Zoodanige Teekeningen, moeten noodzakelijk ook de zwarigheid tot het kennen dezer vruchtsoorten, verminderen, welke natuurlijk ontstaat, door de verschillende benamingen van dezelfde soorten in onderscheidene Gewesten van ons Vaderland, en welke moeijelijkheden wij gemeen hebben, met andere naburige Landen, zoo als Engeland, Frankrijk, Duitschland enz., en door eene bloote beschrijving, zonder eenige afbeeldingen, bezwaarlijk kunnen weggenomen worden; de benamingen immers der Appel- en Peerensoorten, zijn veelal willekeurig, en hieromtrent blijft dus altoos nog veel te wenschen over; meestal zijn dezelve genomen van deze of gene eigenschap der vrucht, van de plaats of grond, waar dezelve het eerst gekweekt is, den tijd van het jaar, in welken dezelve tot rijpheid komt, enz. Ik heb derhalve gemeend, zoo veel mogelijk mij te moeten bepalen bij die benamingen, onder welken dezelve in den Nederlandschen handel bekend zijn. Weinige nuttigheid zoude de kennis der vrucht alleen hebben, indien niet tevens den tijd van inoogsting, rijpheid, duurzaamheid, smaak en huishoudelijk gebruik werd te kennen gegeven. Ik heb getracht ook daaraan te voldoen, en de gunstige gelegenheid bekomen, om door de bekwaamste Fruitkundigen de begeerde inlichtingen te ontvangen.

Mijn oogmerk is geenszins geweest, om mijne gemaakte Teekeningen door Lithographie aan het Publiek aan te bieden, ware het niet, dat eenige mijner vrienden, mij tot de uitgave in druk, bijzonder hadden aangespoord; aan dit verlangen heb ik getracht te voldoen, en geen tijd noch moeite gespaard, om zoo veel mij mogelijk was, in deze vruchtsoorten wat Teekening en kleurbehandeling betreft, geene grove en aanmerkelijke afdwalingen met de natuurlijke voorwerpen te begaan, maar integendeel in de kleinste bijzonderheden deze zoeken na te volgen. Iedere afbeelding kan men dus als eene zuivere Teekening, naar de Natuur gevolgd, beschouwen, terwijl door de Lithographie, alleen den omtrek en de aanduiding van enkele partijen, is aangewezen.

Mogten deze mijne pogingen den lust en ijver van deskundigen opwekken, tot eene wetenschappelijke beoefening der verschillende Appel- en Peerensoorten, en deze zoo gering schijnende voorwerpen, niet in een donker en somber verschiet, eene plaats bekleeden, maar veeleer op den voorgrond met andere vruchtsoorten worden gerangschikt. Leveren deze voorwerpen wel minder stoffe op tot opmerking en bewondering van de Grootheid, Wijsheid en Goedheid van den Almagtigen Schepper, dan zoo vele andere vruchtsoorten? en vraagt men dan verder, welke van die allen het meeste en grootste nut aan verschillende standen der maatschappij aanbrengen, dan zijn het voorzeker de zoo ten onregte miskende Appel- en Peerensoorten; deze verschaffen nog gedurende den barren winter, een aangenaam en verkwikkend voedsel, ook zelfs aan de behoeftige klasse, behalve het niet gering voordeel, 't welk zij opleveren aan diegenen, die zich bijzonder op derzelver aankweeking voor den handel toeleggen, terwijl daarentegen in het ongunstig jaargetijde door eene kostbare aankweeking der zoogenaamde fijne vruchtsoorten, aan de genoegens voor rijkdom, en weelde, slechts gedeeltelijk kan voldaan worden.

Wanneer men zoo vele en verschillende vruchtsoorten, ook uit een Schilder- en Teekenkundig oog wil beschouwen, hoe veel stof leveren dan ook deze vruchten ter nabootsing niet op; bij velen is dit niet minder, dan hetgene vereischt wordt tot de naauwkeurige en natuurlijke afbeelding van de bovengemelde meer geachte vruchtsoorten, en het zoude, naar mijn inzien, den Fruit- en Bloemschilder tot geene oneer verstrekken, indien hij zoo wel aan sommigen der Appel- en Peerensoorten, wier teekenachtige vormen, en zachte kleurvermenging, wel navolging waardig zijn, eene geschikte plaats in zijne Tafereelen vergunde, en hij door eene gelukkige keuze, zoo wel eenen harmonischen overgang, als bevallige schikking daarstelde.

De Lezer ontvange dit mijn werk als van een' Liefhebber, die kunstoefening zeer hoog schat, doch nimmer over eigen werk voldaan is; alle aanmerkingen en verbeteringen die hem door deskundigen zullen medegedeeld worden, zal hij met dankbaarheid aannemen.

Het geheele werk is een Nederlandsch Product; de vruchten zijn allen op onzen Vaderlandschen bodem gekweekt, en alles door Nederlandsche handen bewerkt. Ik mag mij, ten dien opzigte, met de goedkeuring vleijen, en indien, wat de uitvoering betreft, deze mijne onderneming niet geheel ongunstig moge beoordeeld worden, dan zal ik mij gelukkig rekenen, en mij over de moeite en besteden tijd geenszins beklagen.

"t Huis TERWADDING,

onder

Voorschoten,
den 22 December 1830.