Korfimkerij.


In Februari zijn de immen
Saamgetrokken tot een bol,
Zitten knusjes in de korven
Houden steeds hun maagjes vol.

Van het ruwe jaargetijde
Trekken ze zich weinig aan.
Als we ze maar niet veel storen
De korven rustig laten staan.

Komt er toch een rustverstoorder
In de vorm van kip of muis,
Dan zijn d' immen slecht te spreken
En is het niet pluis in huis.

in de lange winteravond
Met wat stro en bamboebast,
Is dit een leuk karweitje
Denk er om, trek ze goed vast.

Ook is 't nu weer tijd van praten
Over volk en zwerm en moer,
Over jagen, scheppen, reizen,
Ja, dat past een bijenboer.

Wil de tijd dus goed besteden
Voor het vak de bijenteelt
t' Groentje ijv'rig bestuderen
'k Wed, dat niemand zich verveelt.

Door zo'n onverwacht bezoek kan
Muisjelief hoe slim ze is,
Wel eens 't leven moeten laten
d' Immen zijn dan lang niet mis.

Kan de bijenhouder deez' maand
Aan de volken weinig' doen,
Korven vlechten kan hij nu reeds
Voor het aanstaande seizoen.

En wat eveneens van pas komt
Dat is zeker en gewis
'n Cursus volgen of een lezing
Als die in uw woonplaats Is.

M. B.