GELE SPAANSCHE.

Afbeelding 22.

Oorspronkelijke plaat.

Rassenlijst:    Peren    Kersen    Pruimen    Abrikozen    Perziken.

Terminologie.

 

 

 

paansche, gele. (Beschrijving der vruchtsoorten, tweede reeks, No. 24).
Lady Southampton's Yellow(?) Catalogue of the Fruits, fol. 60; HOGG, the Fruit Manual.
Spanish Yellow. Catalogue of the Fruits, fol. 60; HOGG, the Fruit Manual.

 

AFKOMST: onbekend; wij bezitten deze variëteit sedert onheugelijke jaren, doch betwijfelen of zij met de Lady Southampton's Yellow identisch is, omdat de Catalogue of the Fruits en HOGG ze van geringe waarde achten; de laatste zegt althans: „is but a worthless variety"; bij ons is ze dat echter niet, en ook in Noordelijke streken, b.v. in Denemarken, is ze zeer bemind; wij vonden ze althans beter dan de Büttners gelbe Knorpelkirsche.

VORM: langwerpig hartvormig, aan beide zijden afgeplat, met eene matige naad aan de buikzijde en eene bijna vlakke lijn aan de rugzijde; de stempelpunt staat bijna vlak.

GROOTTE: van de derde.

STEEL: lang, vrij dun, lichtgroen met zeer weinig graauwbruin, in eene kleine holte.

KLEUR: bijna citroengeel, aan de zonzijde met een licht rozenrood blosje.

VLEESCH: zacht, vrij rijk aan ongekleurd sap, zoetachtig rinsch, onder de huid somtijds een weinig bitter.

STEEN: tamelijk groot, zeer langwerpig.

TIJD VAN GEBRUIK: 10-25 Julij; - van den tweeden rang.

De BOOM groeit buitengewoon sterk, vormt eene zeer fraaije kroon en is voor den hoogstamden vorm geschikt. De eenjarige takken zijn zeer eigendommelijk, groenachtig graauw, de bladeren zeer groot, langwerpig, stompgezaagd, bleekgroen, de bladknoppen spits. De vegetatie is in elk opzigt zeer kennelijk.