Sojameel


In de Oostenrijkse vakbladen kan men regelmatig de volgende advertentie lezen:

Edelsoja, het beproefde vervangmiddel der pollen. Vlugge teelt van sterke drachtvolken. Edelsoja, een zuiver natuurproduct, bevat 41% eiwit (biologisch volwaardig); 20% vet, 20% suikersoorten, 3% lezithin (het karakteristieke bestanddeel van eierdooiers).
Edelsoja heeft evenveel volwaardig eiwit als de pollen der bloemen en is in zijn samenstelling melkpoeder en kippeneieren gelijk.
Lees over Soja volgende artikels, o.a. Professor Schiller in Bienenvater Februari 1936 enz.


In ons land worden ook veel Ersatz middelen gebruikt voor de pollen en deze worden dan op verschillende wijze toegediend, alleen zijn de geleerden het er niet over eens of het enig nut heeft. In Oostenrijk houdt men er veel van de bijen allerlei versterkende middelen te geven, o.a. de Bijenthee van Sklenar "Sklenarob" geheten, maar deze middelen schijnen voor onze bijen niet geschikt. Maar bij het lezen van het boven aangehaalde artikel leek het mij toch wel te doen eens een proef met Soja te nemen, daar Prof. Schiller uit Weenen zijn handelwijze duidelijk uitéénzet. Voor imkers, die dit ook eens zouden willen doen, volgt hier een uittreksel uit het genoemde artikel.

"Er is momenteel geen tweede plantaardig product bekend, dat in gelijkwaardige wijze de pollen kan vervangen. Daar de Soja korreltjes haast even groot zijn als de pollen, kan een gemakkelijke vertering met zekerheid aangenomen worden. Daarvoor staan ook de veelvuldige proeven bij mens en dier in. Ik wilde in 1935 mijn 5 volken vroeg sterk ontwikkeld hebben, zoals de Weense omstandigheden dit eisen. Dit gelukte ondanks de zeer ongunstige weersomstandigheden. Want reeds op 27 April kon ik, in tegenwoordigheid van één der oudste en meest ervarene Weense imkers tot diens grote verwondering, bij 3 volken de honingkamers opzetten. Daartoe was in mijn omgeving op die datum, zover ik inlichtingen kon bekomen, geen ander imker in staat.
Nu zal ik in het kort het voeren in de kast mededelen. (Het voeren buiten bij mooi weer is geheel waardeloos en zonder uitwerking.)
Met de hand of een strooier vul ik het bovenste 2/3 deel of de gehele raat aan één zijde, zodat de cellen half met Soja gevuld zijn, dan wordt door kloppen tegen het raampjeshout het losjes ingestrooide meel samengedrukt. Dan vul ik de cellen tot aan de rand, klop weer, zodat eindelijk elke cel tot aan de rand gevuld schijnt. Ook vul ik de cellen wel geheel, door eerst, zoals aangegeven, tot aan de rand te vullen en dan een hoopje Sojameel op het raam te schudden en dit met de vlakke hand in de cellen te wrijven. Nu maak ik een oplossing van 2/3 deel honing en 1/3 deel water of een 50 à 60% suikeroplossing met iets honing. Daarvan giet ik meermalen een kleine hoeveelheid op het raampje en strijk dit met een penseel, over de met de Soja gevulde cellen. Binnen ± 10 minuten heeft het meel de vloeistof opgenomen. Het aldus goed doortrokken Sojameel wordt nu met honing of een dikke suiker-honing-oplossing herhaaldelijk met een penseel bestreken, totdat niets wordt ingezogen. Dit duurt één of twee dagen, naar gelang de warmte in het vertrek. Nu legt men een lege raat op tafel en keert hierop het behandelde raam om, opdat de afdruipende honing niet verloren gaat. De andere kant van het raampje wordt nu gevuld. De aldus gevulde raten kunnen staande of hangende enige weken in een droge ruimte bewaard worden. Aan te bevelen is om voor het inhangen in de volken de raten nog eens met honing of suikerwater te bewerken".

Schiller had 5 volken, waarvan één bij de uitwintering zwak Noséma had, zwak bleef en later aan roverij ten offer viel. Half Februari bezetten de andere 4 volken 6 ramen. Deze kregen 2 Maart elk 2 Sojaramen tegen het broednest. Door omstandigheden werd de eerste controle verlaat tot 25 Maart. Toen waren in 3 volken de ingehangen ramen ledig, in het vierde grotendeels. De volken kregen weer elk een Sojaraam tegen het broednest. 3 volken hadden op 6 ramen rijkelijk broed, het vierde op 4 ramen. Vanaf het inhangen der Sojaramen werden de volken met de ballon van water voorzien.
Daar bij de naar verhouding goede tijdsomstandigheden een vlugge groei van het broednest te verwachten was en de kast van 9 ramen een inhangen van meerdere ramen bij de volken 1 tot 3 niet toeliet, gaf S. vanaf 2 April in glazen, die precies in de voerbekers pasten, elk volk 45 tot 48 gram van een mengsel, bestaande uit ongeveer 20 gram honing, 20 gram suikeroplossing (50%) en ± 5 gram Sojameel. Dit mengsel werd slechts des avonds gegeven en opmerkelijk graag, ook bij de beste pollendracht, opgenomen. 's Morgens werden de glazen verwisseld met ballons gevuld met water.
Bij het onderzoek op 26 April bleek, dat kast 1, 2 en 3 goed waren voor de honingkamers. De op 25 Maart ingehangen raten waren grotendeels met broed gevuld en bevatten in het bovenste gedeelte naast met Sojameel gevulde cellen cellen met stuifmeel. Een duidelijk bewijs, dat de bijen tussen deze stoffen geen onderscheid maken. De eerste honingoogst uit de volken 1 tot 3 leverde op 3 Juni 13 k.g., de tweede op 16 en 17 Juni 14 k.g op. Voor het versterken van zwakke volken en het maken van broedafleggers werden deze 3 kasten 17 ramen met broed ontnomen.
Ook in de zomer en herfst krijgen de volken Sojameel.

Prof. Schiller eindigt zijn artikel met
"Uit de medegedeelde proeven blijkt:
1. Sojameel, op de bovenaangegeven wijze aan de bijen gevoerd, wordt in elk jaargetijde graag opgenomen en óf dadelijk gebruikt óf in de cellen gebracht. Cellen met pollen en Sojameel liggen naast elkander.
2. De bijen behandelen het Sojameel gelijk de pollen.
3. Door het Sojameel wordt het sterk worden der volken zeer begunstigd vooral in het voorjaar.
4. De voorjaarsvoedering moet zo spoedig mogelijk vanaf medio Februari plaats vinden, gelijktijdig moet water in de kast gegeven worden".

Uit deze proefneming kan men voor ons land geen vergelijking maken. Naar ik verneem zijn er hier ook al proeven genomen, misschien dat wij daarvan t.z.t. iets in ons Groentje zullen lezen. Ik zou vooral de imkers, die in een streek wonen, waar de bijen laat tot ontwikkeling komen, willen aanraden: Probeer het eens en laat de uitslag bekend worden.

JéKaVé.

Sojameel is afkomstig van de Sojabonen welke geoogst wordt van de in China en Japan gekweekte Sojaplant. Het bevat veel olie en eiwit.
In de veeteelt kent men wel de "Sojakoeken", welke van het afval worden bereid. RED.