Hoofdmenu

Rassenlijst

Grote Plaat

Vorige tekst

Volgende tekst

CHASSERIE.
 


Kleur: De ondergrond is licht geel, doch verandert op vele plaatsen in een bruinachtig rood 't welk zich in groote en kleine vlekken verspreidt, tusschen welke de ondergrond zigtbaar blijft, voorts zijn hier en daar noch eenige kleine paars-roode vlekjes kennelijk.

Kelk: De peer is van onderen vrij vlak, de kelkblaadjes staan open en komen gelijk met den omtrek der vrucht. Bij denzelven komen vijf flaauwe plooijen uit eene geringe holligheid voor, doch verspreiden zich niet over de vrucht.

Steel: De dunne en gebogen steel, lang bijna 15 strepen, is van een rood-geelachtige kleur en niet in de vrucht verdiept.

Vrucht: De pluktijd is in de helft van September. Tot in Maart kan zij als tafelpeer gebruikt worden. Zij heeft eene zeer fijne schil. 't Vleesch is zeer saprijk en van eene aangename smaak.