Vragen te richten aan dhr. A. Oonk, Warnsveld.


Vraag 214. In het Aug. nummer van ons „Groentje" las ik een verslag van 'de afd. Kennemerland, die een excursie naar het Gooi en o.a. den bijenstand van dhr. La Mark bezocht. De kasten werden van margarinekisten vervaardigd. Daar ik ook liefhebber ben van lossen bouw, doch het aanschaffen van een paar kasten a f9,50 per stuk mij te duur komt, zou ik graag de maat weten van die margarine-kisten. Ik heb hier de winkeliers er naar gevraagd, maar van de kisten, die zij mij toonden, kan men geen kasten maken.
L. B. te Sch. (Dr.)

Antwoord: Ik heb mijn licht eens opgestoken bij dhr. La Mark te Hilversum. Deze schreef mij, dat hij zijn kasten niet van margarinekisten maakte, doch van driekwarts nieuw hout. De plankjes van margarinekisten zouden te dun zijn. Hij schreef, dat dhr. A. J. Floor, Hollandsche Rading bij Maartensdijk (U.) daarentegen de kasten van margarinekisten vervaardigde, aan wien ik toen om nadere inlichtingen verzocht. Hij deelde mij het volgende mee: „De kistjes, die ik gebruik, zijn roomboterkistjes van de fabriek „De Volharding" te Ruurlo. De maat van deze kistjes is lang 47, breed 37, diep 14 c.M. met een houtdikte van l c.M. Hij gebruikt 3 kistjes voor één kast en één kistje schuin doorzagen voor 2 deksels. De bodem maakt hij afzonderlijk". Aan bovengenoemde imkers mijn dank voor de inlichtingen.

Vraag 215. Wat is beter, als de bijen op groote raten zitten in een broedkamer, of dat zij in twee honingkamers boven elkaar zitten? Is daar nog verschil in? R. L. te H. (Gld.)

Antwoord: Ik zou de voorkeur geven aan het raam uit de broedkamer, omdat het broednest dan beter tot zijn recht komt, dan in de veel smallere honingramen.

Vraag216. Als de bijen zwermen, naar welke richting zullen zij dan koers zetten, voor den wind uit of er tegen in? Als zij uitzwermen hoe ver gaan zij dan weg? R. L. te H. (Gld.)

Antwoord: Als de bijen uitzwermen, vliegen zij in de meeste gevallen vooruit, dus verwijderen zij zich in de richting, waarheen het vlieggat uitziet. Soms vliegen zij naar rechts of links, doch bijna nooit achterwaarts, tenzij er een vrij sterke wind waait, waardoor de bijen uit den koers worden gedreven.
In den regel zet de zwerm zich binnen 10 a 20 Meter voor den stand. Mocht de toestand voor de volken wat ongunstig zijn, door gemis aan struikgewas, dan kan er eenige afwijking ontstaan. Bij gemis aan geboomte gaat de zwerm ook wel eens op den grond zitten.

Vraag 217. Bestaat er een speciale soort honingklaver, die in het voorjaar gezaaid kan worden en tevens als veevoeder kan dienst doen? Wat is hiervan de beste soort? De bedoeling is een éénjarig gewas. Wanneer is de zaai- en bloeitijd? J. S. te S. (U.)

Antwoord: De klaver behoort tot een van de beste honingplanten, als zij in vrij groote hoeveelheid voorkomt. Men heeft diverse klaversoorten, als witte- en roode klaver, Zweedsche-, incarnaat-, Hopperups-, lucerne-, wond- en rolklaver. De witte klaver is hiervan wel het meest bekend, als uitstekende honingplant. De bloeitijd van de witte klaver is van ca. half Juni tot Sept. De beste drachttijd voor de bijen erop is in den regel van einde Juni tot in 't laatst van Juli of begin Aug. Als men van witte klaver hetzelfde jaar nog wil profiteeren, dan zal de beste zaaitijd het najaar zijn.

Een tiental jaren geleden zijn hier te lande ook proeven genomen met Hubam-klaver, dat een éénjarig gewas genoemd kan worden. Later heeft men weinig meer ervan gehoord. Mijn ondervindingen waren de volgende: In April 1923 bezaaide ik ook een stukje land met deze klaversoort. In 't laatst van Juli begon de bloei. De bijen bevlogen deze klaver van den vroegen morgen tot den laten avond zeer druk en vooral bij warm weer. De geur was reeds op een afstand waar te nemen. Deze klaver bloeide aanhoudend door tot 8 Nov., toen de vorst aan den bloei een einde maakte.

De plant is voor de bijenhouders van veel beteekenis, omdat, als het zaad in April uitgezaaid wordt, zij een uitstekende najaarsdracht kan geven, mits in het groot verbouwd. De zaadopbrengst is aanzienlijk, doch in April uitgezaaid, zullen de zaden niet gemakkelijk tot rijpheid komen. Het scheen mij toe, dat het beter was het zaad reeds in den herfst te zaaien. De klaver bloeit dan veel vroeger in het voorjaar en het zaad heeft meer tijd van rijpen.

Als veevoer leek mij de klaver minder geschikt, omdat de stengels spoedig houtachtig worden. Men zou dan veel vroeger moeten maaien, vóórdat de plant in bloei komt, doch in dit geval is zij voor den bijenhouder van geen nut. De plant zou voor den imker alleen waarde hebben, als zij voor het zaad en dan tamelijk in 't groot werd aangebouwd. Deze klaversoort groeit zeer hoog op tot wel ca. l Meter.
Mocht U meer van Hubamklaver willen weten over zaaitijd, bemesting, enz. dan raad ik U aan uit onze bibliotheek te Wageningen het Maandschrift Jrg. 1923 aan te vragen, waarin op blz. 105 onze bibliothecaris dhr. L. J. van Rhijn een artikeltje aan de Hubamklaver heeft gewijd.
A. OONK.