Vragenrubriek.


Vragen bestemd voor deze rubriek richte men tot den Heer A. Oonk te Warnsveld. Beantwoording kosteloos. Wenst men schriftelijk antwoord, dan sluite men een postzegel in. Alleen vragen, die ook voor anderen van nut kunnen zijn worden beantwoord.


Vraag 409. Kunt U mij ook de maten opgeven van een Simplexkast om die zelf te maken?
G. H. B. te D. (Gld.)
Antwoord: In vraag 402 heb ik vermeld, dat ik de juiste maten van de Simplexkast niet kon opgeven.
Nu schrijft dhr. H. v. S. te Rijswijk (Z.H.) mij, of ik niet bekend ben met de voortreffelijke werktekeningen van dhr. H. C. Versteeg te Apeldoorn. Hij heeft met veel plezier daar een tweetal kasten naar gemaakt. Ik kan hierop antwoorden, dat ik deze werktekeningen zeer goed ken en deze vroeger meermalen in de vragenrubriek heb aanbevolen. Dhr. Versteeg beschrijft echter niet de originele Simplexkast, doch de V.S. kast (Verbeterde Simplexkast) en de H.C.V. kast (Hendr. Chr. Versteegkast).

Verder berichtte mij dhr. A. J. S. timmerman-imker te Goutum bij Leeuwarden, dat hij werktekeningen uitgeeft van de originele Simplex met broed- en honingkamer als enkelwandige kast, waarvan de prijs f 1.is plus porto. Ik raad dhr. S. aan eens een paar maal een advertentie in het "Groentje" te plaatsen om de imkers op zijn werktekening attent te maken en dan de prijs op te geven met inbegrip van porto.


Vraag 410. Ik heb een werktekening van de H.C.V.-kast. Zijn die raampjes gelijk aan de Simplexraampjes?
J. W. te Z. bij B. (Ov.)
Antwoord: Ja, de afmetingen zijn gelijk.

Vraag 411. Zijn er ook koninginneroosters voor een kastje met 7 ramen in de handel? Zo ja, hoe groot zijn die?
J. W. te Z. bij B. (Ov.)
Antwoord: Die roosters zijn niet in de handel, doch men kan stukken rooster per vierkante meter kopen en dan de roosters zelf op de vereiste maten hieruit snijden, of laten snijden.

Vraag 412. Kunt U mij ook een adres opgeven, waar ik een werktekening tekening kan bestellen van een Amersfoorts marktkastje?
J. W. te Z. bij B. (Ov.)
Antwoord: Die werktekeningen bestaan nog niet, doch misschien worden ze in de toekomst nog vervaardigd.

Vraag 413. Ik las in het boek "Bestier der Bieënhalle" door Ed. Bertrand, vrij vertaald naar de 8e Franse uitgave door W. F. Rondou op blz. 111 iets over Meiziekte of de zogenaamde zandloperij. Als middel wordt daar aangegeven Wilgenstofzuur, d.i. volgens blz. 98 Acide Salicylique 12½ gram, zuivere alcohol 100 gram en hiervan aan de bijen te geven 200 à 240 druppels, d.i. 5 of 6 gram per liter suikerwater. Heeft U of een der lezers van ons "Groentje" er ook ondervinding van, of dit een goed middel tegen deze ziekte is?
W. J. te D. (F r.)
Antwoord: Ik kan U tot mijn spijt hierover geen inlichtingen geven. Misschien een van onze lezers?

Vraag 414. Ik zou gaarne weten of van die zwermvangers, waarin die koperen buisjes zitten, waar de koningin en de bijen door moeten, of die buisjes ook los in de handel zijn en bij wie?
A. C. D. te W. (Gld.)
Antwoord: Ik ken die zwermvangers niet. Kan een onzer lezers mij inlichtingen geven?

Vraag 415. Nu het opvoeren van onze bijen weer tot het verleden behoort, zag ik gaarne onderstaande vraag in ons "Groentje" opgenomen Daar ik geregeld de een meer, de ander minder, maar na de winter b.v. Maart bij het nazien van mijn volken veel last ondervind van vochtige kasten, die bestaan uit Simplex en W.B. C., wat tengevolge heeft dat de zijramen beschimmeld zijn en ook wel te veel dode bijen. De bovenbedekking bestaat uit stromatten (afd. handel) en daarop een vilten kleedje met nog een wollen dekentje. Zou het nu beter zijn mijn vilten kleedje boven de bijen te leggen en daarop mijn stromat? Wat is Uw mening, of weet niemand daarvoor iets afdoende ? Mijn kasten staan in een flinke stal op een houten vloer en ca. 30 c.m. van de grond, worden best verzorgd.
De stand is richting Zuid-Oost.
J. le C.-K. te O. (Z.)
Antwoord: Uw behandeling is goed. De stromat moet direct op de broedkamer liggen, omdat hierin gemakkelijk het vocht uit de kast wordt opgenomen. Legt U eerst het vilten kleedje en dan de stromat, dan is deze afdekking minder goed, omdat het vilt niet spoedig vocht opneemt. Ook hebt U de kasten goed opgesteld, n.l. in een flinke stal en ca. 30 c.m. van de grond. Zij staan dus droog. Stonden zij buiten in weer en wind, dan was de kans groter, dat 's winters schimmelvorming in de buitenste ramen kon optreden. Verder hebt U de kasten op het Z.O. staan, hetgeen 's winters ook gunstig op de bijen werkt. Als U dan ook nog sterke volken inwintert, begrijp ik niet, wat de reden is, dat Uw uiterste ramen beschimmeld zijn. Ik winterde de bijen op dergelijke wijze als U in, en had bijna nooit last van beschimmelde raten. Wat de vrij vele dode bijen betreft, dit zal wel moeten worden toegeschreven, dat er in het najaar nogal wat oudere bijen werden ingewinterd, die afgeleefd zijn en successievelijk afstierven.

Vraag 416. In het "Groentje" las ik over het bestrijken van korven met koemest en kalk en nu wilde ik U hierover eens wat vragen. Ik werk op een fabriek, waar een man aan het isoleren was van verwarmingspijpen. Toen dacht ik, dat kon ook wel wat voor bijenkorven zijn. Toen heb ik die man ondervraagd en heeft hij mij uitgelegd, hoe ik te werk moest gaan. Eerst maakt men de korf een beetje vochtig, daarna bestrijkt men hem als met koemest tot de naden van het stro gevuld zijn. Nu laat men het even opstijven, dan trekt men over de hele korf een stuk jute, of behangerslinnen. Die jute steekt men met kleine spijkertjes vast tot het er strak overheen zit. Nu bestrijkt men de jute weer met een dun laagje er overheen en laat het drogen. Na een dag of twee is het hard en mooi wit. Het is isolerend en poreus. Het geeft het voordeel, dat het 's winters warm zit en 's zomers houdt het de ergste warmte tegen, omdat het wit geen warmte aanneemt. Men kan het ook heel gemakkelijk schilderen, als men het eerst één keer grondt en dan wit afschildert. Maar dat is misschien niet zo goed voor de uitwaseming van het vocht van binnen, hoewel het heel wat vocht kan opnemen. Daarbij is het zeer licht in gewicht. Die man zei, dat het gemalen asbest was. Men behoeft er alleen maar een klein beetje water bij te doen, totdat het stijf is en dan kan men het er zo mee insmeren. Als het opgestijfd is, dan even met een natte kwast erover strijken, dan wordt het glad. Misschien wilt U even de voor- en nadelen opnoemen?
R. B. te H. (N.H.)
Antwoord: Het middel, dat U noemt, lijkt mij wel geschikt om een korf van binnen mee te behandelen. Ook de bestrijking van een korf van buiten er mee lijkt mij wel een idée. Misschien dat hierdoor de korf langere jaren kan meegaan. Bestrijking met verf zou wel gewenst zijn, als de korven aan weer en wind zijn blootgesteld, omdat er dan geen water in de isolatie kan dringen, daar U schrijft, dat het heel wat vocht kan opnemen, doch er staat tegenover, dat in dit geval geen uitwaseming kan plaatsvinden en er dan gemakkelijk, vooral in de winter, schimmelvorming in de korf kan optreden. De vraag is, verft men niet en de korven staan in de vrije natuur, is die isolatie dan wel tegen regen bestand? Of wordt zij door de regen week? Staan de korven steeds in een bijenstal, dan kan verven zeker wel achterwege blijven. Men zou er in elk geval eens een proef mee kunnen nemen.

A. OONK.