Hoofdmenu

Rassenlijst

Grote Plaat

Vorige tekst

Volgende tekst

ZURE  ZON-APPEL.
 


Kleur: De grondkleur van dezen appel is zeer bleek geel, doch aan de zonzijde paarsachtig-rood met verscheidene hooger gekleurde strepen en vlekken. Op de grondkleur, welke voor een groot gedeelte over de geheele vrucht doorschijnt, bespeurt men ook eenige licht paarsachtige vlekjes, en strepen.

Kelk: De kelkblaadjes bevinden zich in eene diepe groef, zij komen niet boven de vrucht uit, en zijn door vijf ronde ribben omgeven, waarvan enkelen meer verheven over een gedeelte der vrucht zich verspreiden. De kleur hij deze groef is paarsachtig-rood.

Steel: De steel is kort, niet zeer dik en komt uit eene ruime holte voort, welke zich schotelvormig voordoet. De kleur aldaar, is eenigzins groenachtig-geel, met streepachtige vlekken, die zich op den bovenkant der holte uitstrekken.

Vrucht: Laat in de maand September moet deze Zon-appel geplukt worden, en van November tot in December ook wel tot in Januarij kan hij voor de huishouding dienstig zijn. De smaak is zuur.