ANANAS REINETTE.

Afbeelding 63a, 63b, 63c.

Rassenlijst.

Oorspronkelijke plaat.

 

 

nanas Reinette (Handbuch, I, S. 131; Württemb. Obstsorten, S. 19, Taf. 6; L. MÜLLER, Obstk., N°. 4; List of the royal Horticultural Society at Chiswick, 1861; Deutsches Obstcabinet, Lief. 4, Taf. 5, waar wij tot onze verwondering eene gekleurde vrucht vonden afgebeeld).

Reinette Ananas (Beschrijving der vruchtsoorten, tweede reeks, N°. 130).

 

afkomst: onbekend, vermoedelijk van Nederlandschen oorsprong.

 

vorm: zeer regelmatig, meestal aan de eene zijde iets hooger dan aan de andere.

grootte: van de vierde.

kelk: gesloten, somtijds half open, in eene nauwe, weinig ingezonkene, regelmatige holte, met een weinig dunnen roest en eenige vouwtjes, die zich tot op de kelkwelving uitstrekken.

steel: kort, vrij dun, houtachtig, in eene nauwe, ondiepe, regelmatige, van straalvormigen roest voorziene holte.

huid: glad, glimmend, tusschen donker citroengeel en goudgeel variëerende, laatstgenoemde kleur vindt men vooral bij sterk aan de zon blootgestelde vruchten, altijd zonder eenig rood; de stippen zijn regelmatig over de geheele vrucht verspreid, aan de zonzijde bruin, hoekig, stervormig, aan de schaduwzijde groenachtig, deze laatste vertoont ook een weinig zeer dunnen, groenachtigen roest.

vleesch: geelachtig wit, fijn, saprijk, zeer aromatisch, aan den aangenamen geur der ananas herinnerend.

klokhuis: middelmatig, met vrij groote, bruine pitten.

gebruik: December—Februari; — van den eersten rang voor de tafel, boven allen lof verheven en niet genoeg aan te bevelen; ook als marktvrucht heeft zij veel waarde.

De boom onderscheidt zich ook reeds op het eerste gezicht van alle andere tot nog toe bekende appelsoorten, groeit matig en fraai en is zeer vruchtbaar. De twijgen zijn dik, stomp, bleek olijfbruin, met enkele fijne, bleeke stippen; de knoppen staan dicht bijeen, zijn dik en eenigzins wollig, de bladsteel is 0.026 lang, dik, flauw gegroefd, de bladeren zijn vrij groot, breed ovaal, meestal iets golvend opgebogen, vrij regelmatig ondiep getand, de scheuten zeer wollig. Door haar matigen en geregelden groei is deze soort voor alle vormen geschikt.