Gewonnen door W. Bull te Billericay in 1858 en door
Saltmarsh te Chelmsford in 1880 in den handel gebracht.
Vrucht: Groot, meer breed dan hoog, regelmatig gevormd.
Kleur: Bleekgroen met helder roode streepen en vlekken aan zonzijde, rond
steel iets roestig.
Kelk: Matig gesloten in breede, matig diepe kelkholte.
Steel: Kort, diep ingeplant.
Vruchtvleesch: Wit, saprijk, grof, zuur zonder aroma.
Klokhuis: Matig groot, goed met zaden bezet.
Gebruikstijd: October - November.
Moesappel.
Boom groeit goed. Vormt een breede kroon.
Geschikt voor struikvorm. Kan veredeld worden op de sterkere onderstam
typen.
Is niet geschikt voor natte, koude gronden.
Is zeer vatbaar voor kanker.
Draagt vroeg en regelmatig.
Deze appel is in het begin dezer eeuw zeer algemeen aangeplant en werd
gewaardeerd om zijn vroege vruchtbaarheid. De kwaliteit van de vrucht is
echter zeer matig en hoewel het uiterlijk mooi is, verdwijnt deze variëteit
toch meer en meer uit de culuur. Een der oorzaken hiervan is wel de sterke
vatbaarheid voor kanker.