OFFICIËELE MEDEDEELINGEN.
Verslag van de Algemeene Vergadering, gehouden te Utrecht
in Hotel De L'Europe op 3 April 1934.
(Vervolg).
Dhr. Vet (Zaandam) is er sterk voor, dat die f 1000.— gegeven worden. Dhr. Stienstra (Leeuwarden) zegt, dat we het moreel verplicht zijn, t.o. de Regeering, die ons met zulke hooge bedragen steunt. Voorstel wordt aangenomen.
Thans komt aan de orde het voorstel Velp tot verhooging van invoerrechten gelijk aan de suikeraccijns. De Voorzitter meent, dat we nu niets meer doen kunnen, dan het antwoord afwachten van den Minister. Er zijn 4 moties binnengekomen allen ongeveer aan elkaar gelijk, en ongeveer dezelfde idee, welke Dr. de Boer had. Dhr. Tj. van Dam (Ooststellingwerf) is het niet eens met den Voorzitter, dat we niets meer kunnen doen, dan het antwoord van den Minister afwachten. Eene commissie moet naar den Minister om hem duidelijk te maken, dat de imkers in een noodtoestand verkeeren. Hiermede kan zich de Voorzitter vereenigen. Dedemsvaart (Dorp) dhr. Schwieters vraagt wat de bedoeling is. Alleen consumptiehonig moet hooger belast worden. Dhr. Sutherland wil voortdurende bescherming van de bijenteelt, omdat dit een volksbelang is. Er zal verhooging van invoerrechten voor consumptiehonig worden gevraagd.
In de commissie worden benoemd de afgevaardigden van Groningen, Bergen op Zoom, Ooststellingwerf, Zaandam en Groningen plus een lid van het H.B.
De afgevaardigde van Valkenswaard (dhr. Bos) doet enkele mededeelingen over het bijenteeltonderwijs in hun afdeeling. Zij zijn daar niet erg gelukkig mede.
Thans aan de orde het voorstel Arnhem om de huishoudelijke zaken voor het koffiedrinken af te doen. De Voorzitter ziet daar geen heil in. Dhr. Put zal het voorstel intrekken, als hij geen steun krijgt van de A.V. Het blijkt echter, dat het voorstel alszoodanig zeer op zijn plaats is, want op déze vergadering worden door sommige afgevaardigden geen bijenteeltbelangen behartigd, doch niets anders dan hatelijkheden verkocht. Spreker zou voor contingenteering van spreektijd zijn. Spreker hoopt dan in ieder geval, dat het voorstel Arnhem een aansporing mag zijn voor hen, die de vergadering te lang ophouden. Hoewel de afgevaardigde van Enter (dhr. Kemperink) het voorstel van ganscher harte wil steunen lijkt het niet mogelijk dit in te voeren.
Er komt nu aan de orde het 2e voorstel Arnhem, nl. proeven nemen met diverse rasmoeren. Nu het H.B. de tuin achter het Bijenhuis als experimenteerstand wil gebruiken en de technische leiding in handen van den Secr. komt, wil dhr. Meijer (Arnhem) het voorstel gaarne terugnemen. Van geheel andere meening is dhr. Wegenaar (Den Haag). Uit het verdere verloop blijkt, dat deze spreker precies op de hoogte is, wat in de laatste H.B.-vergadering besproken is, n.l, dat het aanleggen van de tuin en aanschaffen van de kasten plm. f 700.— zullen vorderen. Een kleine opmerking van dhr. Henri Meijer (Arnhem) waarin hij gewag maakt van door hem genomen proeven brengt dhr. Wegenaar haast buiten zichzelf, waaraan de Voorzitter een einde maakt door te zeggen, dat deze technische besprekingen wel zeer leerzaam zijn, doch dat we vandaag nog klaar moeten komen met de agenda. De afgevaardigde van Rotterdam wil het besluit van het H.B. te niet doen. Wat de geheele vergadering al gedreigd had schijnt nu te zullen gebeuren. Een groepje afgevaardigden interumpeert herhaaldelijk en de eene spreker valt de andere in de rede, hetgeen Dr. Winkel aanleiding geeft om te vragen naar het advies van Dr. Minderhoud. Deze spijt het, dat men hem uit zijn tent lokt, doch zegt van meening te zijn, dat het H.B. hier niet over kan oordeelen. De Voorzitter merkt op, dat het H.B. dan vraagt om een kleine modelstand in den tuin van het Bijenhuis, doch geen wetenschappelijke behandeling. Er komt thans een voorstel, om den tuin achter het Bijenhuis op te knappen er honiggevende gewassen in te zaaien en te poten en een kleine modelstand in te richten. Dit voorstel wordt met 203 stemmen voor, 119 tegen en 21 blanco aangenomen.
Het 3e voorstel Arnhem tot behoud van de heidevelden ontlokt eveneens enkele opmerkingen; zooals b.v. van Groningen, welke afd. zich in verbinding gesteld wilde zien met de Vereen. tot behoud van natuurschoon. Het H.B. zal in deze zien wat het doen kan.
Aan de orde balans-, winst- en verliesrek. afd. Handel. Dhr. Sutherland zijn de cijfers niet duidelijk, er blijkt niet uit hoeveel de omzet bedragen heeft van honig, was en kunstraat. Dhr. v. d. Bend antwoordt, dat op dergelijke rekeningen alleen de eindcijfers voorkomen. Dhr. Sutherland kan zich er niet mee vereenigen, dat niet betere omschrijving wordt gegeven. Voorzitter zegt, dat het H.B. overwegen zal meerdere cijfers te geven. Dhr. Poel (Rotterdam) noemt verschillende bedragen, die in het rapport staan van de commissie van nazien van de boeken 1933. De Voorzitter verbaast er zich over, dat aan afd. Rotterdam het rapport bekend is, terwijl het H.B. er nog geen kennis van heeft kunnen nemen. Dhr. Poel zegt, dat het rapport voor hem op tafel lag. Er ontstaat nu een groot tumult en heftige verontwaardiging. Dhr. Thiel (H.B.) gaat fel te keer tegen dat gekonkel van Ring 8. Spreker wil uitgemaakt zien, wie hier dat Rapport in handen gespeeld heeft van Ring 8.
Dhr. Jansen (Den Haag) verklaart, dat het zijn schuld is.
Spreker heeft het rapport van dhr. Graftdijk gehad. De afgevaardigde van Zijpe deelt onder buitengewoon heftige verontwaardiging van de vergadering mede, dat het rapport behandeld is geworden op de vergadering van Ring 8.
Dhr v. d. Broek (Amersfoort) stelt een motie van afkeuring voor voor het optreden afd. Rotterdam op deze vergadering, welke motie met donderend applaus wordt aangenomen. De afgevaardigde van Brummen zegt, dat wat hier door de afdeelingen van Ring 8 geschiedt een schande is voor onze vereeniging. Het is een groot geknoei. Dhr Thiel wenscht de schuldigen onmiddellijk te roijeeren. De Voorzitter wenscht deze zaak grondig te doen onderzoeken, waartoe met applaus besloten wordt. Er wordt een commissie benoemd bestaande uit de Heeren: Dr. Bruijel uit Haarlem, dhr de Leeuw (de Klomp) die echter geen zitting wil nemen als hebbende een reeds vooropgestelde meening. In zijn plaats wordt benoemd dhr. Wilhelmus te Apeldoorn en dhr. Kemperink te Enter. Dhr. Schwieters wil het rapport in de prullemand gooien. Dhr. De Leeuw (de Klomp) was straks al van plan om kritiek uit te oefenen op de handelingen van Ring 8 van welke handelingen hij meer weet. Echter werd hem toen het woord ontnomen. Nu blijkt, dat door de houding van afgevaardigden van Ring 8 deze vergadering op een Poolschen Landdag gelijkt, nu vindt hij het noodig te zeggen, dat er in Ring 8 aanhoudend gewerkt wordt om Voorzitter en Secretaris en het geheele H.B. te ondermijnen. Spreker is er van overtuigd, dat dhr. Jansen hiervan de oorzaak is. Dhr. Wegenaar verklaart hierop, dat hij de motie van afkeuring tegen den Voorzitter had voorgesteld.
Na dit emotioneel gedeelte vindt de vergadering in rustiger sfeer plaats. Zonder eenige discussie worden alle balansen, rekeningen en de Begrooting voor 1934 goedgekeurd, waardoor vrij onverwacht de rondvraag aan de orde is, waarvan door verschillende afgevaardigden gebruik wordt gemaakt. Tenslotte houdt Dr. Winkel voor een aandachtig luisterend publiek een causerie over de mijtziekte, hoe deze te herkennen is en te genezen, waarna om ± 5 uur de Voorzitter een woord vandank uitspreekt en de vergadering sluit.
De Alg. Secr.,
JOH.A. JOUSTRA.