MENU RASSENLIJST

 

VOLGENDE

Bergamotte d'Esperen.

Pluktijd: eind October.   Tijd van rijpen: Januari - Februari

Oorsprong en verspreiding. De variëteit is door majoor Esperen te Mechelen in België in 1820 in den handel gebracht, en heeft na dien tijd een algemeene verspreiding gekregen; ook in ons land treft men haar, als late peer, algemeen aan.

Vorm en grootte. Deze peer heeft een echten bergamottenvorm: kort, dik en buikig, naar den steel een weinig spits toeloopend en daar iets afgeknot; is middelmatig groot, steeds eer klein dan groot; toch zagen wij, vooral uit het Zuiden van ons land, dikwijls vrij groote vruchten.

Kelk en kelkholte. De kelk is klein, meestal half gesloten, tamelijk diep ingezonken ; de kelkblaadjes zijn klein, vleezig, vergroeid, iets naar buiten uitstaande, de kelkholte is matig diep, ongelijkmatig, met ruggen toeloopend.

Steel tamelijk lang en dun, bijna zonder uitzondering met kleine oogjes bezet, welke soms een klein scheutje vormen, altijd iets omgebogen, in een ondiepe holte een weinig weggezonken.

Schil. De grondkleur is levendig groen, altijd bezet met kleinere en grootere grauwbruine roestvlekjes, om den steel gewoonlijk geheel roestachtig bruin. De schil is altijd mooi gaaf en glad, op ongeschikte standplaats met zwarte schurftplekken bezet, tegen het rijpen mooi groengeel, hoogst zelden met een kleurtje.

Vleesch. Het vleesch is zuiver wit, fijn van korrel, om het klokhuis soms een weinig steenig; zeer zacht en saprijk, van een zeer aangenamen aromatischen smaak, in een woord overheerlijk.

Klokhuis. In 't midden der vrucht, niet groot, maar goed gevormd, zelden ontbreken er hokken, welke steeds goed met kernen zijn bezet.

Eigenschappen der vrucht. 't Is een tafelpeer van den eersten rang voorden winter; mag feitelijk in geen tuin ontbreken, maar moet geplant worden tegen een zuid-, zuidwest- of zuidoostmuur; in 't vrije wordt de Bergamotte d'Esperen niet goed, tenzij op een buitengewoon warme standplaats.

Eigenschappen van den boom. Deze groeit uitstekend, maakt mooi, stevig, éénjarig gewas en vormt een prachtige pyramide. Men doet echter niet verstandig hem als vrijstaanden boom te kweeken, omdat men daaraan hoogst zelden, en dan nog maar onder buitengewoon gunstige omstandigheden, eetbare vruchten kweekt. Leiboom is dus de aangewezen vorm. De Bergamotte d'Esperen draagt goed en jaarlijks, geeft de vruchten, zeer eigenaardig, altijd aan trosjes van 3 en meer stuks; wil zoowel op kwee als op wildeling.

Minder goede eigenschappen van den boom. Niet tegen muur of schutting geplant, geeft hij zelden goede vruchten; deze worden dan aangetast door schurft en bereiken maar de helft van de normale grootte; ze worden bovendien nooit bruikbaar, maar wel rimpelig en taai in plaats van sappig en zacht.