-Afdelingsberichten.

-AFD. GOOILAND te Hilversum hield 20 Maart haar tweede bijeenkomst in dit jaar. Nadat enige huishoudelijke aangelegenheden waren afgehandeld sprak vervolgens dhr. F. W. Beekhuis van Till van de afd. Baarn over „Wasmotten en hun bestrijding". Na in een korte inleiding iedere afd. van de Ver. tot Bev. der Bijenteelt vergeleken te hebben met een bijen volk, door op arbeidsverdeling en samenwerking te wijzen, ging spreker over tot het onderwerp van deze avond.
Eerst werd de familie der Wasmotten besproken, waarna uitvoerig werd ingegaan op de morphologie der grootste twee wasvijanden: de grote en de kleine Wasmot.

Door de dieren zelf goed te kennen, aldus spreker, kunnen wij hun leven beter begrijpen. Spreker schetste de biologie van rups en vlinder en deelde talrijke fijne levens bijzonderheden mede, resultaten van waarnemingen zoals die slechts door jarenlange nauwkeurige waarneming kunnen worden verkregen. En ... door hun levenswijze goed te kennen, kunnen bestrijdingsmethoden op de juiste wijze worden toegepast. Spreker behandelde in het practische deel der voordracht de meest gewenste bedrijfsmethode, de natuurlijke vijanden der wasmotten en enige der chemische bestrijdingsmiddelen als: zwavel, sulfoliquid, areginal, hexachlorathen en zyklon, alsmede hun toepassing en resultaten. Door een aantal tekeningen en mooi opgezette dieren werd het besprokene verduidelijkt.

De talrijk opgekomen leden volgden met grote belangstelling de voordracht, aan het einde waarvan de spreker door den afdelingsvoorzitter, dhr. Raad, hartelijk werd dank gezegd.
Gedurende de pauze werden nog enkele voor den modernen imker interessante instrumenten gedemonstreerd.

=====================================

-AFD. KOLLUMERZWAAG. Heden werd van onze zijde weggenomen door een ziekte van slechts enkele dagen
de Heer JAN V. DE GROOT
in de ouderdom van 55 jaar.

Stammende uit een Imkersgeslacht, was hij ook zelf een rechtgeaard Imker met hart en nieren.
Nooit ontbrak hij op onze vergaderingen. Wij zullen hem dan ook als vriend en gezien lid onzer afd. missen.
Zijne nagedachtenis zal bij ons in aangename herinnering blijven.
Namens het Bestuur, M. IJ. STERINQA, Voorz. Kollumerzwaag, 17 Maart 1935.
A. J. KORPERAAL, Secr.
=====================================


-AFD. ZEVENAAR & OMSTR. Algem. ledenverg. gehouden 25 Maart in Café „de Buitenmolen" te Zevenaar.

Wegens afwezigheid der voorzitter opent de Secr. de verg. met de Chr. groet.
Aanwezig 35 leden. De notulen der vorige verg. werden voorgelezen en onveranderd vastgesteld.
Ingekomen stukken werden voorgelezen en besproken.
Er werd verslag uitgebracht over de gehouden oprichtingsverg. der kring.
Voor afgevaardigde van de A. V. werd de Secr, gekozen en als plaatsvervanger afgevaardigd M. Elfring.
Hierna lezing over de behandeling van een kastvolk door den Secr. Achtereenvolgens werden de verschillende werkzaamheden gedurende het gehele jaar beknopt behandeld, waarna het stellen van vragen.
Van de suikerbestelling werd dankbaar gebruik gemaakt.
Niemand iets voor de rondvraag hebbende werd de verg. op de gebruikelijke wijze gesloten.
Babberich. G. MEIJER, Secr.

-AFD. WARNSVELD. Dhr. Dr. Ir. A. Minderhoud, rijksrbijenteeltconsulent te Waeningen,
hield op Vrijdag 15 Maart voor onze afd. een lezing.

Als onderwerp was gekozen: „Is het aanplanten van linden thans niet hoe langer hoe meer aan te bevelen om de bijenteelt op peil te houden met het oog op de bevruchting onzer fruitgewassen, nu het gewin op de boekweit geheel is uitgeschakeld, de heidevelden jaarlijks in omvang afnemen en de korenbloem door de krachtige verdelgingsmiddelen steeds meer aan terrein verliest?"

Spr. zei deze vraag direct met "Ja" te kunnen beantwoorden.
Eerst werd een en ander over de bestuiving der fruitgewassen verteld en hoe het bevliegen ervan door de bijen plaats vindt. Vervolgens behandelde spr. de sterke afname der boekweitteelt, welke alleen nog van enige betekenis in de omgeving van Staphorst en Dedemsvaart is; de grote hei-ontginningen en de sterke bestrijding van korenbloem en herik. Dit waren alle beste honingbronnen.

In streken waar deze bovengenoemde drachtbronnen weinig meer voorkomen en waar weinig klaver groeit, is het zeer aan te bevelen, dat er linden worden aangeplant, mits de grond goed en vochtig is. Op zeer hoge, droge gronden, zal de linde echter niet honingen.

Het verdient dan aanbeveling, dat er verschillende lindesoorten met uiteenlopende bloeitijd worden aangeplant. Hierdoor wordt de drachttijd aanmerkelijk verlengd. Bij een combinatie van ondergenoemde 5 soorten kan de drachttijd van ca. 20 Juni tot ca. 20 Aug. gerekt worden.

Vooral de zilverlinde, die van half Juli tot 10 Aug. bloeit, zou in verscheidene streken van een drachtloos tijdperk een honinggevende kunnen maken, omdat op vele plaatsen de hoofddracht ca. 15 Juli eindigt.

De zilverlinde heeft echter een nadeel, dat er nogal vrij veel bewusteloze bijen tijdens het gewin erop, onder de bomen worden aangetroffen. Men kent de oorzaak hiervan nog niet nauwkeurig.

De voornaamste lindesoorten zijn de volgende:

Hollandse linde (Tilia vulgaris) bloeit ca. 20 Juni; Grootbladerige linde (Tilia plathyphyllos) bloeit ca. Juni; Krimlinde (Tilia rubra var. euchlora) bloeit ca. 30 Juni; Hangende zilverlinde (Tilia petiolaris = alba), Zilverlinde (Tilia tamentosa) bloeien beiden van half Juli tot begin Aug.

De bloei kan natuurlijk het ene jaar bij het andere wat uit elkaar lopen. Dit hangt van het weer af.

Aan 't slot dankte de voorz. dhr. J. Oosterink, spr. voor zijn leerzaam onderwerp. Hij hoopte, dat het gesprokene vruchten zou afwerpen en dat vooral Gemeentebesturen en gestichten, linden met verschillende bloeitijd zouden aanplanten. Ieder helpe in zijn streek de bijenweide te verbeteren!
De secr.-penn., A. OONK.
=====================================

Hcinrich Freudenstein


Op 5 Febr. 1935 overleed H. Freudenstein, 72 jaar oud. Hij stamde af van een oud boerengeslacht, zijn wieg stond in Maden, het centrum van Hessen. Begaafd met een helder verstand en redenaarstalent, dat gepaard ging met grote liefde voor de natuur, nam hij als Imker in zijn omgeving een invloedrijke plaats in.

Na zijn pensionering werd hij Burgemeester van Marbach. Hier had Behring een seruminrichting opgericht, die met zijn dood dreigde onder te gaan. Freudenstein wist toen deze inrichting tot grote bloei te brengen, zodat het serum van deze inrichting een wereldreputatie kreeg. Speciaal op het gebied van bijenziekten had hij grote verdiensten. De bijenkast van Freudenstein wordt in Duitsland veel gebruikt en zijn handboek over bijenteelt ijverig bestudeerd. Zijn omgeving had slechts een schrale bijenweide, daardoor was hij wel gedwongen met zijn bijen te reizen, zodat hij op dit gebied veel ondervinding opdeed.
Hij was ook de uitgever van die Neue Bienenzeitung, waarvan enkele jaargangen in de Bibliotheek aanwezig zijn.
L. J. VAN RHIJN.
=====================================


-Verslag lezing Eerbeek.
Op Dinsdag 26 Februari had de afdeling Eerbeek het genoegen om de heer H. J. Sutherland in hun midden te zien optreden. Spreker had tot onderwerp: Het zwermen (natuur en kunstzwermen) en eenvoudige koninginneteelt.
Na de pauze werd gelegenheid gegeven om vragen te stellen, waarvan nog al een druk gebruik werd gemaakt.
Aan het einde der lezing bracht de heer J. Pannekoek dank aan alle aanwezigen en in 't bijzonder aan den heer Sutherland.
De Secr., H. A. v. ZADELHOFF.