Hoofdmenu

Rassenlijst

Grote Plaat

Vorige tekst

Volgende tekst

WIJN-PEER.
 


Kleur: De schaduwzijde heeft eene licht groen-gele tint, doch verder wordt de kleur kaneelachtig, overal is dezelve besproeid met kleine geel-groene stipjes, sommige zijn meer bruinachtig en ook iets grooter. Bij den steel is zij licht kaneelkleurig.

Kelk: De kelkblaadjes staan nagenoeg boven op de vrucht in eene zeer geringe en flaauw geplooide holte.

Steel: Een gedeelte van het vleeschachtige der vrucht vereenigt zich met den steel, welke daardoor van onder iets breeder wordt, voor 't overige is hij vrij dun behalve aan het boveneinde. Hij staat gebogen en heeft de lengte van 30 strepen, bij velen van deze soort is dit echter verschillend.

Vrucht: De tijd dat zij behoort geplukt te worden is veelal in het begin van October. Het is eene aangename tafelpeer van eene suikerachtige zoete smaak, doch kan niet lang bewaard worden.