Ingezonden.


(Buiten verantwoordelijkheid der Redactie.)

Is zomerhoning niet geschikt als raathoning?


Waarde collega Meijer, Babberich,
Mag ik U beleefd vragen, hoe U er toe komt, zomerhoning voor raathoning te ontraden? Integendeel heb ik nog, pas geleden, raathoning van zomerdracht 1935 afgeleverd in prima staat; zo goed zelfs als was hij pas gewonnen. Naar Uw verkiezing adres ter Uwer beschikking. Ik geef aan deze ver de voorkeur boven taaie heideraathoning, die ik ook al gehad èn geproefd heb, doch waarvoor hier geen afzet is. Het is daarom niet goed, zo eenzijdig te schrijven over het winnen van raathoning, daar er in ons land verschillende, beste honingbronnen zijn. Wat het raathoningraampje betreft, wil s.v.p. mijn mededeling nalezen in Groentje j.l. Mei en nu het vervolg. Aanhechting of inbrengen gewone of dunne kunstraat (reepjes) in honingraam, hiervoor uitsluitend bestemd, geschiedt als volgt. Onderkant bovenlat (± 5 c.m. breed) wordt ter halve breedte een latje (± 5 à 6 m.m. dik) gespijkerd, over de gehele lengte, althans betreft dit een honingraam (kan ook broedraammaat zijn). Dan verdeel ik het raam in 3 delen met latjes 3 à 4 m.m. dik, vastgespijkerd aan onder- en bovenlat waar het vastgespijkerde lengtelatje zit. De andere helft onderkant bovenlat wordt aangevuld met een dito latje als het vastgespijkerde en bestaat er gelegenheid dit aan te drukken onder de verdelingslatjes (verticale). Steek de reepjes voorbouw tussen beide latjes in de 3 vakjes, druk stevig met de hand aan en uitvallen is uitgesloten, alzo geen enkel machientje of instrumentje nodig, en beslist afdoende werk.
Bij goede dracht zult U binnen enkele dagen verstomd staan over de mooie, prachtige dikke raat (naasthangende rekjes, zie Mei-nr., niet vergeten). Bij proef wens ik U beslist succes.
St.-J.st. H. C. B.

Rectificatie. Zo'n honing z. raatraam zal niet 1 1/2, doch ruim 2 1/2 K.G. wegen. Zie Groentje Mei.

Antwoord van dhr. Meyer.
Naar aanleiding van de vraag, raadgevingen enz. van den Heer Bergheijn het volgende:
Dat het een enkele keer mogelijk is zomerraathoning met succes tot een volgend jaar te bewaren en aan den man te brengen zal ik niet ontkennen, evenmin, dat U zomerraathoning lekkerder smaakt dan heideraathoning. Ook hier zullen smaken verschillen. (Inderdaad. Red.)Ik, en met mij zijn er velen, die met het winnen van zomerhoning als raathoning geen succes hebben gehad om de reden zoals omschreven in mijn art. Het is trouwens algemeen bekend, dat de honing voor raathoning heidehoning is.
Mocht U ervaring hebben, dat witte klaverhoning goed voldoet als raathoning, dan zoudt U de imkerswereld een groot genoegen doen door dit bekend te maken. Het zou best kunnen gebeuren, dat dit de inkomsten voor menigen imker reusachtig verhoogt, omdat witte klaverhoning op verschillende plaatsen rijkelijk geoogst wordt.
Geslingerd kristalliseert hij echter spoedig, wat heidehoning niet doet.
Wat Uw manier van raathoning winnen betreffende het gebruik van raampjes en inzetten van kunstraat lijkt mij veel omslachtiger en meer tijdrovend, dan de manier door mij aanbevolen.
Dat op de manier door mij omschreven goede raathoning gewonnen wordt, bewijst wel, dat de wisselbeker - op de laatst gehouden honingmarkt - en keuring uitgereikt werd aan honing die gewonnen was op de bovenomschreven manier.
Mag ik U vriendelijk verzoeken om, indien U eventuele successen te boeken hebt met witte klaverhoning als raathoning, (met dien verstande, dat deze beter zal voldoen dan heidehoning) hiervan nogmaals uitvoerig melding te maken in „Ons Groentje?"
Met collegiale groeten,
Uw dw., G. J. MEIJER.

Collega Dhr. C. de Jong, Hoensbroek.
Indien bijen niet naar de honingzolderruimte willen, is daarvan wel meest de oorzaak onvoldoende sterk volk en geen goede dracht, anders doen zij het beslist wel. Bij verdere onwil een raampje broed (open) in honingzolder en klaar is Kees, doch dit raampje na intrede van het volk boven, alweer beneden brengen in ruil voor het raampje kunstraat, dat U daarvoor in broedkamer plaatste.
Engelse rooster belemmert sterk, wanneer men met grote cellenmaat werkt;
een Herzog is beter en geeft ruimere doorgang. Bij sterke dracht geen rooster, daar de koningin verplicht wordt beneden te blijven, door het vlug vullen der cellen met honing. Ook wanneer de honingzolderramen wat wijder hangen dan gewone afstand, waardoor de raten dikker worden uitgebouwd, legt de koningin er geen eitjes in. Verder gedeeltelijk volbrengen honing in honingzolder en ook wel stuifmeel is beslist...geen dracht meer....
St. J. st. H. C. B.

Wanneer viel de eerste zwerm?
In het Juninummer deelden we mede, dat de eerste zwerm op 16 Mei afvloog. Mag dat voor dit jaar vroeg genoemd worden, er vielen er nóg vroeger, n.l.: op 8 Mei bij dhr. W. Reede te Hellendoorn; op 9 Mei bij dhr. P. A. de Bok te Ubbergen; de eerste nazwerm viel echter pas op 25 Mei!) op 12 Mei bij dhr. T. de Visser de Heer te Laagland bij Warga; en bij dhr. H. Hofman te Amersfoort op 13 Mei.
Hartelijk dank voor de berichtgeving.