Vragenrubriek


Vragen bestemd voor deze rubriek richte men tot den Heer A. Oonk te Warnsveld. Beantwoording kosteloos. Wenst men schriftelijk antwoord, dan sluite men een postzegel in. Alleen vragen, die ook voor anderen van nut kunnen zijn worden beantwoord.

Vraag 421. Ik heb in de nazomer soms veel hinder van wespen. Hoe kan men deze het beste bestrijden ?
A. v. Z. te H. (Gld.)
Antwoord: Men moet beginnen in het voorjaar de wespenkoninginnen weg te vangen. Alleen de koningin blijft gedurende de winter over. Op zachte, zonnige dagen in de tweede helft van Maart ontwaakt zij uit haar winterslaap en begint dan in de natuur rond te vliegen. Een wespenkoningin is veel groter dan een gewone wesp en dus gemakkelijk te herkennen. In het voorjaar vliegen dus alleen wespenkoninginnen rond. Ongeveer in de tweede helft van April begint zij langzamerhand een kolonie te stichten en haalt daarvoor de benodigde bouwstoffen zelf aan. Als men dus in het voorjaar een wespenkoningin doodt, is dit een wespennest in de zomer minder. Men moet dus in het laatst van Maart en in de eerste helft van April op zonnige dagen goed uitkijken naar wespenkoninginnen. Men kan haar dan veel vinden op bloeiende heesters om nektar uit de bloemen te halen. Men vangt haar in een vlindernetje, of, wat nog veel handiger moet gaan, met een breed, plat stokje, waarop flink wat lijm wordt gestreken en dat men haar tegen de vleugels drukt, als zij op een bloem zit te zuigen. De vleugels kleven dus aan de lijm vast, zij zit gevangen en
men kan haar doden. Ook zoeken zij tegen het vallen van de avond graag nachtverblijf in de deksels van bijenkasten, als die vrij in de natuur staan opgesteld en zich in de voor- en achterkant van de deksels ronde gaatjes bevinden voor de ventilatie en die gaatjes natuurlijk geheel open zijn en niet door een stukje moerrooster zijn afgesloten. Als de zon daags op de kasten heeft staan schijnen, heerst daarin tegen de avond een behaaglijke warmte en is onder het deksel een ideaal nachtverblijf.
Is de wespenkoningin in het gaatje gevlogen, dan zet zij zich ter ruste tegen de wanden van het deksel. Is de zon onder de kim gedaald, dan wordt het langzamerhand onder het deksel koeler. Zij dut vrij spoedig in en zit ten laatste stijf in elkaar gedoken. In het schemerdonker draait men nu de deksels één voor één langzaam om. In de ene hand neemt men een flink stuk doek, waarmee men haar gemakkelijk kan dooddrukken. Ook kan men een leren handschoen aantrekken. Op deze manier heb ik in het voorjaar wel eens een 40-tal wespenkoninginnen in de deksels der bijenkasten gevangen.
Dikwijls zat er meer dan één koningin in een deksel. Men moet dit nazien der deksels 's avonds niet àl te vroeg doen, anders zijn de koninginnen nog te vlug en vliegen weg. Zij moeten er eerst een half uurtje ingezeten hebben en ingeslapen zijn. De deksels zeer vroeg in de morgen nazien gaat ook zeer goed, vaak nog beter, omdat het 's ochtends kil is en de koninginnen dan als het ware verkleumd zijn.
Zijn de koninginnen met de nestbouw begonnen, dan blijven zij in het nest, beginnen geleidelijk aan eitjes te leggen. Het nest breidt zich hoe langer hoe meer uit. Ten laatste blijft de koningin ook voortdurend in het nest, als er volwassen wespen zijn, waaraan de verdere verzorging voor het aanhalen van voedsel wordt overgelaten. In Aug. en Sept. kan men in droge zomers soms veel last van de wespen ondervinden, die pruimen, peren, druiven aanknagen. In de nazomer vangt men de wespen het gemakkelijkst in flessen, waarin wat bier, of stukjes appel wordt gedaan, zodat er een zure, gistige reuk uit de fles komt, waarop de wespen gaarne afkomen. De wespen kruipen door de hals van de fles naar binnen en kunnen er niet meer uit. Ook de Thuringer voerballons zijn hiervoor uitermate geschikt en kunnen daarin zeer veel wespen worden gevangen. Af en toe worden de ballons geledigd, de nog levende wespen die zich hierin nog mochten bevinden worden gedood.


Vraag 422. Kunnen slootkanten ca. 400 m2. van boomgaard productief worden gemaakt voor bijenweide, b.v. door het zaaien van zeeaster? Kan die grond, bestaande uit zware rivierklei, ziltig worden gemaakt en hoe? Wie zou dit zaad kunnen leveren ? In de handel is het niet verkrijgbaar, de Vereniging?
D. v. d. B. te S. (Z.H.)
Antwoord: Het zal wel een onbegonnen werk zijn om die zware rivierklei ziltig te maken en te kunnen houden, daarvoor woont U te ver van de zee af. U kunt die slootkanten toch veel gemakkelijker beplanten met andere honinggevende gewassen, zoals wilgsoorten, heesters. Een zeer aanbevelenswaardige heester is o.a. de sneeuwbes (Symphoricarpus racemosus), die zeer lang en overvloedig bloeit. Verder plantsoorten, als phacelia tanacetifolia, die ook heel druk door de bijen wordt bezocht. Ook klaver komt in aanmerking. Gelieve verder de uitvoerige lijst van honinggevende gewassen te raadplegen, die dhr. G.J. Pannekoek te Leeuwarden onder het opschrift "Bijen en Bloemen" in het Maart-nr. van ons "Groentje" vermeldde en
waaruit U een ruime keuze kunt doen. Wat het zeeasterzaad betreft, dit zal wel nergens in de handel verkrijgbaar zijn. Wil men in het bezit van dit zaad komen, dan zal men zich tot een kennis moeten wenden, die in een streek woont, waar zeeasters voorkomen met verzoek daarvan zaad te willen verzamelen. Zeeasters gedijen alleen op ziltige grond, die geregeld met de zee in aanraking komt.


Vraag 423. Ik wilde een waspers kopen. Weet U een goed adres? Ik wilde graag een pers hebben, waarmede ik werkelijk succes heb. Zou de Esef ratensmelter van S. Frankenhuis geschikt voor mij zijn? Ik heb 35 volken, die ik van kunstraat wilde voorzien. Ik wilde de kunstraat zelf maken. Weet U ook een goed adres voor een kunstraatpers?
C. M. M. O. te S. (Z.)
Antwoord: Ik ken de Esef ratensmelter van S. Frankenhuis niet. Het is een uitvinding der laatste jaren. Volgens verklaringen van sommige imkers moet dit apparaat wel zeer goed voldoen. U kunt eerst eens een prospectus aanvragen. Een goede pers om kunstraat te gieten, is de "Rietsche kunstraatpers", die U bij handelaren in imkersartikelen wel kunt kopen. Neemt U dan een behoorlijk groot model, b.v. 40x25 c.m. Ik heb hiermede vroeger ook gewerkt, doch toen de kunstraatwals in de mode kwam, zond ik mijn zuivere bijenwas altijd naar afd. Handel te Wageningen om er kunstraat van te maken. Dit beviel mij veel beter. Men krijgt dan zeer mooie gelijkmatige vellen, die goed stevig zijn en de maat die men wenst, kan men zelf opgeven. Ik had altijd kunstraat voor de Simplexbroedramen in de maat van 20x34 c.m. en 14 vellen in 1 k.g. Men kan echter ook 16 vellen in 1 k.g. laten maken, die zijn in de broedramen ook nog geschikt. Deze dunnere kunstraat gebruikte ik echter door er strookjes van te snijden in de honingkamer voor het winnen van raathoning. De afd. Handel berekent voor het maken van kunstraat f 0.50 per k.g. Ik vond, dat men tegen dit maakloon veel beter zijn kunstraat kan laten walsen, dan ze zelf te gieten. In dit laatste geval krijgt men ze lang niet zo mooi en er behoort nogal handigheid toe om een kunstraatpers goed te kunnen bedienen. Wilt U meer weten van diverse wassmelters en het maken van kunstraat, dan raad ik u aan ,"Joustra's Bijenboek" te kopen, waarin onderwerpen hierover zeer uitvoerig en duidelijk worden beschreven.

Vraag 424. Is boterzaad een goede honinggevende plant en misschien geschikt om een pauze tussen twee drachtperiodes aan te vullen? Als het boterzaad als stoppelgewas voor groenbemesting en veevoer in verse toestand wordt verbouwd, komt het dan nog voldoende in bloei om voor de bijen van nut te zijn? Is de honing van goede kwaliteit?
P. R. E. te S. post L. (Gr.)
Antwoord: Boterzaad gelijkt veel op het onkruid de herik. Het wordt in de regel als stoppelgewas gezaaid, zodra de rogge van het land is. Het dient als groenbemesting en veevoer en het moet zeer druk door de bijen worden bezocht. Wilt U het vroeger zaaien om dracht te hebben als er tussen twee drachtperiodes een drachtpauze zou ontstaan, dan is zulks te proberen. Gewoonlijk komt het boterzaad in het najaar in bloei, doch als het 's zomers reeds gezaaid wordt, zal het vroeger gaan bloeien en dan zeer waarschijnlijk ook meer honing afscheiden. Of de honing van goede kwaliteit is, kan ik U niet zeggen. Ik denk, dat deze veel overeenkomst met koolzaadhoning zal hebben.

Vraag 425. In hoeverre is witte klaver van belang voor de bijen? Moet het hiervoor warm zijn, of is de honingopbrengst ook nog voldoende bij minder warm weer?
P. R. E. te S. post L. (Gr.)
Antwoord: Witte klaver is een der beste honingplanten. Zij honingt het sterkst bij zeer warm weer ca. 30° C. Ook bij een behoorlijke warmte van 23-25° C. zal de honingopbrengst nog wel goed zijn.
A. OONK.