MENU LIJST APPELS OORSPRONKELIJKE PLAAT

1. BEAUTY OF KENT.

 

Het vaderland van dezen appel, waarvan de afkomst volgens dr. Hogg niet bekend is, is waarschijnlijk Engeland. Hij is daar omstreeks 1820 door de kweekerij Brompton Park algemeen bekend geworden en ook in Amerika veelvuldig verspreid. Forsyth heeft hem 't eerst beschreven in zijn Treatise on Fruit Trees; verder wordt van deze variëteit melding gemaakt in Hogg, The Fruit Manual, 4de Ed., blz. 14; Cat. Hort. Soc. London, blz. 6, no. 37; Downing, The Fruits and Fruit Trees of Amer. Rev. Ed., blz. 118; Handb. der Obstk., blz. 113, no. 41 met het Syn.: "Schöner aus Kent."

 

VORM: Hoogrond, scheef gebouwd, naar den kelk meestal rond toegespitst, somtijds ook regelmatiger afgerond; vlakke verhevenheden over de geheele vrucht. Zij is 0.09 hoog, naar den steel het dikst en daar dikwijls 0.09 Ned. breed.

KELK: Klein, gesloten, in eene nauwe holte, met kleine ribben, zonder roest, meestal groen gekleurd en omringd door zeer kleine vouwtjes.

STEEL: Kort, 0.01 a 0,012 Ned. lang, houtachtig, gebogen, in eene nauwe ondiepe holte, die met dun, straalvormig roest is bekleed.

SCHIL: Glad, niet vet, glanzend, stroogeel, aan de zonzijde meer hooggeel, waarin fraaie, lichtroode vlammen en hier en daar groengele vlekken; — de beschaduwde vruchten missen de roode strepen en vlammen — hier en daar zeer fijne stippen, lichtbruin gekleurd.

VLEESCH: Roomkleurig wit, los, matig fijn, zacht, saprijk, nog al zuur, weinig geurig.

KLOKHUIS: Groot; cellen wijd open, weinige, lange, spitse, donkerbruine pitten.

TIJD VAN GEBRUIK: Van October tot Februari. De appel is van den eersten rang voor de huishouding en wordt door Hogg zeer geroemd. „Als de vrucht goed ontwikkeld is," zegt hij, „dan is de Beauty of Kent een der voortreffelijkste appels die gekweekt worden. Zijn grootte, de fraaie kleur, de zachtheid van 't vleesch, de overvloed van 't sap, dat matig zuur is, maken hem tot een der bij het volk meest geliefde winterappels voor keukengebruik, en een der aanbevelenswaardigste en nuttigste zoowel in kleine tuinen als in groote verzamelingen."

De BOOM: Groeit sterk en draagt buitengewoon vroeg en veel; op Paradijs veredelt wordt hij licht wrak; de twijgen zijn lang, naar evenredigheid dik, dof bruin, met grauwe opperhuid en ronde, grauwe, onregelmatig verspreide stippen; de knoppen matig groot, breed, met een weinig wol bedekt en vlak tegen de schors geplaatst; de scheuten zijn somber donkerbruin rood, naar de spits met wol bedekt; de bladstelen gegroefd, wollig, 0.03 tot 0.05 Ned. lang; de bladeren groot, min of meer rond, somtijds ovaal, in 't midden dikwijls opgebogen, stomp, zeer grof en diep getand, donkergroen, met weinig glans, eerder dof, van onderen met dik, wollig vilt bedekt. Ook Hogg zegt, dat de boom op Paradijs geënt en op vochtigen en zeer kouden grond aan kanker (wrakken) is onderworpen. In De Nederlandsche Boomgaard, I, no. 70, pl. 36, is onder den naam Springgrove Codlin een appel beschreven en afgebeeld, die met de Beauty of Kent, waarvan wij de entrijzen van den heer Oberdieck ontvingen (blijkbaar de ware), zeer veel overeenkomst heeft. In het jaar 1870 plukten wij van den boom, dien wij van de entrijzen van den heer Oberdieck gekweekt hadden, de eerste volkomen vruchten. De boom van de Codlin- Springgrove stond niet ver van den anderen en droeg insgelijks verscheiden appels. Bij onderlinge vergelijking nu van de vruchten en de boomen geleken zij zoozeer op elkander, dat wij geneigd zijn aan te nemen, dat de beide genoemde variëteiten eene en dezelfde zijn. Echter zullen wij het vergelijkend onderzoek voortzetten, om later beslissend uitspraak te kunnen doen.

In Amerika is deze variëteit zeer geliefd. Volgens Hogg, zegt Downing, dat de vrucht daar tot de prachtigste appelen behoort en in 't Amerikaansche klimaat (de omschrijving is niet zeer nauwkeurig), dikwijls 16 a 18 duimen (Engelsche? == 0.40 a 0.46 Ned.) in omtrek groot wordt. Dat is zeer groot, grooter dan wij deze vruchten ooit hebben gezien; een weinig kleiner zijn zij ook nog zeer voldoende.

K. J. W. O.