Vragenrubriek


Vragen bestemd voor deze rubriek richte men tot den Heer A. Oonk te Warnsveld. Beantwoording kosteloos. Wenst men schriftelijk antwoord, dan sluite men een postzegel in. Alleen vragen, die ook voor anderen van nut kunnen zijn worden beantwoord.

Vraag 339. Als twee personen een zwerm achtervolgen, die in een lokkorf vliegt, heeft de politie dan ook het recht om die zwerm er uit te laten halen? Kan de politie ook gelasten zulke lokkorven op te bergen J. K. te R. (Dr.)
Antwoord: Het hangt er van af, of in de land-, provincie- of in de gemeentelijke politieverordening een en ander over zaken de bijenteelt betreffend, geregeld is. In de regel is dit niet het geval en mochten er hier en daar verordeningen bestaan, dan lopen deze wat de verschillende landstreken betreft, soms nog sterk uiteen. Als men een zwerm volgt en deze zet zich in een buurman's tuin neer, dan is die buurman gewoonlijk wel zó welwillend toe te staan, dat U de zwerm moogt scheppen. Hebt U echter met een lastige buurman te doen, die U de toegang tot zijn tuin weigert, dan zult U er niets aan kunnen doen, tenzij natuurlijk een en ander over het volgen van zwermen in de plaatselijke of provinciale verordening geregeld is. Het is daarom altijd gewenst, als men bijen houdt, zijn buren tot goede vrienden te hebben door hun af en toe eens wat honing te geven, als de gelegenheid dit medebrengt. Op die manier kan men al veel gedaan krijgen.
Of men wat kan doen tegen het plaatsen van lokkorven hangt eveneens van de verordeningen in Uw streek af. Zijn er geen voorschriften, dan zal men er weinig aan kunnen doen. Men kan niet bewijzen, dat deze lokkorven er met opzet zijn neergezet. Achtervolgt men een zwerm en gaat deze toevallig in een lokkorf zitten, dan zal in de meeste gevallen de eigenaar van zulk een korf U de zwerm wel teruggeven. Indien U de weggevlogen zwerm niet achtervolgt, dan is het moeilijk te bewijzen, of deze van U is, tenzij de eigenaar van de lokkorf erin toestemt de zwerm eruit te stoten. In dit geval kan de moer uit de zwerm worden gezocht. De zwermbijen zijn nu zonder moer, waardoor zij na enige tijd onrustig worden, in het rond gaan zoeken en ten laatste naar de kast of korf terugvliegen, waarvan zij zijn afgekomen.
Heeft men een imker in de buurt, die lokkorven plaatst, dan dient men in de zwermtijd een extra oogje in het zeil te houden. Komt een zwerm af, dan trekt deze niet direct weg, doch gaat eerst in de nabijheid van de stal hangen. Het is dus plicht de zwerm dadelijk te scheppen, zodra hij goed is aangevlogen. Laat men hem te lang hangen, dan loopt men gevaar, dat hij ten laatste wegvliegt en misschien in een van de lokkorven van de buurman trekt. Heeft men in de afdeling leden, die met opzet lokkorven plaatsen, dan is het het beste zulke leden van de ledenlijst te schrappen. Ook kan men het gemeentebestuur verzoeken in de politieverordening een strafbepaling tegen het plaatsen van lokkorven te willen opnemen, als de leden hiervan veel hinder hebben.

Vraag 340. Ik heb deze zomer 2 kasten gemaakt, bestaande uit 3 delen, n.1. broed-, honingkamer en dak. Eén kast met boven-, de andere met benedenvoedering. Deze kasten staan in een stal, waarvan de achterwand uit hout, de zijwanden uit riet en de bedekking uit ijzeren golfplaten bestaat. De kasten zelf zijn gemaakt van 15 mm. vuren hout, een laag carton (één enkel stuk) en daarover weer 4 mm. triplex. Is deze bedekking voldoende voor een gewone of strenge winter?
J. N. te V. (Gr.)
Antwoord: De bedekking is voldoende. De bijen kunnen 's winters heel wat koude verdragen. Zij vriezen niet zo spoedig dood. Hoofdzaak is, dat zij zich gemakkelijk boven over de broedkamerramen kunnen verplaatsen, als de kou wat lang aanhoudt. De roer kan meer schade aan de volken berokkenen, dan de kou.

Vraag 341. Ik voer in de herfst altijd een sterke suikeroplossing en in het voorjaar en 's zomers een slappe oplossing. Nu vertelde een kennis mij, dat dit niet goed was. Hij zeide n.l. dat bijen, die dikke suikeroplossing opzogen, ongeschikt waren voor het opzuigen van honing, terwijl ik in het voorjaar, als er plotseling een koude dag kwam, veel bijen zou verliezen, als ik met dunne suiker voerde. Is droge suikervoedering ook goed? Wat raadt U mij aan?
J. N. te V. (Gr.)
Antwoord: In de herfst voert men een dikke suikeroplossing. Ik deed dit altijd in de verhouding op 10 Kg. suiker 3 liter of 3 Kg. water. Dat bijen, die een dikke suikeroplossing ophalen ongeschikt zouden zijn voor het opzuigen van honing, behoeft U niet te geloven. Ik heb hiervan nooit last gehad. In het voorjaar voert men bij voorkeur met gunstig weer en dan 's avonds, niet overdag. Als er dun gevoerd wordt, hebben de bijen minder behoefte om uit te vliegen, dan wanneer U niet voert. De bijen hebben juist in 't voorjaar en 's zomers veel behoefte aan water voor de verzorging van het broed en als er in het voorjaar weinig water in het volk aanwezig is, zijn de bijen wel genoodzaakt dit op gure voorjaarsdagen buiten te halen. Er kan ook droge suiker worden gevoerd. Dit doet men vaak, als de bijen niet bij huis staan, doch b.v. op de hei. Staan de volken echter onder Uw bereik en toezicht, dan zou ik de voorkeur aan vloeibaar voedsel geven. Ook gebruikt men wel borstplaat, die men boven op de broedkamer onder het dekkleedje legt, of bij een korf onder tegen de raten.

Vraag 342. Van mijn eerste korfvolk was op 8 April de koningin bij het knippen verongelukt, dus enige tijd geen broed. Na een maand kon ik 7 Kg. honing (wilg?) slingeren. Heeft het nu doel, omstreeks half April om te hangen, teneinde half Mei weer te kunnen oogsten?
T. B. te H. (Z.H.)
Antwoord: Dit hangt van het weer en de volkssterkte af. Is de weersgesteldheid half April gunstig en is er dracht, en het volk sterk, dan moogt U wel omhangen. Het volk moet echter zó volksterk zijn, dat het bij gewin direct de tweede broedkamer bezet, anders moet U nog wachten.

Vraag 343. Ik heb nu ook gelegenheid om naar 3 H.A. koolzaad te gaan in Zuid-Holland. Welke is de aangewezen tijd en hoeveel kasten maken er de spoeling dun? Is daar al kans op zwermen?
T. B. te H. (Z.H.)
Antwoord: Het koolzaad bloeit ongeveer van half April tot einde Mei. Dit kan natuurlijk ook enigszins uiteenlopen en hangt af, of het een vroeg, of laat voorjaar is. Mij dunkt, dat men bij 3 H.A. wel een 50-tal kasten kan plaatsen, vóórdat het gewin er onder te lijden heeft. Dit is niet precies te zeggen, daar het weer natuurlijk een grote invloed op het afscheiden van de nektar uitoefent. Kans op zwermen is er voor direct niet, doch bij goede dracht en niet te veel ruimte, zou dit in de tweede helft van Mei toch kunnen optreden. Het is dus gewenst, als de nektarafscheiding goed is, ruimte te geven en voor alle zekerheid de koningin een vleugel te knippen.

Vraag 344. Met welke stof kan men bussen van blank blik inwendig bestrijken (verven) om er gedurende lange tijd slingerhoning in te kunnen bewaren? S. v. d. W. te G. (Dr.)
Antwoord: Hierop heb ik in vraag 329 een antwoord gegeven. Ik ontving intussen nog enkele antwoorden van onze lezers, die ik hieronder laat volgen. Dhr. H. L. Berkelder, „Rozenhof" te Zelhem schreef: "Reeds jaren gebruik ik daarvoor met zeer veel succes de Ripolin Bruinlak. Ik verdun meestal vrij sterk met terpentijn of benzine. Daarmede krijgt U de bussen volkomen roestvrij en van schadelijke inwerking is mij nooit iets gebleken".

Dhr. J. v. d. Bend, directeur van afd. Handel te Wageningen berichtte "Naar aanleiding van Uw antwoord op vraag 329 deel ik U nog mede, dat de stof waarmede onze bussen van binnen zijn voorzien z.g.n. Conservenlak is. Het gebruik van welke verf of lak ook zou ik steeds ontraden. Bij de blikfabrieken worden de platen blik met deze conservenlak behandeld en eerst daarna worden ze op maat gesneden en tot bussen verwerkt. Ik zal bij gelegenheid nog even informeren naar een adres voor het bekomen daarvan en U hiervan dan bericht zenden". (Hierop mocht ondergetekende tot nu toe nog geen nader antwoord ontvangen).
A. OONK.

HONINGBEURS. Beursbericht. Bij de beurs staan 2 partijen heidehoning ingeschreven, de ene in flacons, groot ca. 150 flacons à 36 ct., levering franco bij afname van 24 flacons en meer, de andere partij in flacons of in bus tegen 40 ct. per flacon, vanaf 24 flacons eveneens franco, of in bussen van 25 p. à 30 ct., eveneens franco. Bus wordt berekend à 50 ct. Monsters op aanvrage bij de beurs tegen inzending van 6 et. postzegel. Zomer- of klaverhoning staan bij de beurs niet ingeschreven. Voor inschrijving zie Nov. Groentje.
HONINGBEURS VER. v. R.M.I., Bieënhof, SOESTERBERG.