PARISER RAMBOUR.

Afbeelding 2a, 2b, 2c.

Rassenlijst.

Oorspronkelijke plaat.

  

 

einette de Canada blanche  (beschreven in de Ann. de Pom., II, pag. 53).

Reinette de Canada à côtes   (beschreven in de Ann. de Pom., II, pag. 53).

Reinette de Portugal  (vermeld in de Catalogue of the Fruits. N° 640).

Reinette Windsor   (vermeld in de Catalogue of the Fruits. N° 640).

Reinette d' Andilly   (vermeld in de Catalogue of the Fruits. N° 640).

Rümelin's Reinette, in Württemberg.

Pariser Rambour Reinette  (Handbuch der Obstkunde, I, S. 119).

 

Zie ook: Beschrijving der vruchtsoorten, N°. 51.

(Vermoedelijk uit Frankrijk afkomstig.)

 

vorm: zeer veranderlijk, naar den kelk sterk geribt; de ribben loopen somtijds over de geheele vrucht.

grootte: in 't algemeen van de tweede; van jonge boomen nadert de vrucht tot de eerste.

kelk: open, meestal kortbladerig.

steel: gewoonlijk kort en dik.

De kleur der schil is zeer onderscheiden, somtijds met veel graauwen roest over de geheele vrucht verspreid. Weinige vruchten zijn bijna geheel glad en dan aan de zonzijde met een bruinachtig rood overtogen.

Het vleesch is aangenaam, zacht, wijnachtig zuur, door iets zoets gematigd.

tijd van gebruik: Januarij —-April. — Eerste rang voor tafel en huishouding; wordt in Duitschland zeer aanbevolen tot cider en compots.

De boom groeit sterk, is daarom meest voor den hoogstamden vorm geschikt en zeer milddragend. Tot aanplanting in den boomgaard en aan landwegen sterk aan te bevelen. De vrucht zal op de markt goeden aftrek vinden.