Een nieuw voedermiddel voor de bijen


Het is misschien niet ondienstig de ervaringen met een nieuw voedermiddel voor bijen mede te delen. We stellen voorop, dat suiker, al is zij gedenatureerd, geen vervanging behoeft, vooral niet bij de huidige prijzen. We menen, dat de fabrieksprijs 4 cent of misschien nog minder per k.g. is. Goedkoper zou men het zelfs niet kunnen wensen. Waarom dan naar een ander middel uitgezien? Omdat vele imkers niet genoeg hebben aan de 15 of 20 pond per volk. De rondekorf-imkers nemen gewoonlijk lang hun kwantum niet. Vele kastimkers hebben echter, behalve voor de inwintering, ook veel suiker nodig bij het voeren van zwermen, afleggers, vegers, bij koninginneteelt enz. en zijn dan vaak te gauw door hun voorraad heen. Bovendien maakt de nieuwe suikerregeling het de meesten moeilijker met het toegestane kwantum rond te komen. Als men 't ene jaar eens wat suiker overhield, kon dit de suiker voor het volgend jaar, als er dan misschien veel nodig was, bij aanvullen. Bij de nieuwe regeling is dat uitgesloten. Alle suiker, die men overhoudt, moet in mindering gebracht worden bij een volgende bestelling. Mogelijk, dat een nieuw voedermiddel hierin uitkomst kan brengen.

Te Sas van Gent verwerkt de stijfsel- en glucosefabriek witte en gele mais tot olie, stijfsel, zetmeel, stroop en massé. De afvalproducten zijn de bekende veevoederartikelen. Eén van deze producten, de massé, is technisch uit zetmeel te bereiden. Het is de bakkerssuiker. Nu hebben we eens de proef genomen, of deze technische suiker ook als bijenvoer te gebruiken zou zijn. Massé wordt afgeleverd in grote brokken en schilfers, die nog niet zo heel gemakkelijk oplossen, wat grotendeels ligt aan de grove verdeling. Als ze zo fijn als suiker werd afgeleverd, zou het oplossen zeker ook veel vlugger gaan. We wegen nu b.v. 5 pond af in een emmer en gieten daar 21/2 1. kokend water bij, evenals bij het oplossen van suiker. Na lang roeren is eindelijk de massa opgelost. Vol moed werd de proef ingezet. Voeren met de ballon. De volgende morgen was er niets opgenomen. Dat was een teleurstelling.
We hebben daarna drie delen massé en één deel suiker genomen. Toen namen de bijen het op, echter niet helemaal zo vlug als suiker alleen. We hebben daarna ook nog eens weer geprobeerd met massé alleen. De proef werd met vijf volken genomen. Eén volk nam het op, echter te langzaam. In zoverre heeft het experiment dus bevrediging geschonken, dat men bij te kleine suikervoorraad met massé kan aanvullen.
Zoals gezegd, werd de proef genomen met vijf volken. Hieraan is dit voorjaar 20 pond massé met ongeveer 7 pond suiker gevoerd. De andere volken hebben suiker gehad. Verschil is niet opgemerkt kunnen worden. De zwermen kwamen gemiddeld gelijk, waarna de invloed van de massé was opgeheven, als vergelijkings-voedermiddel.
We hadden plan gehad deze winter eens een paar volken op massé te laten overwinteren, doch door te late correspondentie met de fabriek, was het niet meer mogelijk.
DWINGELO. S. CANCRINUS.

Naschrift Red. Massé bevat 65-75% Glucose (zgn. aardappelstroop). Deze is 2 1/2 keer minder zoet dan rietsuiker. Dhr. Cancrinus vergist zich, indien hij meent, dat het hier een nieuw voedermiddel voor bijen betreft ; het werd n.l. voor meer dan 20 jaar terug reeds gebruikt. Als voorjaars- en zomervoedsel heeft het weinig waarde, als wintervoedsel is het stellig af te keuren. Gezien het geringe gehalte aan „zoet" is het o.i. de moeite van voeren niet waard.
Zelf nam Red. voor een jaar of 20 al eens proeven met aardappelstroop. De bijen namen hem met moeite op ; ondanks honger (ze stonden zo goed als droog) lieten ze de stroop nagenoeg onaangeroerd en alleen toen er honing doorgemengd werd verdween het voedsel(??) traag. RED.