JUNI 1944 no. 1, 46e jaargang
MAANDBLAD VOOR BIJENTEELT
Uitgave van de Vereeniging tot Bevordering der Bijenteelt in Nederland onder Hoofdredactie van Joh. A. Joustra.
Adres Redactie J. v. d. Heijdenstraat 35, Amersfoort


Vereenigingsleden!
Het is voor mij en mijn naaste medewerkers een groote voldoening dit eerste nummer van ons "Maandblad" -- zij het dan in zeer verkorten vorm -- weer aan al onze leden te kunnen zenden. Zoo hebben we dan weer een band, die ons verbindt en een middel, om elkaar voor te lichten op het gebied onzer geliefde en voor ons gansche volk zoo nuttige bijenteelt. Moge ons kleine blad groote kracht ontwikkelen, ons allen weer samenbrengen tot een hechtere eenheid en de bijenteelt in Nederland steeds meer helpen vooruitbrengen.
De Vereenigingsleider,
CHR. H.J. RAAD.

Aan al onze leden!
Het is ons eindelijk gelukt het geregelde contact met onze leden rechtstreeks te onderhouden door middel van een maandblad. Weliswaar in nog uiterst soberen vorm, doch we kunnen elkaar maandelijks weer spreken. Vooral zijn we blij voor onze nieuwe leden. Zij toch hebben bij het toetreden tot onze organisatie ons persoonlijk woord moeten missen, en al hebben tal van Afdeelingssecretarissen getracht onze mededeelingen zoo goed mogelijk over te brengen, een groot deel onzer leden bleef geheel onkundig van hetgeen er met de bijenteelt gebeurde. Het is daarom, dat wij in dit eerste nummer nog eens in herhaling zullen moeten treden van hetgeen reeds veel eerder is gezegd, al zullen wij het kort maken.
Behalve Mededeelingenblad zal dit blad ook Voorlichtingsblad zijn, zooals zijn voorgangers dit op zoo verdienstelijke wijze waren. Wij hopen dan ook, dat het een even prettig onthaal zal vinden als ons "Groentje" van weleer.
Het zal mogelijk zijn vragen te stellen op het gebied der bijenteelt, doch men begrijpt, dat bij de zeer beperkte ruimte, hiervoor slechts een zeer bescheiden plaatsje kan worden ingeruimd.
Ook zullen we door het geven van een rubriek , maandelijksche werkzaamheden" trachten onze lezers op de hoogte te houden niet hetgeen zij aan hun bijen moeten doen of mogelijk nog meer nalaten. Deze werkzaamheden zullen dusdanig worden ingekleed, dat ze vroegtijdig kunnen worden overdacht.
Het blad is te klein van omvang om er een staf van vaste medewerkers op na te houden, zooals wij dit bij ons oude ā€˛Groentje' hadden. Echter zullen wij gaarne bijdragen op het gebied der bijenteelt van allen, die iets goeds te zeggen hebben, opnemen, voor zoover daar plaats voor is. Het zal dus, als voorheen, een blad zijn voor en door leden.
Het blad zal tevens Mededeelingenblad zijn. Alle officieele mededeelingen, welke de leiding noodig vindt kenbaar te maken, zullen er dus in worden opgenomen.
En zoo gaat ons eerste nummer in zee ! Wij hopen op een gul onthaal en een prettige samenwerking - in het belang onzer bijtjes.