Calville Lesans.

Tijd van plukken; eind October.   Tijd van rijpen: December - Maart.

Oorsprong en verspreiding. Een appel van de laatste jaren, of wellicht een oude, die weer op den voorgrond is gekomen en vroeger onder een anderen naam bekend was. Men vindt den Calville Lesans nog maar sporadisch, omdat hij nog maar eenige jaren in den handel is. Omdat wij 't geen bijzondere aanwinst vinden, wenschen wij hem geen algemeene verspreiding toe.

Vorm en grootte. De vrucht heeft een echten Calville-vorm, is mooi rond, aan boven en onderkant vrij sterk afgeknot, en aan den vorm steeds makkelijk te kennen. Wordt meestal middelmatig groot, maar mag gewoonlijk eer groot dan klein worden genoemd.

Kelk en kelkholte. Kelk zeer klein, goed gesloten, met goed gevormde kelkblaadjes, die vrij lang en niet vleezig zijn. Kelkholte zeer ondiep met vrij scherpe ruggen, flauw toeloopend.

Steel tamelijk lang, dik en vleezig, meest iets omgebogen.

Schil meestal mooi glad en gaaf, hoogst zelden met eenige roest of schurftplekjes; kleur lichtgroen, tegen het rijpen wat dofgeel, zeer zelden met een ietwat bruin kleurtje aan de zonzijde.

Vleesch. Wit, sappig en knappend, niet zacht, vrij zuur van smaak met zeer weinig aroma, in geen enkel opzicht uitmuntend.

Klokhuis. Vrij groot, plat en breed, met ongelijk gevormde hokken, die spaarzaam met kernen zijn bezet.

Eigenschappen der vrucht. Een vrij goede appel, die wellicht om de gelijkenis met den Witte winter Calville in de laatste jaren veld heeft gewonnen Overigens hebben wij geen bijzondere aan­beveling voor dezen appel; kleur noch smaak heeft iets aantrekkelijks, zoodat hij ook als marktappel niet uitmunt. Het is een goede keukenappel en een derde klasse tafelvrucht.

Eigenschappen van den boom. De boom groeit goed, maakt flink stevig eenjarig gewas, dat ietwat naar beneden of horizon­taal uitgroeit, waardoor de boom een losse, breede kroon vormt. Is minder geschikt voor hoog- of halfstam, zal dus als struikvorm moeten worden aangeplant. Zijn vruchtbaarheid laat niets te wenschen over, hij draagt welhaast jaarlijks en vrij rijk. Groeit goed op alle onderstammen.

Minder goede eigenschappen van den boom. Diens losse, min of meer hangende groeiwijze is zeker geen aanbeveling, ook heeft hij niet weinig last van kanker; zelfs bij zeer jonge boomen vallen de takken als gevolg van deze ziekte weg.

Hoewel deze appel niet onder de beste moet worden gerekend, meenden wij hem toch te moeten beschrijven, omdat de laatste jaren nog al wat werk van hem gemaakt is.