Vragenrubriek


Vragen bestemd voor deze rubriek richte men tot den Heer A. Oonk te Warnsveld. Beantwoording kosteloos. Wenst men schriftelijk antwoord, dan sluite men een postzegel in. Alleen vragen, die ook voor anderen van nut kunnen zijn worden beantwoord.

Vraag 394: Wanneer ik deze herfst een korfvolk met jonge moer versterken wil met een uitgejaagd volk met een oude moer, is het dan zeker, dat de jonge moer in de korf zal blijven en dat de moer van het toegevoegde volk, dus de oude koningin zal verdreven worden, of is het veiliger de oude moer op te zoeken en dood te maken ? K. B. te B.-A. (Ov.)
Antwoord : Als U in het najaar een uitgejaagd volk met oude koningin aan een korfvolk met jonge moer wilt toevoegen, zal zeer waarschijnlijk de jonge koningin wel de overhand behouden, doch met zekerheid is dit niet te zeggen. Daarom zal de veiligste weg zijn de oude moer uit te vangen en dan het uitgejaagde volk met het korfvolk te verenigen.

Vraag 395: Welke zijn de honingrijkste bomen en heesters om bij eventuele aanplanting rekening te houden? K. B. te B.-A.(Ov.)
Antwoord : De honingrijkste bomen zijn: esdoorn, acacia, verschillende soorten linden, als Hollandse linde, Zilverlinde, Amerikaanse linde, Krimlinde, Kleinbladige linde. De bloeitijd is verschillend, dus door aanplanting van diverse soorten linden kan men de drachttijd verlengen.
De honingrijkste heesters zijn: vuilboom (rhamnus frangula), sneeuwbes (symphoricarpus racemosus), liguster (ligustrum vulgare).


Vraag 396: Op 23 Juni heeft mijn kast 4 gezwermd. Omdat de oude koningin een elite koningin is. (verleden jaar oogstte ik nog 56 pond honing uit die kast) heb ik de voorzwerm niet teruggegeven, doch opgezet. Voor enige dagen keek ik de afgezwermde stok na, dus die, waarin zich de jonge koningin bevindt. Nu vond ik boven noch beneden broed, zodat ik vermoedde, dat de jonge koningin misschien was omgekomen. Voor alle zekerheid heb ik 13 Aug. een raampje broed, waaronder ééndagseitjes uit de voorzweren genomen en in kast 4 bovenin gehangen. Vanmiddag 16 Aug. waren er nog geen redcellen opgebouwd. Zoudt U mij s.v.p. willen zeggen, wat er aan kast 4 mankeert en wat ik nog kan doen om het volk te redden? Er is genoeg voer aanwezig. De darren waren alle op één raampje samengedreven. Alles dus heel normaal. Ik gebruik geen rooster en heb twee broedkamers op elkaar geplaatst. Vandaag heb ik de bovenste raampjes weggenomen en het raam met broed onderin gehangen en ben met suiker voederen begonnen, omdat de dracht hier nu toch ongeveer is afgelopen. Ik bezit nog een reservevolkje, dat ik 28 Juni heb aangelegd door een raam met moerdoppen in een vijfraamskastje te hangen (dit heb ik uit kast 4 genomen). Dit reservevolkje is nu al uitgegroeid tot een flink volk, dat ik wilde opzetten, doch het zit nog op 5 raampjes. Kunt U mij raad geven?
K. M. te L. (N. H.)
Antwoord: U schrijft, dat de darren op één raam waren samengedreven. Dit zou erop kunnen wijzen, dat zich toch nog een moer in de kast bevindt, die wellicht tijdelijk met eitjes leggen heeft opgehouden. Nu U van 2 broedkamers één broedkamer hebt gemaakt, het raampje met broed onderin hebt gehangen en met voeren is begonnen, moet de koningin, als die in het volk is, wel weer spoedig beginnen te leggen. Vindt U de moer en ziet U na het voeren beslist geen eitjes, dan moet U die moer verwijderen en het reservevolkje op 5 ramen inhangen. U neemt dan 6 ramen uit de broedkamer, waarvan U de bijen afschudt, plaatst de 5 ramen uit het reservevolkje erin, daarnaast zet U een scheidingsplankje, daarachter komen dus nog 4 ramen uit de broedkamer te hangen. Na enkele dagen kunt U de scheidingsplank verwijderen en daarvoor een broedraam inhangen. Na een vijftal dagen ziet U eens, of de moer goed aan de leg is en dan plaatst U het reservevolkje midden in de broedkamer.

Vraag 397: In een kastje van 5 Simplexramen had ik uit doppen een moer gekweekt. Een prachtvolk met broed en honing. Daar ik een moer nodig had, nam ik haar er uit. Een dag of zes later zag ik het kastje na en zag op een raam veel moercellen. Op de 17e dag luisterde ik, of ik de moer ook hoorde tuten, doch hoorde niets. De andere dag inspecteerde ik het volk en zag ik tot mijn verwondering, dat alle doppen waren afgebeten. Ik had dus geen jonge moer. Wat kan daarvan de oorzaak zijn?
J. de F. te Z. (Z.)
Antwoord : Ik vind Uw geval wel vreemd, dat alle moerdoppen waren afgebeten. Hebt U het kastje wel nauwkeurig nagezien en de moer misschien over het hoofd gekeken? Inspecteert het kastje nog eens grondig, of er nu soms eitjes aanwezig mochten zijn. Is dit niet het geval, dan kan ik U tot mijn spijt geen nadere verklaring van het afbijten van alle moerdoppen geven.

Vraag 398: Ik ontvang ca. 20 Sept. een aantal naakte volken, die ik in 9-raams kasten doe met uitgebouwde broedramen. Nu wilde ik zo'n volk met een gewicht van 2 k.g. in een 5-raams kastje doen, eveneens op uitgebouwde ramen, opvoeren met 7 1/2 k.g. suiker en daarin overwinteren. Kan men nu een volk in een 5-raams enkelwandig kastje de winter over krijgen? Kan in zulk een kastje voldoende voer worden geborgen om de winter door te komen? Begin April wil ik het volk dan in een grotere kast doen.
A.H.L. S. te L. bij D. (Ov.)
Antwoord: Ik had vroeger ook een tiental enkelwandige kastjes op 5 Simplexramen, die ik 's winters overhield en de volken overwinterden er over het algemeen goed in. Er kan genoeg voer in worden geborgen om de winter door te komen. In de laatste helft van Maart op mooie zachte dagen keek ik de volken eens na en begon dan af en toe te voeren, als dit nodig was. Deze volken zijn in het voorjaar bij uitstek geschikt om in grotere kasten over te hangen en dan het broednest geleidelijk uit te breiden. U moet er 's winters voor zorgen, dat de vlieggaten niet door dode bijen of afval verstopt raken en deze geregeld met een ijzerdraadje uit het vlieggat verwijderen.

A. OONK.