Simplex", welke goed voldeed. Tegenwoordig wordt het "Waskanon" aanbevolen, dat in twee grootten verkocht wordt. Het kleine toestel kost f 20,—, het groote f 26,—. Bij aankoop door een afd. is het wenschelijk het grootere model aan te schaffen. Een uitgebreide beschrijving dezer toestellen kunt U vinden in "Het Bijenboek" van dhr. Joh.A. Joustra onder hoofdstuk XX "Het persen van was".



Vraag 189. Ik heb 4 bevolkte kasten en 2 korven. Bij 't uitvliegen der bijen een dezer dagen (14 Februari) zag ik tot mijn groote verwondering voor 2 Simplex-kasten zeer veel doode of halfdoode bijen liggen op c.a. 1 M. van de vliegplank af. Dit was voor de korven niet het geval. 't Leek wel of zij door den kouden wind bevangen waren, of zou dit een andere oorzaak hebben? Wintervoorraad hoofdzakelijk suiker, nog voldoende tot April aanwezig. Van een collega imker hoorde ik, dat er hoogstwaarschijnlijk te veel suiker als voedsel aanwezig is, waardoor de korfbijen sterker zouden zijn dan de kastbijen. Gaarne hoorde ik als jong imker wat wel de vermoedelijke oorzaak kan zijn van dit verschijnsel?
C. W. te U. (U).

Antwoord: Als er beslist voldoende voedsel aanwezig was, zijn de bijen niet van honger gestorven en moet er een andere oorzaak zijn. Op 13 Febr. is een zeer goede vliegdag voorgekomen en daar de winterzit in den afgeloopen winter van langen duur was, hebben de bijen op dezen mooien dag veel doode bijen naar buiten gedragen. Waar U echter ook schrijft van halfdoode bijen, zou men zeggen, dat er iets niet in orde was en dat een ziektetoestand onder deze 2 volken zou kunnen voorkomen. In elk geval, als deze volken thans nog achterlijk in ontwikkeling gebleven zijn, moet U enkele doode bijen opzenden aan dhr. dr. Winkel, bacterioloog rijksseruminrichting te Rotterdam, die na onderzoek U wel zal berichten of Uw volken ziek zijn en wat voor een ziekte het is. In elk geval, indien er in de toekomst weer zulk een geval op Uw stand voorkomt en er is nog voldoende voer in voorraad, verzuim dan niet aan voornoemd adres wat doode bijen in te zenden.
Dat er teveel suiker als voedsel aanwezig zou zijn, is in den winter geen bezwaar. In 't voorjaar, van April af b.v., is natuurlijk honig beter.



Vraag 190: Welke is de beste methode in 't voorjaar om de volken vroegtijdig op vlieghoogte te brengen om drijfvoedering te geven vóór den stal of aan elk volk afzonderlijk? In mijn omgeving zijn meer bijenstanden. Zouden de bijen spoedig mijn voederplaats ontdekken?
A. v.d. R. te Sch. (Z.)

Antwoord: Aan 't voeren vóór den stal zijn altijd bezwaren verbonden, vooral als men in een streek woont met naburige bijenstanden. In 't voorjaar kan men gemakkelijk rooverij uitlokken. Ook zullen sommige volken veel meer voedsel ophalen, dan andere, hetgeen slecht te controleeren is.
De voederplaats zullen de bijen spoedig vinden, als U een stuk raat met honig neemt en dit voor elk vlieggat van Uw volken houdt, zoodat er enkele bijen op de raat gaan zitten. U legt deze raat dan met de opzittende bijen op de plaats waar het voedsel zich bevindt en na eenigen tijd zal het aantal bijen sterk toenemen.
Het verstandigst lijkt mij evenwel Uw volken afzonderlijk 's avonds drijfvoedering te geven. U voorkomt dan rooverij en kunt er voor zorgen dat het voedsel regelmatig verdeeld wordt, hetgeen van een buiten voeren niet gezegd kan worden, daar dan zeer zeker de bijen van Uw buurman met een deel gaan strijken.



Vraag 191. Ik heb een korf bijen geplaatst in een fruitkas, beplant met perzik, peer, pruim, appel en roode bessen, welke op heden (28 Maart) allen bloeien en natuurlijk druk worden bevlogen.
Nu blijkt mij, dat van de perebloesem al de helmknopjes van de meeldraden worden gebeten, of afgestooten door de bijen. Deze helmknopjes zijn nog geheel rood gekleurd, dus vermoedelijk is het stuifmeel nog niet rijp.
Kan er nu nog bevruchting ontstaan of zouden de bijen hier als schadelijke insecten optreden en meer vernielen dan goed maken, temeer daar er ook verschillende stampertjes beschadigd zijn?
A. R. te B. (Gld).

Antwoord: Ik heb nooit gehoord, dat bijen in de vrije natuur de bloesems beschadigen, doch in een kas werkt men feitelijk tegen de natuur in en op beperkte ruimte. Als U inderdaad hebt geconstateerd, dat bijen de vernielsters zijn, zullen wij dit moeten aannemen. Of er na die beschadiging nog bevruchting kan ontstaan, kan ik niet beoordeelen en zult U na eenigen tijd hierover een beter oordeel kunnen vellen, als U de bevruchtingen der verschillende fruitsoorien vergelijkt, Uwe bevinding wordt gaarne in "het Groentje" opgenomen, alsmede de ondervindingen, die anderen hebben opgedaan, of bijen bloesems kunnen beschadigen.
A. OONK.